Alles is veranderd, maar het Sparrenbosje toch het minst van al. |
Op de ommezijde van het drieluik staat een plan uit 1888. Het toont hoe de duinen bebost zullen worden. Voor, tussen en achter die beplantingen slingert zich een nog aan te leggen weg die later de Koninklijke Baan zal heten. Die kustweg ontsluit ook het duinengebied van Bredene. De verkaveling die er komt is niets anders dan de geboorte van een nieuwe wijk die — kleine paniekaanval! — niet erg veel ouder is dan ikzelf.
Ook daar
wordt een gebied bebost. Het Lange Duin wordt beplant met dennen: het Sparrenbosje!
Logisch klinkt dat niet, maar logisch is evenmin de naam die we rond kerstdag aan
de spar geven: O dennenboom.
Het
Sparrenbosje is, zo vind ik, het mooiste stukje Bredene. Vanaf de top kijk ik
uit over de wijk die ik ten gronde heb zien veranderen. Die wijk zou door
de oorspronkelijke verkavelaars niet meer herkend worden. Het verkeer
doorkruist nu het gebied dat in onze kindertijd het mijnenveld heette. Rond het duin is in honderd jaar tijd alles
veranderd, maar het Sparrenbosje zelf oogt als weleer. Het is een baken van
conservatisme in een immer veranderende wereld; de geschikte plek om te
mijmeren over de dingen die voorbijgaan. Wat ik — je voelde ‘t al van verre
aankomen — vervolgens ook zal doen.
In dat
Sparrenbosje bevond zich destijds een ruïne, een oorlogsrestant, die door de plaatselijke jeugd als
kamp gebruikt werd. Op de gevel stond reclame voor Frisco. We kwamen er bijeen
om onze eerste sigaretten te roken, terwijl we de pornografische
houtskooltekeningen monsterden die daar wellicht door Berten aangebracht werden.
(Dat vermoedden we omdat Berten een zuster had die model had kunnen staan.) Het
rook er naar iets wat we pas later zouden kunnen benoemen: geil. Zo nu en dan
moest Frisco verdedigd worden tegen
indringers, bijvoorbeeld tegen de bende van De
Zwarte Hand, waarvan de leden gemakkelijk herkend werden doordag ze één
zwarte handschoen droegen. Wijzelf waren van De Schaduw, naam die met onze hoofdactiviteit te maken had: het
bespieden van vrijers in de duinen.
Er was niet
alleen die Zwarte Hand, ook de
overheid deed er alles aan om ons van Frisco
weg te houden. Zo nu en dan beklom een politieman het duin en meer dan eens
werd de toegang tot de 'bunker' dichtgemetseld. Om nog dezelfde week door ons weer
vrijgemaakt te worden.
Omdat we ook
wel andere dingen te doen hadden, gaven we de strijd om Frisco uiteindelijk op. Het gebouw werd afgebroken.
Enige dagen
geleden probeerde ik de plek weer te vinden waar Frisco gestaan had. Helaas. Omdat het mijnenveld het mijnenveld
niet meer is, de Astrid de Astrid niet, de Meiboom de Meiboom niet; omdat het
platte duin niet plat meer is, omdat de Koninklijke Baan verlegd werd, omdat het lang geleden is en omdat mijn
geheugen ook niet meer dat van vroeger is… ben ik daar niet in geslaagd. Ja,
waarlijk alles is veranderd. Maar het Sparrenbosje toch het minst van al.
Flor
Vandekerckhove
(*) Erwin Mahieu en Frank Huyghebaert. 100 jaar Bredene aan zee in beeld.
102 ps.