vrijdag 9 februari 2018

’t Was midden in de nacht

EEN VRESELIJKE KLAP… Ik schrok. ’t Was nacht, ’t was nacht, ’t was midden in de nacht, het klokje stond op 02:00. Ik wist dat inslapen een karwei zou worden, daar kwamen ze al in galop aangerend, de gedachten, en deze keer circuleerden ze rond zeven vlooien, vier witte en drie rooie, een Hollands kinderliedje dat zich God weet hoe in mijn hoofd genesteld had. Ze hadden vaders onderbroekkie an, een broek met gouden knopen… 
Wilde ik m’n nachtrust niet aan zo’n onzin verliezen, moest ik opstaan, even de zinnen verzetten en het daarna weer proberen. Ik knipte de lamp aan en nam een ouwe krant ter hand.
Een ver land werd getroffen door een aardbeving; elders was een vliegtuig neergestort; een openbare aanklager eiste levenslang; rechts piekte in de peilingen; het leven werd onbetaalbaar duur, aanslag hier, aanslag daar; een tijdschrift riep Trump uit tot de invloedrijkste persoon van 2019
Niet het soort literatuur dat me tot rust kon brengen en net toen ik de krant wilde wegleggen, bleef mijn oog aan dat jaartal vasthaken: 2019. Drukfoutje, dacht ik, en om daar zeker van te zijn zocht ik op de frontpagina naar de datum. Ik las 13 januari 2019. En we waren nochtans nog steeds in 2018.
Een broek met gouden knopen, die wilden zij verkopen… Kon ik het juiste jaartal ergens vinden? Ik vroeg me af of de sprekende klok nog bestond. En zegde die klok ook het jaartal? Die wilden zij verkopen. Aan wie, aan wie, aan wie? Had ik een jaar overgeslagen? Was ik in de twilightzone terechtgekomen?
Ze trokken mijn vaders baggerlaarzen an… Ik gebruikte de krant om het houtvuur aan te steken. Daarna vleide ik me in de zetel. Ik legde een deken over me en keek naar de likkende vlammen waarvan men zegt dat ze een mens tot rust brengen. Daar zaten zeven vlooien, vier witte en drie rooie.

Flor Vandekerckhove




Geen opmerkingen: