maandag 8 juli 2024

Pioniers van de elektronische literatuur



DE Laatste Vuurtorenwachter is een weblog , De Lachende Visch publiceert e-boeken, mijn vuurtoren bevindt zich op ’t internet, ik ben een pure internetschrijver. Weet evenwel dat internetliteratuur een huis met vele kamers is. Zelf ben ik een eenvoudige jongen, schrijver van gewone verhalen & gedichten, ik ben easy going, niet vergelijkbaar met literatuurprofessoren en computerspecialisten die met elektronisch schrijven gepionierd hebben. Er is weinig kans dat u van hun experimenten iets gelezen hebt, ’t is voer voor specialisten, maar ik laat u die mensen toch graag kennen.
Elektronische literatuur ontstaat al in de jaren negentig, nog vóór het internet. In 1987 wordt Storyspace ontworpen, softwareprogramma dat schrijvers helpt bij het samenstellen van ‘meerkeuzeverhalen’. In 1987 componeert Michael Joyce als eerste zo’n verhaal met hypertekst: Afternoon, A Story. De lezer kiest zelf de richting die het verhaal uitgaat, zo sterft de zoon van de hoofdpersoon of juist niet, afhankelijk van je eigen keuze. Afternoon verschijnt in 1990 eerst op floppy disk, daarna op CD-ROM, schijf die, zie ik, momenteel niet langer bij Amazon voorradig is. Uitgever Eastgate biedt nochtans een USB-stick (voor Macintosh) aan: $24.95. Andere vroege klassiekers van het genre zijn 'Victory Garden' (1991) van Stuart Moulthrop, 'Patchwork Girl' (1995) van Shelley Jackson en 'Figurski at Findhorn on Acid' van Richard Holeton (2001). Al dat interactieve fictiewerk⇲ is, niet langer bij Amazon verkrijgbaar, blijkbaar wel bij de uitgever. Victory Garden koop je daar op CD: New editions for these systems, and for iPad, are in preparation. Contact Eastgate for details.’ Voor Patchwork Girl vermeldt de uitgever: ‘All the software you need is included.’ Elektronische literatuur met dergelijke hypertekstkeuzes heeft zich, voor zover ik dat kan zien, beperkt tot een academische, experimentele niche. Een read-through van Afternoon bevestigt dat, je moet maar eens kijken/luisteren hoe die geleerde mensen onder elkaar tekeergaan: Afternoon with afternoon: The Full Reading of Michael Joyce's "Afternoon, A Story.
Geen spek voor mijn bek. Wikipedia toont nochtans een lange lijst met auteurs, critici en werken van elektronische literatuur. De lengte van die lijst mag me verwonderen, maar of hun ‘hypertekstfictie’ veel lezers trekt? In Hypertext & Hypermediazoek ik naar een gratis voorbeeld en stoot op Subway Story (An exploration of me myself and I), autobiografie van ene David Yun. Het verhaal verandert naargelang het Londense metrotraject dat je neemt: mind the gap! ’t Is een leuk spelletje, maar is 't literatuur? Mocht je een kritisch essay over Subway Story willen lezen — en tegelijk over hypertekst in 't algemeen — dan kan je daar terecht. 
Ik vraag ChatGPT naar Nederlandstalige auteurs die met hypertekst experimenteren: ‘Ja, er zijn Nederlandstalige auteurs die elektronisch geschreven verhalen met hypertekst hebben gepubliceerd. Een voorbeeld hiervan is Kristien Hemmerechts, een Vlaamse schrijfster die experimenteert met digitale literatuur en graag gebruik maakt van nieuwe technologieën in haar werk. Andere voorbeelden zijn schrijvers als Marc Reugebrink en Jan van Mersbergen, die ook hebben geëxperimenteerd met het gebruik van hypertekst in hun verhalen.’ Dat mag waar zijn, maar op ’t internet vind ik daar toch geen sporen van, als hun hypertekstverhalen bestaan, dan bevinden ze zich in het maquis van de literatuur.
Flor Vandekerckhove

Geen opmerkingen: