dinsdag 20 februari 2024

Een blog, wat is dat eigenlijk?

De Laatste Vuurtorenwachter vervangt ook m’n oude kladboekjes. Die schriftjes hadden alle charmes die elitaire lezers aan ’t papieren boek toekennen. Ze hadden ook nadelen: ze lagen stof te verzamelen, waren slordig geschreven, soms onleesbaar, ik legde er al eens eentje verloren en hoe groter de stapel hoe moeilijk het werd om iets weer te vinden. Omdat ik De Laatste Vuurtorenwachter deel met lezers is de blog beter geschreven, iets weervinden doe ik met een simpele 'druk op de knop', de hyperlinks maken m’n leesnotities rijker en mezelf maken ze wijzer dan ik anders ooit had kunnen worden. En ook dit: de blog leert me hoe te schrijven in digitale tijden.


DE SCHAARS GEWORDEN paperbackeditie van The Weblog Handbook kost bij amazon.nl waarlijk 89 euro plus 15 voor de bezorging, maar voor de onuitputtelijke e-versie vragen ze daar maar € 4,50. (°) Voor de prijs moet ik het bijgevolg niet laten. Inmiddels heb ik het al uit. In 't jaar waarin Rebecca Blood dat boekje schrijft (2002) schat ze het totaal aantal blogs op een half miljoen; geen idee hoeveel het er nu zijn. Iets geleerd? Welzeker.
De weblog, pas ontstaan in 1994, is voor alles een digitaal instrument dat gebruik maakt van de mogelijkheid om op in ’t wereldwijde web van het ene document naar een ander te springen, in de terminologie: linken. ’t Is iets wat ik met deze blog ook wel doe, maar dat linken de essentie van een blog is, is een krasse uitspraak. Verder in het boek zegt Rebecca Blood zelfs resoluut: ‘Ik zou zelfs zo ver gaan te zeggen dat als je niet naar het primaire materiaal linkt wanneer je naar literatuur verwijst je geen weblog bijhoudt. Zelfs als je dagelijks post.’ En ook: ‘Het zijn de links die het doen, zij creëren een transparantie die met geen enkel ander medium mogelijk is. En het is de link die de weblog onderscheidt van een soort schrijven dat gewoon uit de oude media naar het internet is overgeplant.’  Zo'n posts zonder links noemt de auteur 'online journals'. 
Rebecca Blood onderscheidt drie soorten weblogs. 
1. FILTERS. Zo’n blog laat geen eigen verhalen zien, tekst bestaat uit enkele zinnen die je voorbereiden op wat de post je wil tonen, de blogger zegt: dat is wat ik op ’t internet gevonden heb, je moet daar echt eens naar kijken. De post dient exclusief om te wijzen naar wat zich elders op ’t net bevindt. Wie naar het archief van rebecca’s pocket⇲ kijkt, ziet meteen wat ze bedoelt. Wat daar staat is niet te vergelijken met de blog die u nu leest. De eerste blogs, zegt Rebecca, waren allemaal van dat filtertype. Ze beantwoordden aan een behoefte om in het almaar uitdijende internet de weg naar interessante plekken te vinden. Omdat er zoveel te ontdekken was, werden de blogs snel aangevuld, soms meer dan eens per dag.
2. BLOGS. Een tweede soort noemt Rebecca Blood gewoonweg BLOGS, da’s wel een verwarrende naam, vind ik, ze had beter DAGBOEKEN gezegd: ‘Korte teksten en het onderwerp is ‘t dagelijks leven van de schrijver, met links die ondergeschikt zijn aan de tekst. (…) Als er links worden opgenomen, lijkt dat bijna als bijzaak. Die links zijn veelal verwijzingen naar de definitie van het woord. Dit soort sites domineerden medio 2000 het webloguniversum.’ Een voorbeeld maakt het duidelijk, 't zijn dagboeknotities: Scripting News
3. NOTEBOOKS. Soms persoonlijk, soms gefocust op de buitenwereld, Ze onderscheiden zich van de tweede soort doordat ze langere stukken te zien geven, soms verhalen. Teksten zijn korter dan een essay en langer dan die in de tweede soort blog, ze zijn ook beter geredigeerd. De links zelf spelen een strikt ondersteunende rol. Dat is wat De Laatste Vuurtorenwachter doet: een blog als persoonlijke creatieve ruimte. De Laatste vervangt enerzijds de gelijknamige column die ik vanaf 1988 in Het Visserijblad schreef — er is hier dus ook wel sprake van een 'oneliner journal' — anderzijds vervangt deze blog ook de notitieboekjes die ik in pre-internettijden placht bij te houden. ’t Is geen toeval dat het label ‘leesnotities’ een van de meest voorkomende items van mijn blog is: wat vroeger in schriftjes — notebooks — terechtkwam, komt nu in de blog, waarbij ik dankbaar gebruik maak van het fenomeen hyperlink, in dit eigenste stukje zeven keer. 't Is waar dat ik binnenin typische handpalmverhalen (die ook eerst in deze blog terechtkomen) zo'n links probeer te mijden, omdat de kracht van het 'super korte' erdoor dreigt verloren te gaan, maar dat los ik al eens op door in de titel een link toe te voegen die naar een gedeclameerde versie van het verhaal leidt, een YouTubevideo waarop je me hoort spreken, soms ondersteund door muziek, veelal met (bewegende) beelden; ook hier maak ik dus gebruik van wat blogbepalend is: de hyperlink. Wat Blood over essays zegt is waar: speciaal voor publicatie in De Laatste creëerde ik een apart genre, het mini-essay, essay-achtige tekst die korter is dan wat een essay normaliter te zien geeft. Deze soort weblogs, zegt Rebecca Blood, is sterk gegroeid sinds de introductie van Blogger in 1999, veelgebruikte gratis service voor het updaten van posts; ’t is ook van Blogger dat ikzelf voor deze publicatie gebruik maak.
Flor Vandekerckhove

(°) Rebecca Blood. The Weblog Handbook. Practical Advice on Creating and maintaining Your Blog. 2002. Perseus Publishing. 208 pp.
De digitale publicaties (pdf en EPUB) van De Lachende Visch zijn gratis. Mail erom (en vermeld de titel: in dit geval ‘200’, dan begrijp ik het wel.): liefkemores@telenet.be.

Geen opmerkingen: