In deze blog staan een aantal verhalen die ik nu als ‘De X-files
van Bredene’ bijeengebracht heb. Het zijn oefeningen in de fantasy, een genre dat zich kenmerkt door de aanwezigheid van
onwerkelijke gebeurtenissen en verzonnen wezens. Bekende auteurs zijn JRR
Tolkien, Neil Gaiman, China Miéville, Ursula le Guin, Jeff VanderMeer…
Zelf ervaar ik het lezen van zo’n fantasy,
eerlijk gezegd, veelal als tijdverlies. Daar staat dan weer tegenover dat
miljoenen mensen zo’n verhalen erg weten te appreciëren. Waarom word ik daar
dan niet door geboeid? Ligt het aan mij? Dat heb ik in die verhalen proberen te onderzoeken: kan ikzelf fantasy schrijven die me wel boeit?
Het wordt tijd om de balans van dat experiment op te maken. Nergens, zo zie ik nu, ben ik er in geslaagd het genre zuiver te houden. Mijn fantasyverhalen laten uitdrukkelijk doorschijnen dat ze de verbeelding van een kind zijn (Duivel, Rolf), of van een oudere mens (Vierspan, Identiteit). Of het zijn verhalen ‘van horen zeggen’ (Tegenwerereld). Soms wortelen ze in een sage, maar dan gezien door de bril van een kritische toeschouwer (Ko, Kludde, Weerwolf, Verjongingsoven). Ze hebben een humoristische ondertoon die fantasy vreemd is (Blonde, Nekker). Soms gaan ze aan de haal met typevoorbeelden uit het genre en maken er een parodie van (Roberta, Pit). Als ik dat alles onder een noemer mag samenvatten dan kies ik voor dat laatste: het zijn parodieën.
Het wordt tijd om de balans van dat experiment op te maken. Nergens, zo zie ik nu, ben ik er in geslaagd het genre zuiver te houden. Mijn fantasyverhalen laten uitdrukkelijk doorschijnen dat ze de verbeelding van een kind zijn (Duivel, Rolf), of van een oudere mens (Vierspan, Identiteit). Of het zijn verhalen ‘van horen zeggen’ (Tegenwerereld). Soms wortelen ze in een sage, maar dan gezien door de bril van een kritische toeschouwer (Ko, Kludde, Weerwolf, Verjongingsoven). Ze hebben een humoristische ondertoon die fantasy vreemd is (Blonde, Nekker). Soms gaan ze aan de haal met typevoorbeelden uit het genre en maken er een parodie van (Roberta, Pit). Als ik dat alles onder een noemer mag samenvatten dan kies ik voor dat laatste: het zijn parodieën.
Ik verzamel ze nu in een
e-boekje dat gratis in uw mailbox valt als u me er per e-mail om vraagt. Daarna
kan dat boekje door u, naar believen, verder verspreid worden, want Haloween
nadert — ik zie dat tal van mensen 'kobbennetten' en andere 'fikfak' voor hun ramen hangen — het
ideale moment om iemand met de ‘De x-files van Bredene’ te verrassen. Een mooi cadeau voorwaar, en bovendien gratis!
Flor Vandekerckhove
Geen opmerkingen:
Een reactie posten