Beeldcultuur — Als er iets was wat intellectuelen toen met elkaar gemeen hadden dan
was het hun afkeer van de beeldcultuur. Zij waren van de letteren. Volgens
Ernest Mandel leidde beeldcultuur ‘onherroepelijk
tot de verwording van de bekwaamheid tot denken.’ Hij meende dat, want hij
zei verder ook nog: ‘Toen ik in de Sunday
Times las dat er in Londen reeds meer winkels van video-cassettes zijn dan
boekhandels, beschouwde ik dat als het slechtste nieuws van na de Tweede
Wereldoorlog.’ U leest dat goed: slechtste nieuws van na de Tweede
Wereldoorlog. Nou nou. En winkels van video-cassettes! Het waren waarlijk
barbaarse tijden.
Hegel — Hegel zei: ‘Wesen ist
was gewesen ist’. Naar verluidt was Sartre bijzonder geboeid door deze zin.
Als ik me, net als Sartre, dat citaat mag toe-eigenen zou ik het vertalen als: je
bent wat je geweest bent. Maar of ’t waar is? In het Franse dorp, waar
ik een vakantiehuisje heb, woont de oude Toulze die nooit van Hegel gehoord
heeft en evenmin van Sartre. Maar hij spreekt die twee wel tegen. Als ik van de
berg kom en zijn huis passeer, onderhouden we elkaar enige tijd over de
ouderdom. Hij zegt: ‘Je kunt niet
tegelijk zijn en geweest zijn.’
Uitleg
— Er zijn objectieve en subjectieve redenen. ik kan er een sociale, politieke
en economische uitleg aan knopen en er zitten ook psychologische kantjes aan.
Het heeft met mijn politieke verleden te maken, met de globalisering en dus met
de toekomst van de wereld. Het heeft met toeval van doen, misschien ook met een
persoonlijke crisis, evengoed als met diep doorleefde maatschappelijke
inzichten. Om al die oorzaken en aanleidingen te inventariseren, om er een
hiërarchie in aan te brengen, ze voor mezelf te verklaren, ze vervolgens
uitgelegd te krijgen en ze mooi neer te schrijven heb ik veel meer woorden
nodig.
Stijl
— Het is de stijl waar het om gaat. De stijl legt onvermoede dingen bloot.
Georges Perec legt zichzelf een stijl op via contraintes, anagrammen en palindromen — ja, ook ik heb de betekenis
ervan moeten opzoeken — omdat die zelfopgelegde beperkingen ‘een soort
directe toegang tot het onbewuste zijn, veel sterker dan welk automatisch
schrijven ook, veel sterker dan wanneer je uitgaat van de woordbetekenis. Het
feit dat je woorden produceert via die zeef, via dat filter. Wat daar doorheen
komt…’ Of dat ook geldt voor een drabble
zoals deze, zegt Perec niet. Ik weet niet of hij Monty Python gekend heeft.
Copywriter — Er waren veel vergaderingen.
Nooit begreep ik waarover men daar sprak, maar ik begreep wel dat ik dat niet
moest laten blijken en daarom stelde ik nooit vragen. Ik begreep wel dat het
onderwerpen waren die alleen maar verteerd konden worden door de drank die daar
overvloedig aanwezig was. Je kon er jezelf een koffie inschenken of cola,
whisky of pils. Iedereen dronk whisky. Het
was een dynamisch bedrijf. Na mij kwam er nog een marketing manager, een
public-relationsman, een beheerder van het wagenpark, een promotiechef, een
inkoopdirecteur, een webmaster, een IT-specialist. Er dreigde een tekort aan
whisky te ontstaan.
Flor Vandekerckhove
Geen opmerkingen:
Een reactie posten