Moet mijn boek een voorwoord hebben? ’t Is iets wat ik onderweg naar de
Colruyt overweeg. Vanuit de vrieskou komt de naam Eric Idle me toegewaaid, want mijn
boek bestaat uit drabbles,
genre dat zijn oorsprong in Monty Python’s Big
Red Book vindt dat Eric geredigeerd heeft. Zou hij dat voorwoord … Er kleven evenwel
nadelen aan de Brit. Ik moet mijn verhalen dan vertalen, want hij kent
Nederlands noch Creools. Bovendien is de kans
reëel dat hij geld vraagt.
Terwijl ik mijn fiets in het rek van de Colruyt schuif denk ik aan Delphine Lecompte. Zou zij dat voorwoord … Ik schuif de gedachte voor me uit en concentreer me eerst op uien, boter, gedroogde pruimen, pruimenconfituur, bloem, bruin bier, mosterd, laurierblaadjes, kruiden, diepvrieskroketten. En nog iets, maar wat?
Terwijl ik mijn fiets in het rek van de Colruyt schuif denk ik aan Delphine Lecompte. Zou zij dat voorwoord … Ik schuif de gedachte voor me uit en concentreer me eerst op uien, boter, gedroogde pruimen, pruimenconfituur, bloem, bruin bier, mosterd, laurierblaadjes, kruiden, diepvrieskroketten. En nog iets, maar wat?
Op de terugweg filosofeer ik verder over dat voorwoord. Ach, gij oude
zot, zeg ik aan 't rondpunt tegen mezelf, de naam van Eric Idle komt niet toevallig
bovendrijven: Idle, ijdel, ijdelheid. ’t Is eigenwaan die me aan Delphine laat denken,
besef ik in de laatste bocht, want ik heb vernomen dat ze zondagmiddag te
gast is in Touché. Ik wil haar alleen maar in mijn boek foefelen om me belangrijker
te maken dan ik ben. Wat een pretentie!
Thuis geef ik de boodschappen af en zet de fiets weg. Vanuit de keuken
roept mijn vrouw: ‘Ge zijt godverdomme de
konijnenbouten vergeten!’
Flor Vandekerckhove
Geen opmerkingen:
Een reactie posten