— De Hendrik Baelskaai, deel van de Oosteroever in Oostende, het verleden in vager wordend sepia en een rooskleurig getekende toekomst — |
Er is iets met het gebied dat in Oostende Oosteroever genoemd wordt, de kant aan
gene zijde van de geul, het gebied dat door de haven van de stad gescheiden
wordt, en niet alleen in afstand. Maar, zo vraagt een mens zich af, is er dan ook
een Westeroever? Dat blijkt niet het
geval te zijn, toch niet in Oostende waar men dat begrip niet kent. Daar heet
deze zijde gewoon de stad. Mmmm, behoort
de Oosteroever dan niet tot de stad? Laat het ons bekijken.
De grond is
lange tijd gebied van de naburige gemeente Bredene geweest. Het is pas in
1897 dat het daar helemaal Oostende wordt. In die tijd spreekt men nog over Liefkemores, een gepolijste versie van lisjemorre,
verwijzend naar lis & modder; geen stad dus. Later wordt het bebouwd en vuurtorenwijk genoemd, een negerdorp;
geen stad! Nog later wordt het de biotoop van de laatste Vlaamse jagers, de
vissers, die uit de stad verstoten worden, wanneer het toerisme er de zaak in
handen neemt. En altijd is er dat gevoel: dit staat los van de stad, dit is anders.
Ik ben er in
1988 gaan wonen. Toen ik er acht jaar later weer vertrokken ben, heb ik het karakter
van die plek proberen te beschrijven. 1996: ‘Een
sportterrein naast een baggermaatschappij, naast een verlaten militaire basis.
Scheepswrakken waarop verstotenen der aarde komen overnachten en vrijen,
spuiten ook. Dingen die het daglicht niet mogen zien, een vuur dat in de duinen
aangestoken wordt. Vreemde vogels en dwergkonijnen aldaar achtergelaten door
stedelingen. Wat is het verband tussen dat alles of het zou ikzelf moeten zijn?
Waarom ga ik daar dan weg? Zeker, er staat schimmel op de muren van het huis waarin
ik woon, houtrot maakt dat ik de ramen niet open krijg en deze die helaas open
staan niet dicht. Wat heeft de deur dichtgedaan? De schoorsteen die aan
diggelen valt? Of is ’t de niet aflatende aanwezigheid van… laat ons ze
initiatiefnemers noemen. De Europese Unie die geld heeft om het gebied een
nieuwe bestemming te geven; promotoren die de dingen opkopen; politici die de leegte
met macht bedekken; de jachthaven die er vroeg of laat zal komen en daarmee ook
de winnaars van de rat race die hun tupperware-boten tegen de kaai gaan leggen, vlak voor de
gebouwen die niet langer lege pakhuizen zullen zijn…’ Ik herlees die woorden
en weet waarom ze ontoereikend zijn. Ik heb iets achtergehouden, iets
verzwegen; er is iets wat ik in 1996 nog niet mag zeggen.
Gisteren ben
ik er nog eens langs gefietst. De Oosteroever, zoals ik die gekend heb, bestaat
niet meer. Een verhaal is afgelopen, een boek wordt dichtgeklapt. Voor ’t eerst
in zijn lange geschiedenis maakt het gebied echt deel uit van de stad. En kijk, het
grote vergeten is al begonnen. Wie kent het verhaal van Valke nog, toentertijd mijn buurman,
die kon vliegen? Wie kan het epos van Rooie Machteld nog navertellen? Hebt u al
gehoord over die merkwaardige dag waarop elk vissersschip een man te kort kwam?
Wie herinnert zich het mannenbal, een traditie waarbij scheepsherstellers de
vissers ten dans vragen? Wie zal zich de vrouw herinneren die klaarkomt van het
lachen? Wie weet nog hoe het er in het zwarte café aan toegegaan
is? (En dat is nog maar datgene wat spontaan in mij opwelt!) Nu het allemaal voorbij is, nu de Oosteroever stad geworden is, nu ook dit
deel van de wereld onttoverd wordt, mag ik het geheim ontbloten. Deze blog zal
u inleiden in de Geheimen van
de overkant. Kortelings op dit scherm! Komt dat zien! Komt dat zien!
Flor
Vandekerckhove
[Dit stuk maakt deel uit van een verhalenproject dat ik opgestart ben en waarbij ik probeer versteende vissersverhalen tot leven te wekken. Wie er meer wil lezen kan aan de rechterkant van de kolom op het label 'Verhalenproject 2015-16' klikken; daar staan er al een twintigtal.]
[Dit stuk maakt deel uit van een verhalenproject dat ik opgestart ben en waarbij ik probeer versteende vissersverhalen tot leven te wekken. Wie er meer wil lezen kan aan de rechterkant van de kolom op het label 'Verhalenproject 2015-16' klikken; daar staan er al een twintigtal.]
Geen opmerkingen:
Een reactie posten