— Karel
van het Reve (r.) met uitgever G.A. van Oorschot bij de presentatie
van Van het Reves Freud,
Stalin en Dostojevski (1982) in de
Athenaeum-boekhandel, Amsterdam, 1982.
Foto: Ewoud de Kat. —
|
De titel komt uit de biografie van Karel van het Reve (°) en die
schrijft het in 1942 als motto boven zijn dagboek. Nulla dies sine linea, geen dag zonder een regel (te schrijven).
Karel van het Reve (1921-1999) is de oudere broer van de bekende Gerard Reve en zoon van de onbekende Gerard Vanter, pseudoniem van vader
Gerard J.M. van het Reve. Allemaal schrijvers. Wat me toelaat mijn stelling, ter
grootte van een ingestampte deur, te illustreren die zegt dat het kind dat in
de voetsporen van een ouder treedt een ferme streep voor heeft op een kind dat
het allemaal zelf moet uitvissen.
‘Het schrijven van mijn vader
is van invloed geweest op mijn keuze voor het schrijven. Zoals wel meer jongens
hetzelfde willen gaan doen als hun vader doet.’ Toch
heeft hij geen hoge dunk van vaders schrijverij: ‘Vele jaren later, toen hijzelf al een bekend schrijver was, heeft
Karel van het Reve er herhaaldelijk aan herinnerd dat hij als schoolkind een
onbegrepen gevoel van schaamte kreeg als men hem vroeg wat zijn vader deed en
hij niet wilde zeggen dat zijn vader schrijver was “omdat ik er diep van
overtuigd was dat mijn vader geen echte, serieuze schrijver was, maar meer
iemand die zich uitgaf voor schrijver en ter ondersteuning van die lachwekkende
bewering het ene boek na het andere deed verschijnen (…)” Hij is er zich als
kind al van bewust ‘dat er aan al die
boeken iets ontbrak, waardoor het geen echte boeken waren.’
— Prof.
Karel van het Reve ontvangt PC Hooftprijs;
Karel (links met bril) in gesprek
met zijn
jongere broer Gerard Reve. (Foto Croes, Rob C. / Anefo.) —
|
Wat ontbrak daar dan aan? ‘Pas in
een van de laatste interviews in zijn leven preciseerde Karel van het Reve zijn
kijk op zijn vader als romanschrijver: “Hij heeft nooit zoveel kunnen
verzinnen. Zijn vergissing is geweest dat hij gedacht heeft: ik ben een
schrijver en ik moet schrijven, op een zolderkamer zitten en boeken schrijven,
en dan boeken waarin moorden gepleegd worden of allerlei aangrijpende dingen
gebeuren. Terwijl zijn kracht eigenlijk zit in het maken van verhalen die bijna
helemaal op de werkelijkheid teruggaan. Moeder zal het wel gelezen hebben. Maar
er werd niet zo vreselijk veel gepraat over het schrijven.’ Mag ik hier aan toevoegen dat dit laatste voor mij een
enigszins herkenbare situatie is?
Vader dacht daar trouwens niet heel anders over: ‘Zijn schrijverij waardeerde hij, terecht, zelf als niet serieus. Zelfs
zijn werk voor de krant en in de organisatie waardeerde hij minder serieus dan
ik op het ogenblik doe. Ik begreep niet waar hij de kracht vandaan haalde
steeds weer opnieuw mislukkende pogingen om geld te verdienen te ondernemen.
Voor wat hij schreef interesseerde zich bij ons thuis niemand.’
Maar het zaad was wel gezaaid. De gedachten van de jonge Karel ‘gingen bovenal uit naar de literatuur en
zijn grootste verlangen: het schrijverschap.’
Ten huize Van het Reve was men erg geëngageerd in de communistische
partij. Vader werkte voor de partijkrant en voor tijdschriften van
mantelorganisaties, zijn boeken stonden inhoudelijk ten dienste van de vermeend goede zaak. Zelf is Karel nooit een partijlid geweest en uiteindelijk breekt hij ook ten
gronde met het marxisme — dat hij overigens alleen maar in de kwalijke variante van het stalinisme beleefd heeft. Ook daar geldt evenwel mijn stelling. Zijn interesse in de
Sovjet-Unie en het Russisch volgt dat van zijn vader, wat hem in de materie een
indrukwekkende voorsprong geeft. Veel van wat hij schrijft heeft dan ook het
Russisch, Sovjet Rusland en het communisme als onderwerp.
Over zijn eigen schrijverschap zegt Karel van het Reve zaken die ik ook wel
herken: ‘Die omweg is zo groot — het
schrijven — dat je nooit aankomt. Je jaagt als een eenzame ster door het
heelal, hier en daar wel toegejuicht vanwege de toeren die je verricht, maar
dat is iets anders.’ En ook dat herken ik: ‘Je moet de schrijver zien te vinden die je werkelijk bent. Er zijn er
heel wat die doodgaan zonder dat ze daarachter gekomen zijn. Ik heb er lang
over gedaan die schrijver in mezelf te vinden.’
Flor Vandekerckhove
(°) Ger Verrips. Denkbeelden
uit een dubbelleven. Biografie van Karel van het Reve. 2004. A’pen/A’dan
Uitgeverij De Arbeiderspers. 472 ps.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten