zaterdag 21 september 2019

Analoog versus digitaal: over de ziel van de dingen
































Tarantino behoort tot de kleine kring van filmmakers die de pellicule tot vandaag trouw blijft:
‘Het is goed dat een jonge filmmaker tegenwoordig een film kan maken met een telefoon. Maar waarom zou een gevestigde regisseur digitaal filmen?’ En wat hij ook zegt is dit: ‘Digitale projectie betekent de dood van de cinema. Het is gewoon televisie in het openbaar.’ Er zijn er nog die zo denken: J.J. Ambrachts (Star Wars): ‘Analoog filmen is ‘mooi, organisch, natuurlijk en echt.’ Judd Apatow (Trainweck) heeft het over ‘de magie van het korrelige en de kleurkwaliteit van film.
Once Upon a Time… In Hollywood heeft Tarantino bijgevolg ook op celluloid gefilmd. Daarna is de film uiteraard gedigitaliseerd, want digitaal is nu wereldwijd de projectiestandaard. Toch houdt Tarantino analoge kopijen achter. Die vertoont hij in zijn eigen filmhuis in Los Angeles, waar enkel analoge films gedraaid worden.
Ook in Nederland is er zo’n cinema: Eye. Die vertoont Once Upon a Time… zowel digitaal als analoog, zodat je kunt vergelijken en daarna met gezag over de verschillen kunt spreken. En wat zijn die verschillen volgens Eye? ‘Een verse 35mm-filmkopie is goed voor het equivalent van 6K in de digitale wereld — terwijl de meeste bioscoopfilms digitaal op 2K worden vertoond.’ Is dat verschil ook te zien? Volgens Eye wel: ‘de kleuren zijn levendiger, het zwart is donkerder en de schoonheid van de gruizige filmkorrel’.
In 2007 regisseert de schrijver Alessandro Baricco een film. In die tijd balanceert men volop tussen celluloid en pixels. Opnames gebeuren nog analoog, verwerken gaat digitaal en dan komt alles weer op celluloid ten behoeve van de zalen. Het debat tussen voor- en tegenstanders tiert welig: ‘Je moet begrijpen dat het niet alleen een kwestie van lichtgevoeligheid en pixels was: de hele manier waarop het vak werd uitgeoefend stond ter discussie; het digitale filmen veranderde de manier van belichten, het gewicht van de camera’s, de bewerkingstijd, de kosten, alles (…) de oude rotten in het vak wisten dat er door het digitale filmen een soort schoonheid verloren ging, een soort magie, iets speciaals dat je ook zou kunnen definiëren als de ziel van de film.’ (°) Wat Baricco hier 'de ziel' noemt heet wellicht bij Walter Benjamin 'de aura'.
Baricco wil weten wat ervan aan is en vraagt aan zijn cameraregisseur of hij een scène uit de film wil projecteren, eerst analoog en dan digitaal: ‘En dit is wat ik zag: er was geen enkel verschil. Kleurgebruik, scherpte, diepte, niets. Identiek. Natuurlijk zag mijn cameraregisseur, die naast me zat, wel een paar verschillen, maar dat was dan ook zijn beroep en toen ik hem vroeg of een normale bioscoopbezoeker enige kans had om die verschillen op te merken antwoordde hij objectief : nee.’

(°) De citaten van Baricco vind je weer in Alessandro Baricco. The Game. 2019. De Bezige Bij, A’dam. Vertaald uit het Italiaans door Manon Smits. 335 pp.


[Dit stukje verscheen ook in Snapshots. Tijdschrift van de Vlaamse filmpers.]

5 opmerkingen:

Luc Blomme zei
Deze reactie is verwijderd door een blogbeheerder.
Luc Blomme zei

Als je niet (meer) kunt genieten van de ziel van de dingen ben je een zielig mens...
(Luc Blomme)

De laatste vuurtorenwachter zei

Bond zonder naam?

Luc Blomme zei

"Bond van Luc Blomme"

Philippe Clerick zei

Het verschil tussen digitaal en analoog (in de zaal) is, geloof ik niet zo groot als tussen boek en e-reader, of tussen elpee en cd.
Natuurlijk is digitaal niet tegen te houden, en natuurlijk zijn dezelfde scènes, met dezelfde camerahoeken etc. ongeveer hetzelfde of ze nu digitaal of analoog opgenomen zijn. Als ik een gedrukt boek lees van Reve maakt het mij niets uit of het met een tekstverwerker of met een kroontjespen geschreven is.
Maarre ...
Had Tarantino zijn 'Hollywood' digitaal gefilmd, dan zou die anders zijn geweest, en had Reve zijn boeken met tekstverwerker geschreven, dan zouden zijn boeken ook anders zijn geweest.