2. Vlak voor het huis van die vreemde vrouw kom je onverwachts je echtgenote
tegen. ‘Wat doe jij hier?’ vraagt ze
terecht. Je antwoordt naar waarheid: ‘ik
heb me zojuist op een analoge personenweegschaal gewogen.’ Ze zegt: ‘Analoog? Dat het nog bestaat! En,’
voegt ze er benieuwd aan toe, ‘hoeveel weeg
je daarop?’ Je antwoordt: ‘Vijf kilo
meer dan thuis.’ Ze wuift het verschil weg. ‘Dat komt,’ zegt ze, ‘doordat het een analoge personenweegschaal is.’
Opeens zie je haar schrikken. ‘Ik denk,’
zegt ze, ‘dat iemand achter je iets door
’t raam gegooid heeft.’ jij
denkt: dat zal die weegschaal zijn.
3. ’s Avonds, thuis, in de echtelijke slaapkamer, weeg je je op de
digitale personenweegschaal. Je echtgenote
vraagt: ‘Hoeveel weeg je nu?’ Je
zegt: ‘Ik sta weer op mijn normale
gewicht.’ Ze keert zich op haar andere zij en zegt: ‘Die analoge weegschalen zijn niet te vertrouwen.’ En ze knipt het
licht uit. Zelf denk je in ‘t donker nog een wijle na over de betekenis van de
term ‘een voltooid leven’ en over de beperkingen van de wet die niet toestaat omwille
van een voltooid leven euthanasie te krijgen, want zo voelt je leven op dat
moment wel aan: voltooid.
Flor Vandekerckhove
Geen opmerkingen:
Een reactie posten