Links, de bekende A.L. Snijders, rechts de onbekende Peter Cornelis Müller
|
In 2018 publiceert A.L. Snijders twee verhalen die beide over dezelfde ontmoeting met Paul Dönitz gaan: ‘Hij
was ondanks de Umlaut een Nederlander, studeerde filosofie aan de Sorbonne, en
was op weg naar zijn moeder in Haarlem.’ De Sorbonne en de moeder komen in
beide verhalen voor. De ontmoeting gebeurt telkens in de trein. (°) In het
eerste verhaal leest Paul Dönitz een boek over Socrates, in het tweede is dat een boek over een
middeleeuwse troubadour: ‘Ik kan me het jaar van deze
ontmoeting niet meer precies herinneren, het moet ergens in de late jaren
vijftig geweest zijn. Het was het begin van een vriendschap op afstand. (…) We
zagen elkaar niet vaak (…)’ Althans in het eerste verhaal. In het
tweede staat: ‘Paul Dönitz heb ik
daarna nooit meer gezien (…)’ Hoezo? Heeft Snijders deze Dönitz weergezien of niet? Een
mens vraagt het zich spontaan maar verkeerdelijk af: welk verhaal vertelt de waarheid.
A.L. Snijders staat niet in de registers van de burgerlijke stand, het
is de schrijversnaam van Peter Cornelis Müller die, in tegenstelling tot Snijders,
in het verborgene leeft. Wat Müller op deze of gene treinreis
meemaakt zal hij geenszins aan onze neus hangen. A.L. Snijders daarentegen …
Müller en Snijders gelijken op
elkaar, met dat verschil verschil: in tegenstelling tot Peter
Cornelis is A.L. Snijders niet gebonden aan tijd en plaats. Snijders
kan Paul Dönitz zoveel keer voor het
eerst ontmoeten als hij maar wil en dezelfde ontmoeting kan telkens weer anders zijn. Het is heel goed mogelijk dat Snijders
Dönitz daarna nooit meer ziet én dat hij hem later weer ontmoet.
Peter Cornelis Müller
is een oude weduwnaar die krakend & piepend op een afgelegen boerderij
woont. A.L. Snijders daarentegen is een spitse magiër, in
de geest van Alan Moore die zegt: ‘Magie is voor mij iets uit niets,
een konijn uit een hoed, of een verhaal dat uit mij tevoorschijn komt terwijl
ik in een leunstoel zit met een volledig lege geest.’
Flor Vandekerckhove
(°) Die twee verhalen bevinden zich in A.L. Snijders. Het oog van de naald. AFDH
uitgevers. 235 pp. © 2018. Beide verhalen werden eerder al gepubliceerd. Het
eerste, Socrates, wordt 1 mei
gedateerd. Het tweede, Maaltijd,
staat op 4 mei in een bijlage van De Standaard.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten