zaterdag 18 september 2021

Meet deze wolk eens

— Ik schrijf dit stukje tijdens hoogdagen van ‘woke en 'cancelculture'. Momenteel gaat het erg om Jan Fabre en het al dan niet verwijderen van diens beeld De man die de wolken meet. Mij ga je op de cancelcultuurbarricaden niet aantreffen. Evenmin vind je me weer in het gezelschap van oudere heren die, gezeten in de chesterfield, zich afvragen ‘of we nu ook dát nog over ons heen moeten krijgen.’ Waar bevind ik me dan? Wel, ik ga op zoek naar Bep, dochter van Roel van Es. —


Van Gerrit Achterberg↗︎ hoor ik voor het eerst tijdens mijn middelbare schoolopleiding, ook dat hij zijn hospita vermoord heeft. Moordenaar-dichter is een sterke combinatie, zoiets vergeet je niet gemakkelijk. Meer dan een halve eeuw later lees ik ’s mans biografie. (°) Ik ben 200 bladzijden ver:
Op de avond van de vijftiende december [1937] vond de tragedie in de Boomstraat plaats, op een moment dat moeder en dochter Van Es daarop niet verdacht waren. Het politierapport: ‘Het was iederen avond de gewoonte dat de dochter van mevrouw Van E. enige boterhammen op de kamer van A., die op de bovenste verdieping is gelegen, bracht. (…) blijkt dat A. het meisje — toen zij in de kamer verscheen — heeft willen vastpakken. Hiertegen heeft het meisje zich verzet, waarbij zij tevens om hulp riep. Op dit hulpgeroep begaf mevrouw v. E. zich ijlings naar boven, teneinde haar dochter bij te staan. Toen zij in de kamer kwam heeft A. de deur afgesloten, waarop de bewoonster voor het raam naar buiten om hulp heeft geroepen. Hierop heeft A. zijn Browning getrokken en een schot gelost op zijn hospita, dat haar in de linkerzijde dodelijk heeft getroffen. De zestienjarige dochter, die inmiddels de kamer had verlaten, werd door de kostganger gevolgd. Hij loste op de trap staande een schot. De kogel verwondde het meisje aan den hals ter hoogte van de halsader, zich deze werd niet geraakt.’

Hier kan Nick Cave een ferme moordballade van maken. (°°) En dan, elf bladzijden verder:

Het is paradoxaal: vanaf het moment dat Achterberg in de diepste ellende kwam te zitten, in gevangenis en later gesticht, werd hij verlost van de maatschappelijke druk, (…) van de wisselende, gespannen relaties met vrouwen, en was hij voor het eerst geheel en al vrij om te dichten. (…) 1937 was dan wel zijn crisisjaar, maar tevens het jaar van de totale overlevering aan de poëzie. Een andere weg was er niet. De prijs was hoog, te hoog voor wie denkt aan de slachtoffers.
Nog 500 bladzijden te gaan, maar vanaf nu krijg ik het niet meer uit mijn hoofd: hoe is het die zestienjarige dochter van de hospita verder vergaan? In de biografie valt over dat meisje — Bep — niet veel meer te achterhalen, wel dat de dichter haar vereeuwigt in Zestien↗︎, gedichten die nota bene tot de mooiste uit de Nederlandse poëzie gerekend worden, werk van een groot dichter, een verkrachter ook. En hoe bekender dichter Gerrit Achterberg wordt, hoe meer zijn achtergebleven slachtoffer in het niets verdwijnt. Dat is ook wat journalist Gobert van Colmjon opvalt (‘In de aanhoudende apologie van het dichtersgenie vormt zij nog steeds een hinderlijk attribuut waarbij kennelijk niet al te lang mag worden stilgestaan.’) en in 2002 geeft hij in het dagblad Trouw verslag van zijn zoektocht↗︎. Uiteindelijk vindt hij haar wel en dit is wat ze hem zegt:
'Het is te laat. Ik ben eenentachtig, wat schiet ik er nog mee op? Ik vind het fijn dat er nog belangstelling is, dat men mij niet helemaal is vergeten. Maar ik wilde dat men zich eerder om mij bekommerd had. Ik heb geen enkele hulp gehad, van niemand. Geen enkele instantie heeft na de schietpartij contact met mij gezocht. Ik heb het allemaal zelf moeten doen. Ik heb later nog eens aan mijn huisarts verteld wat mij allemaal is overkomen. Hij zei: Tjongejonge, mevrouw, u heeft wel wat meegemaakt in uw leven. Geen wonder dat u nerveus bent. Ik ben een heel nerveuze vrouw, dat heb ik daar van overgehouden.'


(°) Wim Hazeu. Gerrit Achterberg. Een biografie. 1988. de arbeiderspers A’dam/A’pen. 751 pp.
(°°) Wat tot een notitie leidt waarin ik mezelf opdracht geef om de lyrics van Caves Murder ballads↗︎ aan een indringende blik te onderwerpen en te kijken of ik die kan koppelen aan Moordballade/Droomballade↗︎ en aan Zestien↗︎ van Gerrit Achterberg.

De e-boeken van Flor Vandekerckhove zijn gratis. 

Vraag ernaar via liefkemores@telenet.be.

(Vermeld de titel.)

Geen opmerkingen: