vrijdag 21 november 2025

Clinchamps-sur-Orne, wat daar al niet gebeurd is

Clinchamps-sur-Orne, 13 september 1911, er gebeurt iets: een foto, iedereen poseert.
Rechts: been there.


TOEN TANIA schoon genoeg had van al de krijtrotsen aan de Normandische kust, sloeg ze af naar de GR 36, grote routepad dat, via ’t Franse binnenland, helemaal tot aan de Pyreneeën loopt. Zelf had ik daar geen goed oog in. Dat komt… Aan de kust valt altijd wel een verhaal op te roepen, van een auteur die er (over) schrijft bijvoorbeeld (Marcel Proust in Cabourg, Maurice Leblanc in Étretat, Françoise Sagan in Honfleur) of van een schilder die er zijn ezel neerpoot (Berthe Morisot, Johan Jongkind, Monet en Bracque, Camille Pissaro…). Mijn vrees is dat er in de binnenlandse dorpen voor mij niets te rapen valt. Is die vrees terecht? 
Ik sta op de gemeentelijke parking van Clinchamps-sur-Orne. Herfst, regen, wind, donkere wolken, niemand waagt zich buiten. Een mens denkt meteen: hier gebeurt nooit iets. Ik monster een verzameling vintage postkaarten. Eén: Café du Ruisseau, épicerie, mercerie. Iedereen heeft zich verzameld om mee op de foto te staan: een man, een hond, drie vrouwen, acht kinderen. Postkaart nummer twee: Kerkstraat, het postkantoor, vijf vrouwen, twee mannen, negen kinderen, paard & koets, iemand legt de datum vast: 13 september 1911. EINDELIJK GEBEURT HIER IETS, EEN FOTO! Iedereen wil erbij zijn. Het herhaalt zich op de derde postkaart: twee vrouwen, twee mannen, acht kinderen, paard en kar, geit. Ik bekijk enkele details: twee meisjes laten de geit uit, meisje toont trots een mansfiets, jongen demonstreert hoe hij met stok een wiel beweegt — ik herinner me dat mijn vader me over zo’n wielvelg uit zijn kindertijd vertelt. 
Gebeurt hier waarlijk niets? In oude kranten ga ik op zoek naar feiten die me tegenspreken. Uit een ellenlange, lezenswaardige lijst gebeurtenissen pik ik er willekeurig eentje uit: 
April 1835. – Een verkeersongeval. – Een bediende van meneer Lebreton, een landeigenaar in Clinchamps, die verantwoordelijk was voor het besturen van een boerenkar, was gestopt om overmatig te drinken in een herberg aan de Rue de Falaise. Bij het verlaten van de stad viel hij onder het wiel van zijn kar, waarbij hij zijn arm brak en zijn borstkas verbrijzelde. Hij is ernstig gekwetst. Dit ongeval zal helaas niet voorkomen dat andere onvoorzichtige personen zich aan hetzelfde gevaar blootstellen. (Le Pilote du Calvados)
Dat laatste is zeker waar. 190 jaar na het ongeval in Clinchamps overkwam Tom Waes iets soortgelijks, op de ring rond Antwerpen. Ook hij was eerst ergens gestopt om overmatig te drinken. Zijn boerenkar was van het merk Porche.
Flor Vandekerckhove

Over haar verblijf, als achttienjarige, in Clinchamps-sur-Orne, schreef Nobelprijswinnaar Annie Ernaux Meisjesherinneringen. Mijn recensie van dat boek staat hier.


Geen opmerkingen: