— Ik las een bundel opstellen van Herman de Coninck en keerde terug in de tijd. Wat ook blijkt uit deze indrukwekkend grote typemachine die toentertijd ongetwijfeld 'modern' was. — |
Herman de Coninck schreef niet alleen gedichten, hij was ook een
journalist, hij schreef essays en kritieken. Een aantal opstellen werden
gebundeld in Over Marieke van de Bakker (1987).
Ik zag het boek staan in de bib en ’t was alsof ik tussen de rekken op een oude
kennis stootte. Kom, zei die oude
kennis, we gaan een beetje leuteren over
de tijd van toen. En terwijl ik met dat boekje een koffie ging drinken,
hadden we het over vroeger. Hoe
zou het nog met Paul Goodman gaan? Heb je Hedwig Speliers nog gezien? Ken je KoR Van der Goten nog? En André Demedts, Clem Schouwenaars, Ome Willem en
Neil Postman? Het boekje herinnerde me aan mensen die dood en vergeten
zijn. Of die vergeten zijn en nog leven. En het herinnerde me vooral
aan een tijd waarin papier zo goedkoop was dat je je als schrijver geenszins
moest inhouden. De Coninck legde bijvoorbeeld elf bladzijden apart om een
essaybundel van Hedwig Speliers de grond in te boren. Dat gebeurde dan ook grondig. Waar Speliers in zijn boekje pleitte
voor meer poëzie in het onderwijs, bijvoorbeeld door het aanleggen van een kleine
bloemlezing per klas, voegde de Coninck daar cynisch aan toe: ‘men kan zulks doen met behulp van een
fotokopieerapparaat.’ Dat was nog maar het opstapje: ‘We mogen hier misschien ook even wijzen op het klassikaal nut van een
emmer water bij het gedicht ’t Is triestig dat het regent in de herfst. Tevens kunnen de leerlingen bij Gezelles Mezennestje een onuitgebroed ei proberen te mimeren en
vervolgens een uitgebroed. Bij een gedicht van Faverey kunnen ze een
dubbelepunt uitbeelden, met z’n tweeën dan: dit wordt groepswerk. Enzovoort.
(Ter illustratie van het woord enzovoort kan eventueel de hele school
opdraven.)’ De Coninck was tegelijk vilein en geestig.
De Amerikaanse anarchist Paul Goodman was volgens de Coninck een
slechte dichter: ‘Er wordt gerijmd als
het zo uitkomt, maar vaak vindt Goodman een assonantie al meer dan genoeg. Je
zou kunnen zeggen: een beetje à la Emily Dickinson, maar veel onhandiger en
oneleganter. Dickinson heeft namelijk gezocht naar haar halfrijmen. Goodman
heeft niet lang genoeg gezocht naar zijn volle rijmen en ze dan maar half laten
staan.’ Slecht, slecht, slecht…Toch besteedde hij veertien pagina’s aan die mens en samen met Benno Barnard vertaalde
hij ook nog eens tien van Goodmans gedichten, goed voor weer zes bladzijden. Ja, in
die tijd was papier niet alleen verduldig, het kostte ook twee keer niets.
In een artikel met de veelzeggende titel KoR van der Goten: de heroïek van de zieligheid smeerde de Coninck
de neergang van deze sjansonjee uit
over vierentwintig bladzijden. Het stuk voerde me terug naar een tijd waarin
Bart De Wever nog André Demedts heette. De Coninck citeerde uit een briefje waarin die Demedts er de Gewestelijke Omroep West-Vlaanderen op wees dat Van der
Goten wel gedraaid mocht worden: ‘maar
a.u.b. beloof ons iets: wij vinden dat een chanson wel ondeugend mag zijn, maar
we zouden toch willen verhinderen dat het chanson als zodanig de bijnaam van
‘pervers, sexueel-exhibitionistisch liedje’ krijgt. Wilt u daarmee rekening
houden?’
De Coninck had niet alleen plaats voor mensen die neergesabeld
moesten worden. Er bleef nog veel papier over om het uitvoerig over gelijkgezinden te hebben. Die vond hij
in een gezamenlijke afkeer van de beeldcultuur, ja ook toen al. Zo citeerde hij
uitgebreid mijn kameraad Ernest Mandel die de achteruitgang van de
woordcultuur aanklaagde: ‘Dat leidt
onherroepelijk tot de verwording van de bekwaamheid tot denken.’ (Het was
nog lang wachten tot een intellectueel ietwat genuanceerder over de nieuwe barbaren begon te spreken.) Zegt Mandel verder nog: ‘Toen ik in de Sunday Times las dat er in
Londen reeds meer winkels van video-cassettes zijn dan boekhandels, beschouwde
ik dat als het slechtste nieuws van na de Tweede Wereldoorlog.’ Nou nou.
Winkels van video-cassettes! Het waren waarlijk andere tijden.
Winkels van video-cassettes! Het waren waarlijk andere tijden.
Flor Vandekerckhove
Geen opmerkingen:
Een reactie posten