IN HET Parijse Quartier Latin logeren we in de rue Mouffetard. Ik loop
de straat af: winkeltjes, restaurants,
Parijzenaars, studenten, toeristen. Uiteindelijk steek ik de Place de la
Contrescarpe over en kom in het verlengde van de Mouffetard terecht, rue
Descartes. Mijn oog blijft aan het nummer 39 haken. Op de benedenverdieping restaurant La Maison de Verlaine. Een gedenkplaat: ‘Dans cette maison est mort le 8 janvier 1896 le poète Paul Verlaine,
né à Metz le 30 mars 1849.’
Verlaine woont er met Eugenie Krantz in een logement van twee kamers. Daar vindt de dichter eindelijk rust. De stormen zijn gaan liggen,
lees ik in een boek waarin Verlaines laatste dagen beschreven worden. De pijnen blijven een tijdje achterwege. Met nieuw werk houdt hij de materiële zorgen op afstand: ‘Ik wil niets anders
meer zijn’, zegt hij, ‘dan een
eenvoudige kleinburger van de rue Mouffetard.’ De Mouffetard, kwartier van kleinburgers! Woorden waarmee de straat
de literaire geschiedenis ingaat. Kort daarvoor kun je Verlaine nog als een clochard door Parijs zien dwalen. Nu wordt
hij niet langer bekoord door de absint. Dat kan niet anders, hij is wel degelijk erg ziek — diabetes, syfilis, zweren… —, de pijnen steken dan ook gauw weer de kop op. Begin december 1895 begint zijn door suikerziekte aangetaste been op
verontrustende wijze pijn te doen. Tegen kerst heeft hij maagpijnen. Vroeg slapen, alcoholverbod.
Op zondag 5 januari krijgt hij hoge koorts. Die dag brengt men hem de
drukproeven van een gedicht dat Verlaines laatste zal zijn, La Mort. Zijn gezellin windt er geen doekjes om: ‘Il est perdu!’ ’s Anderendaags geraakt de 51-jarige in een coma. Op 8 januari
1986 sterft hij in het huis dat om evidente commerciële
redenen voortaan La Maison de Verlaine
heet. Parijs toeristenval!
Ik kom in de vlakbij gelegen rue du Cardinal Lemoine terecht. Op de
gevel van het nummer 74, weer een gedenkplaat. Daar woont
van januari 1922 tot halverwege 1923 Ernest Hemingway. In tegenstelling tot
Verlaine is Hemingway in de fleur van zijn leven. Zo was Parijs, schrijft hij in Dag en nacht feest, in de tijd dat we zeer arm waren en zeer
gelukkig. Ook daar heeft een nijvere ondernemer profijt uit proberen halen. Beneden heeft hij een reisbureau geopend dat Under Hemingway's heet. Nu is er een boetiek. In The Snows of Kilimanjaro
beschrijft Hemingway zijn buren: ‘He
knew his neighbors in that quarter then because they all were poor’, telgen van Communards, volk dat er nu niet meer woont, wegens onbetaalbaar.
° Frédéric-Auguste Cazals en Gustave Le Rouge. Les derniers jours de Paul Verlaine, 2011.
° Ernest Hemingway. The Snows of Kilimanjaro, hier gratis op ’t internet.° Ernest Hemingway. Dag en nacht feest: Herinneringen aan Parijs. Vertaald door John Vandenbergh. Amsterdam; Loeb, 1980.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten