Onderweg passeer ik Dirk Berchmans. Ik ken hem al van in de lagere school. Hij is net iets
ouder dan ik. Hij heeft in de vismijn
gewerkt, nu is hij met pensioen. Ik vraag hem of hij nog actief is. Godver neen, antwoordt hij, ik doe geen slag meer. Hij zegt het met indrukwekkend
veel overtuiging. Hij is op weg naar de Lidl, zegt hij ook, want straks gaat het hevig waaien. Hij is niet van plan om zijn huis te verlaten als ’t zo hard waait.
De Lidl ligt links, mijn huis rechts. Onze wegen
scheiden. Ik voel dat de wind in kracht toeneemt en denk na over het soort
gesprekken dat ik deze dagen voer. Dirk is met pensioen, hij is op z'n rust
gesteld. Over zo’n dingen gaan die gesprekken, en over het weer.
Er zijn er andere. Dat ondervind ik wanneer ik
thuis mijn mailbox opentrek. Een bericht van Bernard Vanneuville. Ook hij is de 65
gepasseerd, maar hij is niet op rust gesteld. Hij formuleert een commentaar op een blogstukje.
Daarin ga ik op zoek naar de namen van oud-schoolkameraden. Bernard vindt dat
een mij onwaardige bezigheid: WAAR HOU
JIJ JE MEE BEZIG? EEN MANIER VAN OMGAAN MET HET OUDER WORDEN? WAAR
IS DE WELLUST EN BRUTALITEIT VAN WELEER?’ Hij schrijft het in
kapitalen, het zit hem blijkbaar hoog.
De
brutaliteit van weleer ben ik onderweg inderdaad verloren, dat is waar. Wellust daarentegen is er nog à volonté, maar ik loop er niet langer mee op straat. Ik ben daarin een beetje zoals Dirk Berchmans: als 't waait blijf ik binnen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten