maandag 10 april 2023

Voor wie boel zoekt

Links: Fluxus zaagt een piano aan stukken. Rechts: Pete Townshend slaat een gitaar stuk. Fluxus en The Who zijn niet de enige instrumentenvernielers op podia. Er zijn verre voorlopers en late nakomers. Een mooie lijst staat hier.


Op het einde van 1962, tijdens een kunstenfestival in Londen, presenteert Robin Page zijn Guitar Pieces. Anders dan de naam suggereert, speelt hij geen muziekstukken (pieces) voor gitaar, het is de gitaar die hij aan stukken (into pieces) schopt. Een getuige: ‘Robin wacht een paar ogenblikken voor hij de gitaar op het podium smijt en het in het publiek trapt, door het gangpad de trappen af, Dover Street in. De toeschouwers staan op en rennen achter hem aan terwijl hij de wijk rondrent, daarbij koortsachtig trappend tegen de uiteenvallende gitaar.’ Page herhaalt Guitar Pieces in Scheveningen op 13 november 1964, tijdens een bekend Fluxus-optreden. Later doen verschillende kunstenaars de happening over. Volgens Wikipedia is Guitar Pieces de directe inspiratiebron voor Pete Townshend van The Who, die vanaf 1964 gitaren kapotslaat tijdens optredens.
Omdat je niet alles mag geloven wat Wikipedia zegt, wil ik 1 en ander checken. De bedoeling van Robin Page en Fluxus is bekend. Ze willen de kunstpraktijk zuiveren van de door commercie aangehangen kunstopvattingen. Het vernietigen van instrumenten is een van de technieken waarmee ze die bedoeling accentueren. Yoko Ono die onkundig met John Lennon meezingt is een andere manier om het te doen. (De video What is Fluxus toont nog voorbeelden.) Maar vind ik aanwijzingen dat The Who zich in hun wangedrag op scene door Fluxus laten inspireren? In Rolling Stone zegt Pete Townshend daar in 1968 iets anders over: ‘Het gebeurde de eerste keer per ongeluk. Mijn gitaar raakte het plafond, brak en het bracht me van de wijs, ook omdat niemand het opmerkte, waardoor ik op een bepaalde manier boos werd, en vastbesloten om het te doen opmerken door het publiek. Ik ging door met het breken van de gitaar en gooide de stukjes op het podium. Daarna pakte ik mijn reserve-gitaar en ging door alsof het allemaal de bedoeling geweest was.’ Daarna is het hek van de dam. Publiek en pers verwachten van The Who dat ze de act telkens overdoen, ook omdat het vernietigen van de instrumenten wonderwel spoort met de boodschap die The Who in My Generationuit. En de mod Pete Townshend refereert met z’n podiumgedrag uiteraard ook aan de roemruchte rellen tussen mods en rockers, 1964, Brighton. The Who gaat er dan ook mee door tot… het faillissement dreigt. (Wie het nog eens wil zien, klikt hier.) Een direct verband met Robin Pages Guitar Pieces vind ik dus niet. Wel is ’t waar dat Pages happening (1962) en Townshends My Generation (1964) op een gelijkende manier de woelige sixties aankondigen, tijd waarin de revolte hoogtij viert, en die zelfs in de Nederlandstalige letteren blijvende sporen nalaat, waar Fernand Auwera van getuigt in een boek dat de vraag stelt: Schrijven of schieten. (°)

Flor Vandekerckhove


(°) Fernand Auwera. Schrijven of schieten. Interviews. 1969. Standaard Uitgeverij A’pen/Utrecht. 273 pp.

Geen opmerkingen: