vrijdag 7 juni 2019

Iemand moet het hem zeggen


— Links: Anuna De Wever & Kyra Gantois, rechts Jean-Pierre Rondas. —

Op 29 mei werd de 69ste Arkprijs van het Vrije Woord overhandigd aan Anuna De Wever & Kyra Gantois. Ik was daar uitgenodigd en 'k had er ook wel present willen tekenen, maar Antwerpen was me een beetje te ver. Daardoor mis ik nu mijn kopje tussen die van de twee frisse meiden, een selfie die ik bovenaan dit stukje had kunnen plaatsen.
Ik zoek het net af naar een vervangende foto en stoot onderweg op een cynisch stuk dat Jean-Pierre Rondas over de toekenning pleegt. Waardoor het onderwerp van mijn post zich als vanzelf wijzigt. Want ja, iemand moet het hem zeggen, en niet in zijn oor: wat een ouwe zeur zeg!
Tot mijn ontzetting zie ik dat die mens nauwelijks ouder is dan ik. God, zeg ik — ik die anders nooit bid — laat me nooit zo’n ouwe zeur worden.
De toekenning is, dixit Jean-Pierre Rondas, een flater, een blunder en een miskleun. Het comité is niet beter dan een krantenredactie die een hype achternaholt. Verder gaat hij wild te keer tegen Jeroen Olyslaegers, de zomerfestivals, klimaatberoepslui, een continu drammerig en activistisch gemoraliseer, tegen woede en angst waarin niks wordt beredeneerd en alles wordt geponeerd, tegen tenenkrullend simplisme. En met veel te veel woorden ook tegen het boekje van die twee meiden (°), dat volgens hem te veel woorden telt. Zo gaat dat, in dat wel 2000 woorden lange stuk, maar door en door en door.
Dan heb ik nog niet eens het einde van zijn tirade bereikt. Waardoor ik me afvraag: wie leest dat nu eigenlijk? Of het zouden andere oude, verzuurde mannen moeten zijn.
Op de site die ‘s mans stuk publiceert zoek ik naar diens gelijkgezinden. Sommigen zijn nauwelijks de veertig voorbij, zie ik, en alreeds gelijkhebbers van de oude stempel, kommaneukers uit roeping, lieden die overal een kaakslag in zien, klagers over de ondergang van strenge zeden & goede manieren. Aan hen kleeft het stof dat zich in vaders vaandel opgehoopt heeft. Op die site ontmoeten ze elkaar, een stek waar de geur van pijptabak nog in de meubels hangt en die daardoor goed lijkt op gelagzalen die De blauwvoet heten, Odal, Arendsnest, Roeland of De leeuw van Vlaanderen. Nadat hij daar zijn stukje geponeerd heeft slaan ze hem op de rug en zeggen: ‘Goed gedaan Jean-Pierre, iemand moet het hen zeggen. Houzee.
Flor Vandekerckhove


(°) Anuna De Wever & Kyra Gantois, opgetekend door Jeroen Olyslaegers, Wij zijn het klimaat. Een brief aan iedereen. Amsterdam, De Bezige Bij, 2019. ISBN 978 94 031 6860 9.


Op zoek naar een passend stukje voor de podcast, 
herinner ik me 'Rijmdwang en ander ongemak in de schemering', 
een gedicht dat ik in 2018 geschreven heb. 
Ja, dat past wel bij deze blogpost 
die het over bange blanke mannen heeft. 
De titel van het gedicht 
wijst naar mijn ietwat geforceerde poging 
om het een rijm op te leggen. 
'Ander ongemak' slaat op de inhoud. 
De schemering en de nacht zijn metaforen. 
U hoort het hier.

2 opmerkingen:

Moois van mie zei

Ja! Ik ben akkoord! Ik dacht 'wat een verwaande man zeg', toen ik zijn reactie las.

Rarrie zei

Oudere jongeren & jongere ouderen ! Iemand moet het hen toch zeggen dat ze het hen moeten zeggen ...