Al sinds mijn kindertijd koester ik een postkaart. Al vanaf mijn tiende zie ik mezelf aan die tafel zitten: laarzen, hoedje,
sik en snor, kijkend naar mijn oeuvre aan de muur. Op de tafel
staan kruiken, het vers van Minne indachtig: ‘veracht
de burgerman, / doch ledig zijne kruiken.’
Links, de man in de Bagatelle. Rechts, zelfportret
(1914) van George-Emile Leback.
|
Die Bagatelle geef ik ook meteen een plek: het is de villa in de duinen, die je ziet vlak voor de tram vanuit De Haan Wenduine
binnenrijdt, links van de Koninklijke Baan, ter hoogte van het einde van de Duinbossen. Klopt niet met wat
op de achterkant van mijn postkaart staat, Dans
les Dunes entre Blankenberghe et Wenduyne, maar aan die woorden hecht ik
geen belang.
Tot nu! Ik ga mijn vermeende Bagatelle
fotograferen. Prachtig gebouw, idyllische plek (foto 1). Lijkt bewoond: handdoek aan de wasdraad, verzorgde pelouse, lans om de planten te bewateren … Mijn Bagatelle wordt erdoor onttoverd. Ik maak dat
ik wegkom voor men de honden op me afstuurt.
Ik zoek er een afbeelding van op de Beeldbank van het Kusterfgoed, maar vang bot.
Toch ontdek ik een Bagatelle in de duinen (foto 2), maar dat is niet ‘de mijne'. Ik spartel nog een beetje tegen: het interieur van mijn postkaart (foto
3) is niet voor de honderd percent gelijk aan dat van de Beeldbank (foto 4): ik zie andere tafels en stoelen.
Ik geef me gewonnen, ik heb altijd het verkeerde huis voor ogen gehad. Maar een nieuwe queeste zich dient zich aan. De
beschrijving van een van de Beeldbankfoto’s luidt hier: ‘Bagatelle, Valerius De
Saedeleer? in de Blankenbergsesteenweg.’ Hoezo Valerius De Saedeleer? Is de man waarmee
ik me al zoveel jaren vereenzelvig De Saedeleer? Het internet leert me al gauw dat
dit niet het geval is: Valeer is een dik ventje, de man op de foto is slank. Wie
is die man dan wel? Ik googel ‘artiste peintre Wenduyne’ en vind onder meer Georges-Emile Leback, een kunstenaar die minstens
één landschap in Wenduine geschilderd heeft — Petite dune —, die daar wel meer verblijft, er zelfs
begraven werd. Ik roep zijn beeltenis op, plaats die naast de man in de kroeg en zie
voorwaar dat er geen twijfel mogelijk is: de man die daar zo parmantig zit is waarlijk George-Emile Leback.
Flor Vandekerckhove
P.S.: Dit stukje heeft intussen een vervolg gekregen, met tal van foto’s. 'Het huis in de duinen' staat hier !
Geen opmerkingen:
Een reactie posten