woensdag 7 augustus 2019

Leren schrijven met Eileen Myles

I think writing
is desire
not a form
of it.

Eileen Myles ken ik van een gedicht — An American Poem — dat ik aan ’t vertalen ben. Dat haar Chelsea Girls in ’t Nederlands beschikbaar is, wist ik niet. Om het te weten moest ik naar de Gentse Feesten gaan.

Onderweg passeer ik een etalage: De niets ontziende memoires van ‘de rockster van de moderne poëzie.' Voor fans van Chris Kraus, Patti Smith en Maggie Nelson. Veel hebben die kapitalen niet geholpen, de etalage waarin het boek ligt is die van De Slegte:  7,90. (°)
Ik begin de verhalen — op de kaft ‘memoires’— al tijdens de terugweg, op de trein, te lezen. En leer Eileen Myles kennen als een lesbische, politieke variant van Charles Bukowski, wel militant en strijdbaar, evengoed een zuipschuit. ‘Alleen dronken worden en verliefd zijn vond ik leuk. Als ik geen van beide was, had ik alleen geld nodig voor mijn huur, sigaretten en koffie, makkelijk zat. Ik hield echt van het dichtersleven.’ Er is niet alleen drank, er is van alles. En pillen, dat ook: ‘Na een paar drankjes verliet ik dus miss ass-tricks. Ik moest naar huis om drukproeven te corrigeren. Ik wist dat ik thuis een pil en een paar flesjes Heineken had. Het werd een van de vreselijkste nachten van mijn leven omdat ik de pil niet kon vinden en zeker wist dat hij op de vloer moest zijn gevallen, dus kroop ik tussen middernacht en zes uur ’s ochtends behoorlijk lang op handen en voeten rond de koelkast en onder de badkuip en de gootsteen.’
Terwijl mijn blik, tussen twee verhalen in, over Vlaamse velden schuift, kom ik tot het besef dat het ten onzent niet anders was. ’t Is over onze generatie dat Myles (°1949) schrijft. En tegen de tijd dat de trein eindstation Oostende binnenrijdt heeft het boek al vele rijen inspiratie in mijn hoofd geplant, daar kiemen nu vignetten over bijvoorbeeld elke straat in Gent waar ik destijds gewoond heb: Benard-, St.-Pietersaalst-, St.-Lievenspoort-, Wijngaard-, Keizer Karelstraat …
En dan is er haar stijl. Ik bewonder de ‘sluipwegen’ die her en der in zinnen opduiken en die van haar een punkschrijver maken: ongepast weglaten van komma’s, komma’s waar een punt hoort, door elkaar halen van tijden.‘Dus ik ging een minuutje naar boven, heb een halve herinnering aan een grote gele badkamer en een bijzonder aangename loft waar Michael ‘veel aan had gedaan’, wat een saaie lui.’  ’t Is niet helemaal volgens het boekje, maar het werkt wel. Hier verneem ik wat erachter zit en ik mag dat wel samenvatten met de ‘Fuck the comma’ van de interviewster. Ja, daar kan ik wel iets van leren, ik die altijd zo hard mijn best doe om al die komma’s op de juiste plaats te krijgen.
Ik ken haar, zoals ik in de intro al zei, van An American Poem. In 1991-1992 voert Myles campagne als potentiële kandidaat voor het ambt van president van de Verenigde Staten; deels performance, deels protest. Haar campagne ziet ze als een alternatieve kijk op hoe een radicaal progressieve politiek eruit zou kunnen zien. Het gedicht markeert die campagne. 
Inmiddels is mijn vertaling klaar. Ik plaats haar hieronder. Eerst probeer ik origineel en vertaling in één document naast elkaar te plaatsen, maar ik zie dat de letters dan te klein worden; 't is een technisch probleem, misschien wel veroorzaakt doordat het gedicht zo lang is. Ik ga u dat niet allemaal uitleggen, maar neem van me aan dat het ingewikkelder is dan het eruitziet; ik vind hoe dan ook geen oplossing. Noodgedwongen plaats ik alleen de vertaling, en probeer vervolgens uit te vissen waar u gemakkelijk het origineel kunt weervinden: hier dus !
Flor Vandekerckhove

(°) Eileen Myles. Chelsea Girls. 253 pp. Lebowski Publishers, A’dam. 2017. Vertaald uit het Amerikaans door Evi Hoste en Anniek Kool.

Een Amerikaans gedicht

Eileen Myles
Mijn vertaling

Ik ben in Boston geboren in
1949. Ik heb nooit gewild
dat dit feit bekend zou zijn, in
feite heb ik de betere
helft van mijn volwassen leven
geprobeerd mijn vroege
jaren onder het tapijt te vegen
en een leven te leiden dat
duidelijk alleenlijk van mij was
en onafhankelijk van
het historische lot van
mijn familie. Kun je je
voorstellen hoe het was
een van hen te zijn,
gebouwd te zijn als hen,
te praten als hen
om de voordelen te hebben
van geboren te zijn
in zo’n rijke en machtige
Amerikaanse familie. Ik ging
naar de beste scholen,
had allerlei tutoren
en trainers, reisde
alom, ontmoette de beroemdheden,
de controversiëlen en
de niet-zo-bewonderenswaardigen
en ik wist al van
heel jongs af dat
als er ooit een mogelijkheid was
om te ontsnappen aan
het collectieve lot van deze beroemde
Bostonse familie dat ik
die weg zou nemen en
dat heb ik. Ik sprong
op een amtrak naar Nieuw
York in het begin van de
jaren 70 en ik denk wel dat
je kan zeggen
dat mijn verborgen jaren
een aanvang namen. Ik dacht
Nou ik zal een dichter zijn.
Wat kon nog
dwazer zijn en obscuurder.
Ik werd een lesbienne.
Elke vrouw in mijn
familie ziet eruit als
een lesbo maar het is echt
alsof je de boel in de steek laat
als je er een wordt.
Ik zit vast aan deze schandelijke
houding die ik gezien heb en
heb aangeleerd en
ik begin te denken dat
dat je aan de geschiedenis
niet kunt ontsnappen. Een vrouw 
waarmee ik momenteel
een verhouding heb zei
weet je, je lijkt
op een Kennedy. Ik voelde
het bloed in mijn
wangen stijgen. Mensen hebben
altijd gelachen met
mijn Bostonaccent
waarin “large” lijkt op
“lodge”, “party”
op “potty.” Maar
wanneer deze nietsvermoedende
vrouw voor
het eerst mijn
familienaam opriep
wist ik dat het uit was
met de pret. Ja, ik ben,
ik ben een Kennedy.
Mijn pogingen om onbekend te blijven
zijn me van geen nut
geweest. Strartend als
een nederige dichter
klom ik vlug naar de
top van mijn professie
en verwierf er
leiderschap en eer.
Het is goed dat een
vrouw me nu
ontmaskert. Ja,
Ik ben een Kennedy.
En ik wacht op
uw instructies.
U bent de Nieuwe Amerikanen.
De daklozen dwalen over
de straten van ‘s lands
grootste stad. Er bevinden zich
mannen met AIDS onder
hen. Is dat rechtvaardig?
Dat er geen huizen zijn
voor de daklozen, dat
er geen gratis medische
hulp voor deze mannen is. En vrouwen.
Dat ze de boodschap krijgen
— terwijl ze aan ‘t sterven zijn —
dat dit niet hun thuis is?
En hoe gaat het met je
tanden vandaag? Kan
je het je permitteren om ze te repareren?
Hoe hoog is je huur?
Als kunst het hoogste is
en de meest eerlijke vorm
van communicatie van
onze tijden en de jonge
kunstenaar niet langer in staat is
om naar hier te verhuizen om met haar tijd
te dialogeren ... Ja, ik kon dat,
maar dat was 15 jaar geleden
en herinner je — zoals ook ik moet
ik ben een Kennedy.
Moeten we niet allemaal Kennedys zijn?
De grootste stad van deze natie
is de thuis van de zakenman
en de thuis van de
rijke kunstenaar. Mensen met
mooie tanden die niet
op straat leven. Wat zullen
we aan dit dilemma doen?
Luister, ik ben geschoold.
Ik heb geleerd over Westerse
Beschaving. Weet jij
wat de boodschap van Westerse
Beschaving is? Ik ben alleen.
Ben ik alleen vanavond?
Dat denk ik niet. Ben ik
de enige met bloedend tandvlees
vanavond. Ben ik de enige
homoseksueel in deze kamer
vanavond. Ben ik de enige
van wie de vrienden
gestorven zijn, nu sterven.
En mijn kunst kan niet
aangemoedigd worden vooraleer hij
gigantisch is, groter dan
die van iedereen, het gevoel
van de gegadigden bevestigend dat ze
uniek zijn. Dat alleen zij
goed zijn, het waard zijn
om de tickets te kopen
om deze Kunst te zien.
Aan ‘t werk zijn,
en gezond, horen
te overleven, en
normaal zijn. Ben jij
normaal vanavond? Iedereen
hier, zijn wij allemaal normaal.
Het is niet normaal voor
mij om een Kennedy te zijn.
Maar ik ben ik niet langer
beschaamd, niet langer
alleen. Ik ben niet
alleen vanavond omdat
we allemaal Kennedy’s zijn. 
En ik ben uw president.