maandag 18 november 2019

Boude stelling over 'een mutatie'

Alessandro Baricco sluit zijn nieuwe boek (°) af met een hoofdstukje Contemporary humanities. Term die slaat op aan wat ze aan de Scuola Holden doceren. Wie meer over dat merkwaardige instituut wil weten, moet zeker dit artikel eens lezen. Mij gaat het nu om iets anders.
Met name om de eerste stelling van dat hoofdstuk‘De digitale opstand (…) was een reactie op (…) de shock van de twintigste eeuw. Intuïtief wilde men aan die rampzalige beschaving ontkomen door een vluchtweg in te slaan die door een aantal mensen was ontdekt (…)’ 
Baricco weet wie die mensen waren. In de jaren zeventig woonden ze in Californië en ze maakten daar deel uit van wat hij ‘een aparte mensheid’ noemt: ‘waarin informatica-ingenieurs, hippies, politieke militanten en geniale nerds samenvielen onder de paraplu van een specifiek gemeenschappelijk sentiment: ergernis over de wereld zoals die was.’
Op ’t eerste gezicht lijkt me dat een wel heel erg boude stelling, uit de lucht gegrepen zelfs. Als ik er een beetje over nadenk wordt dat al anders. Maakte ik in die jaren niet evengoed deel uit van een biotoop die actief was ‘onder de paraplu van een specifiek gemeenschappelijk sentiment: ergernis over de wereld zoals die was.’? Wij zochten die uitweg in stromingen die wel niet nieuw waren, maar toch als nieuw overkwamen, zoals trotskisme of maoïsme. Naast onze deur leefden hippies, ecologisten en goede zielen die het in Taizé gingen zoeken. Met elkaar gemeen hadden we dat het allemaal pogingen waren om 'aan die rampzalige beschaving te ontkomen.' Ge kunt u dat vandaag haast niet meer voorstellen, maar zo ging het er toen wel aan toe.
Degenen waarover Baricco schrijft heb ik destijds niet opgemerkt — wellicht omdat ik geen nerd was en evenmin in Californië woonde — maar als ik diep nadenk valt mij hier en daar toch wel een anarchist te binnen waarvan ik vond dat hzij veel te veel tijd in technologie stak, alsof de oplossing daaruit ging komen. Nog later stootte ik op de naam van Stewart Brand, een theoreticus die in zo’n kringen een beetje de rol opnam die Ernest Mandel voor ons, trotskisten, speelde. Baricco citeert die Brand trouwens: ‘Veel mensen proberen de aard van de mens te veranderen, maar dat is echt tijdverspilling. Je kunt de aard van de mensen niet veranderen, wat je wel kunt doen is de tools die ze gebruiken veranderen, de technieken veranderen. Dan verander je de samenleving.’
Is dat zo? Volgens Stewart Brand wel en Baricco treedt hem bij. Door de digitalisering zitten we nu te midden van ‘een mutatie’. Da’s geen toeval, stelt Baricco: ‘Ze bestormden niet de machtspaleizen, ze gaven niets om de scholen, stonden onverschillig tegenover alle soorten kerken. Ze groeven tunnels rondom de grote forten van de twintigste eeuw, wetend dat die vroeg of laat zouden instorten.’ En dan staat daar opeens, als bij donderslag: ‘Die zijn nu aan het instorten.’ Der grosse Kladderadatsch
Lees dat boek eerst, voor ge die mens begint tegen te spreken!

(°) Alessandro Baricco. The Game. 2019. De Bezige Bij, A’dam. Vertaald uit het Italiaans door Manon Smits. 335 pp.

Over de theorieën van Alessandro Baricco schreef ik eerder al in De barbaren , Analoog versus digitaal en Het huis heropgezocht.


Geen opmerkingen: