zaterdag 23 november 2019

Herinneringen aan Robert Devisch


— Voor me ligt een klasfoto uit de tijd dat ik in Bredene Duinen lagere school loop: 1959. Over elk van die jongens valt wel een verhaal te vertellen. 
Dat geldt ook voor Robert Devisch. —


Bij meester Blomme zitten samen in één lokaal: leerlingen van het vijfde, zesde, zevende en achtste leerjaar. Ik kijk hier↗︎ naar de namen van die 35 jongens, en maak me de bedenking dat over elk van hen wel een verhaal te vertellen valt. Van sommigen heb ik dat al gedaan. In de blog vind je stukjes over Patrick Van Molle↗︎, Hugo Pauwels↗︎, Noël Denys↗︎, Chris Stuyts (†)↗︎, Erik Poppe↗︎, Marcel Van Paemel (†)↗︎, Dirk Berchmans↗︎, Jean-Pierre Boentges↗︎ en Louis Van Cleven (†)↗︎. Vandaag voeg ik er eentje aan toe.
Van Robert Devisch herinner ik me dat hij het later zonder succes in de wielrennerij probeert. En wat ik me ook herinner is dat hij bij Roland Inghelbrecht in de leer gaat om bromfietsen te repareren.
Op mijn zestiende krijg ik zelf een brommer, een occasie. Het ding is zo oud dat er altijd wel iets aan mankeert. Vandaar dat ik Robert thuis opzoek om de bromfiets op punt te zetten: ‘Hij zal als nieuw zijn.’
Dat valt tegen. Wanneer ik mijn brommer ophaal blijkt de motor geen compressie meer te maken. De bromfiets rijdt alleen nog stapvoets, hij is waardeloos geworden. Toch betaal ik Devisch iets voor het geleverde werk, de jongen is 't nog aan 't leren, hij heeft zijn best gedaan en ik heb een beetje compassie met hem. Om de hoek bots ik op Marc Loy↗︎ aan wie ik de brommer voor een schijntje verkoop, waardoor ik het geld van de mislukte herstelling recupereer. Marc, die van niet beter weet, rijdt even trots als stapvoets naar huis, waar men hem het begrip miskoop bijbrengt. Tot vandaag blijf ik hopen dat hij het me vergeven heeft en dat hij het gebeuren als een levensles heeft kunnen plaatsen. Dat laatste heb ikzelf trouwens ook gedaan. Ik heb me die dag de woorden van de oude Cicero toegeëigend: ‘Alles wat handel heet, is een fatsoenlijk mens onwaardig omdat de kooplieden geen winst kunnen maken zonder te liegen.’ 
Terwijl ik een passend einde voor dit stukje aan ’t bedenken ben, speur ik het net af naar sporen van Robert Devisch. Het is Norbert Olders die me weet te melden dat Robert al enkele jaren geleden overleden is. Waardoor dit stukje onverwachts een in memoriam wordt.
Flor Vandekerckhove

[In DLVuurtorenwachter dateert deze post van 2019. In 2022 redigeer ik het stukje opnieuw, ten behoeve van de FB-groep Bredene Voor & Van Iedereen.]

2 opmerkingen:

williamschreus@gmail.com zei

Beste Flor , Robert Devisch zijn ouders waren lid in de kaartclub in de cafe De Zeemeeuw .
Staat er daar geen Bogaert bij zoon van Jules en Anna ?

De laatste vuurtorenwachter zei

Neen, Roland Bogaert staat niet op die foto. De jongsten van die klas waren van 1949. Roland is jonger.
Groet,
Flor