— Victor Serge °1890-†1947 — |
Mede onder druk van een internationale solidariteitscampagne — die hem
ongetwijfeld van de executie redt — staat Stalin toe dat Victor Serge in 1936 de Sovjet-Unie verlaat. Serge
verhuist eerst naar België en kort nadien naar Parijs. Sindsdien houdt hij een
dagboek bij, dat al lang in ’t Frans beschikbaar is, maar nu ook in de Verenigde
Staten wordt uitgegeven. (°)
Hij is nog maar aan Stalin ontsnapt en Serge moet alweer
weg, deze keer om de nazi’s te ontvluchten. Aan boord van het schip bevinden
zich ook de Duitse schrijfster Anna
Seghers, surrealist André Breton en de Franse antropoloog Claude Lévi-Strauss. Die noteert in Het trieste der tropen welke indruk
Serge op hem maakt: ‘een stijve oude
vrijster.’ Dat is niet zeer vriendelijk van die Claude, maar toch nog vriendelijker dan wat Serge zelf over de beeldhouwer Diego Rivera schrijft: ‘een soort pastoor … een opgeschoten kind (mentale leeftijd: twaalf).’
En over André Breton: ‘Volledig
gestileerd. Een persoonlijkheid die niets anders is dan een pose, doelbewust
gefabriceerd en opgemaakt als make-up. Geen echte persoonlijkheid. De wereld is
voor hem altijd een podium. Maar als de acteur niets anders is dan zijn rol,
dan is er geen acteur meer, er is niets anders dan een fictieve, valse persoon.
Het is geen surrealiteit die is bereikt, maar onwerkelijkheid, inconsistentie …
Stukken en brokken marxisme, astrologie, beetje Freud, Sade en de NRF samengeraapt
op de rommelmarkt van afgezaagde ideeën … Opmerkelijke vertegenwoordiger van
decadentie.’
Dat hij evenmin hoog oploopt met de revolutionairen die hij in het
Westen ontmoet, linkse communisten en antistalinisten, zoals hij, mensen die
zijn makkers zouden moeten zijn, weten we al uit eerdere opmerkingen in die notitieboekjes.
In 1937 woont hij een vergadering bij: ‘(…)
Ik
kwam gebroken uit Amsterdam terug: de indruk van een sektarische beweging, van
bovenaf met gekuip geleid, geteisterd door alle psychologische corruptie
waartegen we in Rusland hadden gevochten: autoritair gedrag, scheurmakerij,
samenzweren, gekuip, bekrompenheid, intolerantie (…)’
Victor Serge komt uit die notebooks
naar voor als een eenzaam man. Ook omdat zijn literaire oeuvre geen markt
vindt, iets waarvoor hij de stalinisten, en hun invloed, de schuld geeft. Schrijven doet hij, zoals hij zegt, ‘voor de
bureaulade.’
Randy Newman mag dan wel zingen dat het lonely at the top is, maar in de koude maatschappelijke kelders kan ’t uiteraard nog eenzamer
zijn. ‘Er zijn tijden dat ik het
verpletterende gevoel heb van een impasse die aan beide uiteinden is
afgesloten. Het is niet langer een impasse, maar een enorme gevangeniswerf.’
Dit is wat zijn biografe, hier, over Serge schrijft: ‘Hij
is overal en altijd een buitenbeentje geweest, dat wil zeggen een militante en
onafhankelijke revolutionaire denker op wie we geen etiket kunnen plakken.’ (°°) Een eenzaam man dus.
Flor Vandekerckhove
(°) Victor
Serge. Notebooks 1936–1947, uit
het Frans (Carnets (1936-1947) vertaald dr Mitchell Abidor en Richard
Greeman.
Uitg. 2019. New York Review Books. 672 pp.
Uitg. 2019. New York Review Books. 672 pp.
Jambon & C° subsidiëren naar verluidt
alleen nog cultuur als die gepaard gaat met vendelzwaaien. Als goede opportunisten
schaffen we ons sofort een ferme vlag
aan: neen, niet de collaboratievlag, wel de onverdroten Jolly Roger. Voortaan stapt O.S.C. Avondgenoegen al vendelend het
podium op ! Jambon, hier met dat geld! Kom dat zien ! Avondgenoegen treedt dit jaar nog op
in OOSTENDE, House Gallery,
Mijnplein, 17 november om 15 uur — WENDUINE,
Persepit (in de duinen), 24 november, 14 uur — OOSTENDE, De Grote Ruutten, 1 december, van 18 tot 21 uur … Mocht
je een idee willen hebben, luister dan eens naar Drie variaties in de vorm van een femme fatale. Klik hier: https://www.podomatic.com/podcasts/florvandekerckhove/episodes/2019-09-10T08_58_37-07_00
|
Geen opmerkingen:
Een reactie posten