maandag 20 april 2020

Waarom mijn verhalen zo kort zijn en mijn gedichten zo lang

OP DE TV zien we hoe David Bowie een aantal notities verknipt, vervolgens legt hij ze op een andere wijze weer samen en… distilleert daar een song uit. Tania vraagt of ik dat ook doe. Welzeker, zeg ik, je haalt dingen uit hun context, voegt ze op een aparte wijze weer samen en — hocus pocus — er ontstaat nieuw leven. Dat lukt vrijwel altijd. 't Is een dadaïst die ermee begon en
't zijn de surrealisten die de techniek geijkt hebben. Ze noemden het de 'découpé' (cut-up in 't Engels), ook William Burroughs was er een krak in. Je kunt het met woorden doen, maar ook met toestanden, zoals deze die hieronder verknip.
Eén: Jo vertelt iets over amfetamine, van die straffe, zegt hij en hij doet het op z’n Gents, bleiwe spied. ‘t Is een geestig moment waar ook Peter HH bij aanwezig is, die de term op zijn voicerecorder inspreekt: blauwe speed. Twee: Breaking Bad is een televisiereeks over een scheikundeleraar die crystal meth produceert. Crystal meth is wel geen bleiwe speed, maar in de televisiereeks ziet die er wel lichtblauw uit. Drie: ik haal er een derde drug bij, met name heroïne, waar de song A Horse With No Name volgens kenners naar verwijst, en die is bruin.
Ik vraag David Bowie of ik zijn schaar mag lenen en ik (1) verknip het verhaal van Jo, (2) daarna knip ik een stukje uit de televisiereeks, (3) daar kleef ik op ongepaste wijze een strookje songtekst tussen en — hopla! — daar kiemt een compleet nieuw verhaal dat ik trouw aan mijn poëtica strak hou. 
Omdat ik in the mood ben, wordt het een gedicht. En dubbel zo lang. Zo hoort het ook, een gedicht is een omweg en een omweg is, dat weet u zelf ook wel, altijd langer. Dat een gedicht een omweg is, zuig ik overigens niet uit mijn duim: 
‘Ik heb gezocht naar een beeld voor poëzie, naar een metafoor die enige tijd meekon, en ik geloof dat dit er een is.’ En de mens die dat zegt vervolgt: ‘De omweg is een weg die niet van tevoren te berekenen valt. De omweg is niet voorspelbaar. Het principe van de omweg staat tegenover het principe van de efficiency. De omweg leidt tot tijdverlies en energieverlies. De omweg is nooit een hoofdweg. De omweg ligt niet vast—iedere dag een andere omweg. De omweg verschilt van de normale weg. De normale weg is de meest voor de hand liggende, de meest redelijke, de meest waarschijnlijke, de meest gebruikte, de kortste weg. Dat is de omweg niet.’ (°)
Ik kan dat allemaal wel zeggen, van die omweg en zo, maar hoe gaat dat dan concreet in zijn werk? Wel, dat gaat zoals Frank O'Hara het zegt: 'If I'm writing a poem and a cat walks under the table; then the cat goes into the poem.'

(°) K.L. Poll. Het principe van de omweg. 1980. Meulenhoff A’dam. 182 pp.

Ik smoor dus ik ben

Geen opmerkingen: