Links: In de kerk van Wissant sta ik voor het beeld van Sainte Wilgeforte. |
‘I think writing
is desire
not a form
of it.’
Eileen Myles
Autofictie is verraderlijke literatuur. ’t Leest als een autobiografie, maar ’t is fictie. Lucia Berlin⇲ doet het in haar verhalen zo goed dat haar zoon de grens tussen Dichtung und Wahrheit kwijt is. Zegt hij: ‘I’m not sure what really happened all the time.’ Ook A.L. Snijders doet dat. ’s Mans verhalen lezend, dacht ik vroeger: dit kan niet anders dan waar zijn. Tot ik ontdekte dat het verhaal Socrates en een ander, Maaltijd, over ’t zelfde gaan: ’t zelfde moment, dezelfde plaats, dezelfde mensen. Alleen: compleet tegenstrijdig, je moet hier⇲ maar eens kijken. Ja, autofictie is verraderlijke literatuur. En niet zonder gevaar voor de schrijver: Herman Brusselmans kreeg er een rechtbankveroordeling voor aan zijn broek, Dimitri Verhulst kreeg de toorn van zijn familie over zich. Onder Stalin kon het je ‘t leven kosten. Een belangrijk deel van Isaak Babels verhalen wordt geïnspireerd door de Pools-Russische oorlog. Tijdens die veldtochten houdt Babel een dagboek bij. De aantekeningen verwerkt hij in verhalen die als de De rode ruiterij wereldbekend worden. Om een scherper gevoel van realiteit te creëren plaatst Babel verzonnen personages naast bestaande. Ook met die bestaanden gaat Babel aan de haal. Generaal Budyonny⇲, bevelhebber van de cavalerie, is daar zeer ontstemd over: ‘Hij vindt dingen uit die nooit plaatsgevonden hebben, hij slingert vuil naar onze beste communistische bevelhebbers, geeft zijn verbeelding de vrije loop, liegt gewoon…’ Ja, ’t is autofictie hé.
Alle schrijvers die ik graag lees, doen het, ook Delphine Lecompte. (°) Zij schrijft wel baldadiger dan voornoemden, wat de fictiekant versterkt, maar ze laat je her en der toch twijfelen. Is ’t Dichtung, is ’t Wahrheit?
Lees met me mee. Lecompte bevindt zich in Audresselles, Noord-Frankrijk. Ik ken dat dorp, ben er geweest, heb de huizenrij gezien waarover ze spreekt. Ze vertelt over de huiseigenaar: ‘Pierre is weduwnaar, hij heeft een langeafstandsrelatie met een ranke aristocratische apotheekster uit Bredene (…)’ Dat snijdt me toch de adem af. Ik ben van Bredene, ik ken die apothekeres, da’s mijn apotheker, ze woont hier om de hoek, ze oogt rank en aristocratisch. Lecompte vertelt verder:
De volgende dag gingen we samen naar de kerk van Wissant.
Er hing een indrukwekkende gekruisigde Jezus in het zijschip.
Hij leek als twee druppels water op Cochita Wurst.
Yes! Ik ken Wissant, ben er geweest. Ik ken die kerk, heb die bezocht. Ken dat beeld, heb het gezien. inderdaad: Cochita Wurst! Alleen is ’t niet de gekruisigde Jezus, zoals Lecompte fabuleert, maar De vrouw met de baard⇲.
Dit is het tweede deel over Lecomptes nieuwe boek. Het eerste heet De verdwijning van de plompverloren godvergeten dekselse alinea’s en staat hier⇲.
(°) Delphine Lecompte. Wie heeft Delphine Lecompte vermoord. 2023. Uitg. Borgerhoff & Lamberigts, Gent. 500 pp.
De e-boeken (pdf) van De Lachende Visch zijn gratis. Mail erom (en vermeld de titel): liefkemores@telenet.be⇲.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten