Jack Nicholson in Wolf (1994) — |
Tussen al die
angstaanjagende gebeurtenissen wordt vreemd genoeg maar één keer op de
aanwezigheid van een weerwolf gewezen. In 1958 schrijft Katrien Van Effelterre
het verhaal op van een vrouw die haar kleinkind altijd bang maakte door te
vertellen over een weerwolf: ‘Dat moet nu
een 60 jaar geleden zijn, mijn grootmoeder bedreigde mij dan altijd met een
grote zwarte hond met rammelende ketens, dat was de weerwolf, zei ze, die
rondliep.’
’t Is een beetje ’n
magere getuigenis, vind ik, maar voor mij is ’t genoeg om u iets te vertellen
over mijn favoriete weerwolffilm, toepasselijk Wolf genaamd. Jack Nicholson is in die film uit 1994 de weerwolf
van dienst.
Will Randall (Nicholson) wordt door een wolf gebeten en ja, ’t is van dat. De film zou er een
van dertien in een dozijn geworden zijn, ware het niet dat de hoofdfiguur in
staat blijkt om zelfs op de meest kritieke momenten over zijn toch wel penibele
situatie sardonische uitspraken te formuleren.
De mooiste vind ik deze:
Will Randall kijkt in de spiegel en ziet hoe hij van mens in wolf
transformeert. De haargroei op zijn gezicht neemt zienderogen toe en hij zegt
grijnzend: ‘I’m not only the president of
the Hair Club for men, I’m also a member.’ En hop, daar gaat hij via ’t
raam de nacht in, om te doen wat weerwolven nu eenmaal doen.
Uiteraard is
het evident dat de voorzitter van de Haarclub er lid van is en het is de
omkering die de uitspraak zo geestig maakt: ik
ben niet alleen de voorzitter, ik ben ook een lid. Maar er zit, zo heb ik
inmiddels ontdekt, nog een axtra laagje onder.
De uitspraak
speelt met een tekst die in Amerika in 1986 in een advertentie te horen was. Die reclame zei tot kaalhoofdige mannen dat er nog hoop was. Zij konden lid worden van de Hair Club
die hen weer van haar zou voorzien. De reclame wordt ingesproken door een man
met een overtuigende haardos, die zijn beste argument tot ’t einde spaart,
wanneer hij een foto van zichzelf als kaalhoofdige bovenhaalt en zegt: ‘But not only am I the
Hair Club President, I’m also a client.’
Kijk, daar
kan ik nu echt van genieten, van zo’n weetjes. Ze zijn toch wel de balletjes in
de soep van ’t leven, vind ik.
Zo, dat wilde ik toch even kwijt, vooraleer ik me op andere, meer voorkomende spookverhalen uit Oostende stort.
Zo, dat wilde ik toch even kwijt, vooraleer ik me op andere, meer voorkomende spookverhalen uit Oostende stort.
Flor
Vandekerckhove
Geen opmerkingen:
Een reactie posten