maandag 1 mei 2017

Op zoek naar een passend stukje voor 1 mei

— Bernadette Devlin in 1969. —
1 mei, Dag van de Arbeid. Terwijl ik op zoek ga naar een passend onderwerp, passeert een merkwaardig beeld mijn geestesoog. Ik zie een jongeman, een twintiger. In Amsterdam fietst hij naar de gemeenteraad waarin hij als provo verkozen werd. Het beeld is zwart-wit, het komt uit een tijd zonder kleurentelevisie. De jongeman heet Roel van Duyn. Dat beeld maakt deel uit van mijn imaginair prentenkabinet 1969. Daarin bevindt zich nog zo’n jongeman, ook een twintiger. Alain Krivine zegt op de Franse televisie dat hij president wil worden, terwijl hij nog zijn legerdienst aan 't doen is. De veranderingen die hij nastreeft zijn ongehoord. Mijn gedachten reizen verder, ze trekken het Kanaal over, en opeens bevind ik me in het Britse parlement. Ik zie een meisje in minirok. Ze kan nauwelijks ouder zijn dan ik. Schuchter stapt ze de zaal binnen. Ik hoor een stem die zegt dat het Bernadette Devlin betreft, 21, jongste parlementslid ooit, een Ierse activiste. In mijn collectie van 1969 bevinden zich nog soortgelijke beelden. Samen hebben ze me in dat jaar naar dezelfde conclusie geleid. ‘Florent’, zei ik tegen mezelf — ik heette toen Florent — ‘het wordt hoog tijd dat je iets over de wereld leert, jij weet werkelijk van toeten noch blazen.’
Iets over de wereld leren heb ik dan ook eerst met die Devlin gedaan. In 1970 wordt haar autobiografische The Price of My Soul in ’t Nederlands vertaald. De prijs van mijn ziel wordt mijn eerste politieke boek. En je weet hoe ’t gaat: je eerste vergeet je nooit. Dit is wat ik me ervan herinner: Bernadette komt uit een katholiek nest, ze is tegelijk een linkse socialiste; ze leeft in een nationalistisch milieu en roept tegelijk de Engelse arbeiders op om zich samen met haar tegen het Britse imperialisme te keren. In Derry kijkt ze de dood in d’ ogen, ze plooit niet.
Enkele jaren later ben ik zelf politiek actief, maar ik blijf m'n eerste trouw. Telkens ik Bernadettes naam hoor vallen spits ik de oren. Groot is mijn vreugde wanneer ik verneem dat haar People’s Democracy in ’t midden van de jaren zeventig toetreedt tot de Vierde Internationale, waarvan ook mijn partijtje deel uitmaakt. Bernadette Devlin is nu mijn kameraad; wie had dat in 1969 kunnen denken?!
Die People’s Democracy bestaat al lang niet meer. En terwijl ik nog steeds op zoek ben naar een passend onderwerp voor 1 mei, vraag ik me af of Bernadette Devlin vandaag nog politiek actief is. Ik googel haar naam en zie dat de Ieren haar niet vergeten zijn. In een recent interview met de Irish Times wordt ze ‘an elder statesman of anti-establishment politics’ genoemd. Ik zie dat ook een regisseur zich afvraagt waar Devlin inmiddels uithangt. Hij maakt er een film van: Bernadette: Notes on a Political Journey (2011). Maar is ze vandáág nog actief? Ik googel verder. Youtube toont me hoe ze het woord neemt op een vergadering waar het bombardement op Guernica herdacht wordt. Het filmpje dateert van 23 april, recenter kan haast niet. Dit lijkt me wel iets om zo’n 1 mei stukje mee af te ronden: Bernadette Devlin plooit niet!
Flor Vandekerckhove




— ° Bernadette Devlin. The Price of my Soul (1969). Pan Books Ltd, London. ISBN 330 02453 1 Paperback 206 pp [Uitverkocht]. ° Bernadette Devlin. De prijs van mijn ziel (1970), Bruna A.W. 190 pp.  ISBN 9022971139 en ISBN13 9789022971130 [Uitverkocht] ° Paul Arthur. The People's Democracy 1968-’73. (1974) Uitg. Blackstaff Press Limited, Belfast. 159 pp. ISBN 85640 020 3. [Uitverkocht]. Al deze boeken zijn wel nog tweedehands te koop op het internet. —

Geen opmerkingen: