zondag 19 januari 2020

Ik Ben De Walrus Koe Koe Ke Sjoeb

— U kunt me dit lange gedicht horen declameren op de podcast: klik hier !  (De achtergrondfoto is van Yvan Mahieu). Tegen het einde van 2022 herschrijf ik dit gedicht en 't wordt dan ook een stuk korter. U vindt de nieuwe versie elders in de blog⇲: https://florsnieuweblog.blogspot.com/2021/12/de-walrus-ken-je-wel-de-walreus.html.   


Aan Tania

De Laatste Roodharige Punkster volgt een seminarie in Diksmuide en heeft
Daar ten behoeve van haar Laatste Vuurtorenwachter een hotelsuite
Gehuurd van waaruit ik nu mijn Laatste Vuurtorenlamp op een Franse tuin
Laat schijnen die symmetrisch en geschoren neerwaarts eindigt in de IJzer.

Acht uur lang beschijnt mijn Vuurtorenlamp in Diksmuide die Franse tuin
En acht uur lang gebeurt er niets en acht uur lang maak ik de bedenking dat
Een Engelse tuin dan toch te prefereren valt omdat ’s mensenhand daarin
Valselijk verdoezeld wordt met romantiek en asymmetrie en onevenwicht.

Truken uit de trukendoos die  in zo’n Engelse tuin dingen doen gebeuren
Wat niet gezegd kan worden van zo’n Franse in Diksmuide
Waarop ik al acht uur lang mijn Laatste Vuurtorenlamp laat schijnen
In de hoop dat ik iets ontwaar dat het verlichten/verdichten waard is.

Net voor ik teleurgesteld door wat niet komt de boeken dichtgooi en
Mijn Laatste Vuurtorenlamp wil uitknippen om hem op te bergen in
De vuurtorenkist die ik van zee naar Diksmuide heb meegesleurd
Zie ik hoe de IJzer plotsklaps een merkwaardige golfslag produceert.

Meteen richt ik er mijn lamp op en mijn Laatste Vuurtorenlicht schijnt nu
Ten volle op de plek waar de IJzer de Franse tuin onverwachts overspoelt
En ik zie tot mijn verbazing dat een dier zich uit het water worstelt waarin
Ik in mijn verwarring een Franse-tuinenzeehond meen te herkennen.

Maar dan zie ik dat het dier twee slagtanden heeft van een meter lang
En snorharen die mij aan deze van meneer Pheip doen denken en
Ik lieg niet als ik zeg dat ik nooit eerder in mijn leven zo’n groot waterdier
Gezien heb dat met vervaarlijk grote flippers recht op me afstevent.

Geoefend als ik ben trek ik bliksemsnel De Laatste Vuurtorenlamp uit
Het snoer waardoor de Franse tuin in Diksmuide en ook de IJzer
In een duister komen te staan van het type waarvan men terecht
Zegt dat het het soort duister is waarin echt van alles kan gebeuren.

En dit is wat mij daar in die suite van dat hotel in Diksmuide overkomt
Aan het raam dat uitkijkt op een Franse tuin die symmetrisch neerwaarts
Eindigt in de IJzer waaruit ik zojuist een dier heb zien komen waarin
Ik eerst ten onrechte een Franse-tuinenzeehond meende te herkennen.

We staan oog in oog met elkaar dat beest van wel drie meter lang met
Slagtanden van een meter en ik met alleen maar mijn gedoofde lamp en
‘t Mag pikkedonker zijn toch weten we dat we oog in oog staan en alleen
Gescheiden worden door dubbel glas weliswaar maar toch alleen maar glas.

Dan hoor ik hoe het beest met zijn slagtanden van een meter lang
Zachtjes klop klop tik klop op het vensterraam tikt in een ritme dat me
Niet onbekend is maar dat ik gezien de spanning die de situatie oproept
Niet thuis kan brengen hoezeer mijn hersenen dat ook proberen.

En dat beest van drie meter lang met slagtanden van welhaast
Een meter en een snor zoals meneer Pheip en flippers waarmee hij
Snel beweegt blijkt een extreem lieflijke stem te hebben waarmee hij
Zachtjes neuriënd tot me zegt Ik Ben De Walrus Koe Koe Ke Sjoeb.


— U kunt er waarlijk ook naar luisteren: klik hier !  —   

Geen opmerkingen: