J.A. Deelder (1944-2019)
|
Op 19
december 2019 overleed Jules Deelder↗︎, een mens die je beter niet in huis
kon hebben. Zo is er een youtubefilmpje waarin een oud-collega van de radio
vertelt dat Jules Deelder daar indertijd een jazzprogramma verzorgde. Soms liet
Jules zich niet zien of hij kwam wel, maar een kwartier te laat. Of hij verdween
na een kwartier, om niet terug te komen. Seks, drugs, rock ’n
roll.
Ook meen ik
te weten dat hij ooit Jimi Hendrix↗︎ ontmoet heeft. Ik zoek het uit en
verneem alzo dat Hendrix hem toen een briefje in handen stak: Let your mind and fancy roll on. Dat heeft Deelder wel zeer ter harte
genomen: zijn gedachten en fantasie de vrije loop laten.
Jules
Deelder was veel dingen tegelijk, maar feit is dat hij de gave van het woord bezat.
Ik blader in Vrijwel alle gedichten
(°) en zoek iets uit waarmee ik hem kan memoreren. Mijn oog valt op een
prozagedicht. Het laat me ietwat aan de poëzie van Charles Reznikoff↗︎ denken, maar dan in een droogkomische
variant. Een bende winkeldieven wordt op heterdaad
betrapt. De vijf vrouwen torsen tassen vol gestolen waar. De winkeldetective
houdt hen staande, waarna de situatie ontspoort: rake klappen, een politieagent krijgt
glas in het oog, er komt een overvalwagen aan te pas. Het verhaal eindigt
kurkdroog als volgt:
Op het politiebureau blijkt, dat het zestal deeluitmaakt van een beruchte bende, die de Beemsterals basis heeft en die zich voornamelijk actieftoont gedurende de nachtelijke uren.‘Dit was maar bijverdienste’, zeggen ze later.
En helemaal
onderdaan de bladzijde staat dan de evidentie zelve: ‘Allen waren reeds eerder met de rechter in aanraking geweest.’ Het
verhaal heeft de vorm van een gedicht, maar de inhoud komt wellicht woordelijk uit de krant, een readymade. U kunt het hier↗︎ volledig nalezen.
J.A.
Deelder. Vrijwel alle gedichten.
2004. De Bezige Bij, A’dam. 824 pp.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten