vrijdag 31 juli 2020

Een dichter solliciteert

Met dit gedicht vraag ik toegang 
tot het hof van koning Arthur, 
a.k.a. meneer Delanghe
Zelf vind ik me uitermate geschikt 
om hem de uilenspiegel voor te houden, 
zoals ik dat trouwens al regelmatig doe, 
nu en dan ook in een brief
Hoe dan ook,
onderweg naar diens Camelot heb ik 
me alreeds de narrenstok aangeschaft 
(die vanaf heden een prominente plaats in mijn poëzie krijgt), 
een stokpaardje had ik al. (fv)



Een kip genaamd Meneer Delanghe

Wie zo oud geworden is als ik is niet alleen zijn wilde haren kwijt alsook 
De meeste tanden maar ook zijn verleden en wat hij in dat verleden 
Is geweest en op den duur denken mensen die jonger zijn dan dat dat 
Ge altijd al de soft geweest zijt die ge ouder wordend wel geworden zijt

Daarom raad ik jonge mensen aan om op hun beurt te doen wat ik des
Tijds bijtijds gedaan heb en ervoor te zorgen dat ze een dier africhten
Dat hen in hun laatste levensjaren vergezelt en erover waakt dat niemand
Durft te denken dat ze alreeds in hun jonge jaren zo slecht te been waren

De kip die ik daartoe heb afgericht heet Meneer Delanghe en toen ik 
Het dier van de slacht redde kakelde hzij als een kieken zonder kop 
Maar dat is inmiddels wel veranderd want elke dag stipt om acht uren 
Kraait hzij me wakker wat merkwaardig is want Meneer Delanghe is een hen

Zo spaart Meneer Delanghe me al een wekker uit en is hzij me al nuttig bij
Het krieken van de dag en daarna trekt hzij zich op zijn vaste plaats vlak
Naast het fornuis terug om daar het dagelijkse ei te leggen en wanneer ik
Gewassen en geschoren en gekamd ter tafel kom is het verse ei nog warm

En kan ik er een spiegelei van bakken in het morgenzonnetje dat op de 
Vensterbank schijnt of ik kan hem koken in de kan die altijd klaarstaat om de 
Planten te begieten of roeren in de pan die ik ook altijd klaarstaan heb of hem
In de shakshuka draaien of negeren want een mens eet niet elke dag een ei

Het is niet als bij Flaubert dat Meneer Delanghe de rest van de dag op mijn
Bureau blijft staan want na ’t ontbijt maken we een ochtendwandeling waarbij
Hzij op mijn schouder zit en omdat Meneer Delanghe ’t zingen niet laten kan
Kakelt hij voortdurend van ontwaakt verworpenen der aarde ontwaakt ontwaakt

Thuis doe ik hem haar naaldhakken uit en dan is ’t tijd voor enig gemengd
Biologische graan en legmeel en voor mij havermout en fruit en voor de rest
Genieten Meneer Delanghe en ik tot ’s avonds van elkaars gezelschap en 
Dan is ‘t bedtijd want Meneer Delanghe en ik gaan met de kippen op stok

En ’t is door mijn alom zichtbare band met Meneer Delanghe dat de mensen 
Nog altijd beseffen dat ik niet altijd de oude soft geweest ben die ik gaande
Weg geworden ben maar dat ik ooit een surrealistische dichter was en dat ik
In mijn kindertijd die ietwat eenzelvige mooie jongen uit de kiekenwinkel was

Flor Vandekerckhove

‘Een kip genaamd Meneer Delanghe’ op youtube !
Passende beelden, stevig onderstreept door de basgitaar

P.S.: Omdat iedereen ernaar vraagt, voeg ik er nog vlug aan toe dat de baslijn, bij optreden, gespeeld wordt door Katia Vancauwenbeghe, bassiste pur sang, hier door mij genoemd: ‘de langbenige rock ’n roll laagwaterheks’.

Geen opmerkingen: