woensdag 14 september 2022

Paradijselijk naaktstrand in… Oostende


Bredene heeft als enige kustgemeente een naaktstrand. Sinds 2001 ontwikkelt het zich tot een van de drukste stranden; op piekmomenten komen daar duizend nudisten samen van de zon genieten.
Bredene mag enig zijn, het is niet de éérste badplaats aan de kust 
waar naakt gezwommen wordt. In 1856 noteert een Franse schrijver van reisverhalen dat er in Oostende drie soorten baden zijn, waaronder Le Paradis waar men naakt zwemt. Wijlen Omer Vilain↗︎ meldt het in een stukje (°) waarin hij ook schrijft waar dat paradijselijk stukje strand gelegen was.
Zoals gezegd was het naaktbaden, zoals het reglement het voorzag, enkel op het strand ten westen van de stad toegelaten. Beter gezegd op het gebied van Mariakerke dat toen nog aan de duinen ter hoogte van de huidige Parijsstraat begon. Dit strand werd door Oostende aan de zelfstandige gemeente Mariakerke gehuurd. Het was deze badstrook die de vreemdelingen als “Le Paradis” betitelden. Veel badgasten, meestal Duitsers, Polen en Russen, konden er zich naar hartelust rechtstreeks aan het zeewater overleveren. Tussen hen trof men ook Prins Wilhelm, de latere Duitse Keizer, aan.
We moeten de vergelijking met Bredene nuanceren. Zich ontkleden deed Wilhelm in een badcabine die 50 tot 70 centimeter diep in zee gereden werd. Een luxe die uiteraard niet iedereen gegund was. Telgen van ’t gewone volk ontdeden zich in de duinen van hun kleren en liepen daarna rap over ’t strand ’t zeewater in. In 1858 deden enkelen dat niet snel genoeg en de gendarmen grepen hen bij de kraag. De Oostendenaars namen dat niet, er kwam beroering en de gemeenteraad wees de hogere overheid op het stedelijk paradijselijke reglement.
De zaken bleven aanslepen tot men in 1868 nogmaals het politiereglement op de baden ter sprake bracht. Dan ook vond men nog maar twee achtbare gemeenteraadsleden die in het textielbaden de redding van ziel en vaderland zagen. En toch heeft men in 1870, niet om de goede zeden, maar wel om de handelaars en verhuurders van badpakken genoegen te doen, het zwemkostuum algemeen verplicht gemaakt. Dokter de Jummé deed toen nog een scherpe aanval in de Gemeenteraad, maar het werd toch het einde van “Le Paradis”, dat ons strand jarenlang wereldberoemd had gemaakt. 


(°) Omer Vilain. Het paradijs, in Langs de Oostendse kateien. Kleine Oostendse histories. Met een voorwoord van Louis Major. Oostende. 1974.


Sinds kort is er op Facebook een pagina Flor in spoken word. Hij dient om de gedeclameerde versies van mijn verhalen beter kenbaar te maken. Wie op Facebook zit, klikt hier↗︎.

Geen opmerkingen: