In 't voorjaar startte ik een reeks 'memento mori'. Daarin ga ik na hoe anderen met het levenseinde omgaan. Intussen meldt het label al 18 soortgelijke stukjes. Vandaag voeg ik er een 19de aan toe. |
Sigmund Freud↗︎ is op vlucht voor de nazi’s. En hij is ziek. Al van 1922 heeft hij kanker. Een prothese vervangt zijn verhemelte en rechterbovenkaak. De ziekte wordt almaar erger. In 1938 komt hij in Londen aan. Hij weigert pijnstillers, afgezien van asperine. Hij blijft werken, maar zijn hond kan hij niets wijsmaken.
‘Zijn hond Lün is hem gaan mijden: de rode chowchow verstopt zich onder de tafel (…) Lüns onvoorwaardelijke liefde is in onvoorwaardelijke angst veranderd. De hond, die altijd op de vloer van Freuds praktijkruimte lag als zijn patiënten een eindeloze woordenstroom voortbrachten, die onder zijn bureau lag als hij zat te schrijven, die door haar aanwezigheid bijna deel van zijn werk was gaan uitmaken en bijna ook van zijn denken, blijft nu op een afstand. (…) Dat is het bewijs dat de dood al door de kamer waart. Het was chiquer geweest als de geur van bederf, de lijkenlucht, nog een poosje op zich had laten wachten, maar helaas.’ (°)
Freud ontvangt nog enkele patiënten, leest nog een boek, bij mooi weer doet hij dat in een chaise longue in de tuin. Dan is het op. Hij werkt niet meer, leest niet meer. De dokter geeft Freud een derde gram morfine. Hij glijdt langzaam in slaap. Later als hij rusteloos begint te bewegen krijgt hij nog meer morfine.
‘Het organisme wenst op zelfgekozen wijze te sterven. Zoals hij het had opgeschreven, zo is hij ook gestorven, op een door hem zelf gekozen manier en op het door hem aangewezen tijdstip. Hij koos en stuurde datgene wat de meesten onder ons niet vergund is zelf te kiezen of te sturen. Hij gaf zijn eigen dood gestalte. Voor zijn omgeving was het alsof hij in slaap was gevallen. Hij hield in de vroege ochtend op met ademen.' (°)
Geen idee hoe het de hond verder vergaan is. Maar omdat uit de vertelling van Katie Roiphe duidelijk blijkt dat Freud een hondenmens was, kan ik met een vers van dichter Billy Collins↗︎ afsluiten, die weet dat honden naar een eigen hemel gaan en…
dat iedereen hier kan lezen en schrijvende honden poëzie, de poezen en alle anderen proza.
(°) Uit Katie Roiphe. Het uur van het violet, Grote schrijvers in hun laatste dagen. Vertaald door Anne Jongeling. 300 p. Overamstel Uitgevers. 2017.
Wie iets op Facebook staan heeft, moet daar eens naar Flor in spoken word kijken. Daar hoort ge mij verhalen declameren, ondersteund door passende beelden en muziek. Die muziek speel ik zelf — ik die nooit eerder een instrument ter hand nam! — en wel op de strumstick↗︎, instrument waarvan ik tot voor kort nooit gehoord had. Wie 'op Facebook zit', klikt hier↗︎.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten