zondag 5 maart 2017

Mannen van de nacht

— Van links naar rechts: Jean-Pierre Boentges, Flor Vandekerckhove, Paul Couter. (Foto Jo Clauwaert, 2008) —

Op de foto word ik geflankeerd door twee oude rockers: rechts bluesgitarist Paul Couter, links mijn jeugdvriend JP Boentges. Ik doe die twee geen onrecht door te stellen dat ze de nacht beter kennen dan de dag. Zelf ben ik meer een mens die ’s nachts probeert te slapen en er valt misschien veel over mij te vertellen, maar niet dat ik een oude rocker ben. Wat staan wij daar dan eigenlijk samen te doen? Wel, ik sta daar beroepshalve. Van Paul Couter, die in die tijd een nieuwe CD uitbrengt, neem ik een interview af. Omdat de rock 'n roll me vreemd is, trommel ik mijn oude maat JP op om me te assisteren. Fotograaf Jo Clauwaert vereeuwigt het moment door ons voor zijn lens te parkeren. (Van dat parkeren getuigt het P-teken achter elk van ons.) Dat ik die foto vandaag weer uit de schuif haal komt door de biografie die EPO onlangs over Arno gepubliceerd heeft. (*) 
Paul Couter en JP Boentges zijn getuigen van de opgang van de bekendste Vlaamse rocker, zelfs deelgenoten; Paul Couter als muzikant (in Freckleface, Tjens Wouter, T.C.Matic), JP Boentges als… tourmanager van het eerste uur. Dat laatste weet u wellicht niet. Maar biograaf Gilles Deleux is duidelijk: 
Op het einde van de jaren '60 heeft Jean-Pierre Boentges, alias JP, postgevat achter de draaitafels van een van de vele dancings in de Langestraat, de Djinn. Hij werkt ook in een dancing met dezelfde naam en eigenaar in Blankenberge. JP is een zachtmoedige, rare snuiter. Heel Oostende kent hem vanwege zijn encyclopedische muziekkennis. Hij is maniakaal met muziek bezig en trekt ettelijke malen per maand naar Londen om er platen te kopen, die hij in de vroege uurtjes draait als de toeristen weg zijn en alleen de kenners nog blijven. Onder hen Paul Couter. Ze praten veel over muziek en raken bevriend. En van het een komt het ander. JP is eigenaar van een Simca 1000 en weldra wordt hij gebombardeerd tot tour manager van de groep. Hij krijgt ook de taak om voor optredens voor het duo te zorgen. “In het begin hadden Paul en Arno nog geen manager. Ik had toen niets te doen en ik heb een stencil gemaakt met foto's en die mailing heb ik naar alle jeugdclubs aan de kust gestuurd.”’
Ik contacteer JP die me over het boek nog zegt: 
De biografie werd geschreven door de toen nog jonge Franstalige auteur Gilles Deleux. Het boek verscheen in 2004 onder de titel ‘Arno, un rire et une larme’. In 2007, is er een Nederlandse vertaling gekomen, ‘Arno, een lach en een traan’Tien jaar later is dit boek bijgewerkt en ligt het weer in de winkels.’
Hoe komen JP Boentges en Gilles Deleux bij elkaar terecht? 
‘Begin jaren 2000 nam Deleux contact op met mij en enkele andere Oostendenaars met een rockverleden. Hij kon toen op weinig medewerking rekenen van Arno en zijn entourage. Arno had hem gezegd dat die periode door drank en drugs een zwart gat in zijn geheugen achtergelaten had, maar hij had wel mijn naam doorgegeven. Vervolgens had ik een tiental afspraken met Gilles Deleux. Mijn medewerking draaide hoofdzakelijk rond de beginperiode die ik intens meegemaakt had. Die meetings met Gilles verliepen heel goed en hij kwam ook regelmatig naar me toe om zijn teksten te laten nalezen. Ik had hem ook nog wat originele beelden bezorgd van fotograaf Danny Willems, wiens archief uit die periode vernield geraakt was in een ondergelopen kelder. Enfin in 2004 was het boek klaar voor publicatie en Gilles is dan naar Oostende afgezakt met een exemplaar van het nieuwe boek waarin hij een dankwoord geschreven had.’

(*) Gilles Deleux, Arno. Een lach en een traan, uitg. EPO, 428 blz., 23 euro. 

Geen opmerkingen: