vrijdag 17 januari 2020

Mond op mond


Een vrouw met een opvallend rode mantel zijgt plotsklaps ineen. Miss Piggy stapt over haar heen, maar ik niet. Ik begin meteen te beademen, mond op mond, exact zoals ik het Humphrey Bogart met Ingrid Bergman in Casablanca zien doen heb. Miss Piggy sist kwaad: ‘We gaan onze trein missen’, maar ik doe gewoon voort. ‘Gij godverdomse geilaard’, roept Miss Piggy nu luid, ‘denkt ge dat ik jullie niet doorheb?’ Intussen staan wel tien, twintig mensen om ons heen, die met minachting naar Miss Piggy kijken en mij aanmoedigen om ermee door te gaan. Uiteindelijk begint de vrouw in ’t rood weer te bewegen. Iedereen haalt opgelucht adem en elkeen stapt verder, zo ook Miss Piggy en ik. We halen nog net de trein. Heel de treinreis door blijft Miss Piggy mokken en heel de tijd denk ik aan de vrouw met de rode mantel die me getongzoend heeft ten teken dat de beademing mocht ophouden. Zo komen we, miss Piggy en ik, elk verzonken in onze eigen gedachten, eindelijk ter bestemming aan. Op het perron vervoegen we de stroom passagiers richting uitgang. In de massa merk ik meteen de vrouw met de rode mantel weer op. Ze kijkt zoekend om zich heen. We naderen en wanneer ik vlak achter haar loop zijgt ze plotsklaps ineen. Miss Piggy stapt over haar heen, maar ik niet.

Flor Vandekerckhove



Mail erom, met de titel: liefkemores@telenet.be



Geen opmerkingen: