maandag 29 november 2021

Mijn allereerste dateert van 2012

Moe maar tevreden plaatste ik het nieuwe verhaal op YouTube, waarna de slaap mij overmande en ik in een surrealistische droom terechtkwam.


Nog een geluk dat het u geenszins interesseert, anders had u me al lang verweten dat er geen lijn in mijn verhalen te trekken valt. Soms lijkt ’t erop dat er een realist aan ’t werk is, dan weer een surrealist. Zelf vind ik ook wel dat het mijn oeuvre op pingpong↗︎ lijkt en om er iets aan te doen heb ik een eigen genre bedacht: surrealisme light↗︎. Gisteren deed ik nog meer: ik ging in dat almaar uitdijende oeuvre op zoek naar mijn allereerste surrealisme light verhaal en kwam uit bij Hoe de nar aan zijn einde kwam↗︎ uit 2012. Om dat te vieren maakte ik er nog diezelfde nacht een surrealistisch filmpje van.
 
Flor Vandekerckhove↗︎                                                                                                          [109]


Hoe de nar op youTube 

aan zijn einde kwam

www.youtube.com/watch?v=a85Srhce4Sw

















Op 1 januari 2022 publiceert uitgeverij De Lachende Visch een nieuw e-boek van Flor Vandekerckhove. Honderd titelloze eenparagraafverhalen wordt ingeleid door Flors oud-leraar Nederlands Alfons Vandenbussche.



De e-boeken van Flor Vandekerckhove zijn gratis voor wie erom vraagt. Vooraf bestellen kan. Het boek wordt u dan per e-mail toegestuurd zodra het in het rek van De Weggeefwinkel komt te liggen. Vraag erom via liefkemores@telenet.be↗︎


zaterdag 27 november 2021

Onderbroekenhumor bij de beat

Lawrence Ferlinghetti voor de etalage van de City Lights Bookstore die hij in San Francisco stichtte.



De dit jaar overleden Lawrence Ferlinghetti↗︎ (°1919) heeft de Beatgeneration↗︎ overleefd, hij werd 101. Hij was er al bij toen hij in de jaren vijftig met Kenneth Rexroth↗︎ poëzie met jazzmuziek op plaat zette. Ge zoudt het niet zeggen als ge Underwear leest, maar Ferlinghetti was een ernstig man, ernstiger dan de meeste beats; zo was hij uitbater van City Lights Bookstore, toonaangevende boekwinkel. Over zijn positie in het poëzielandschap schrijft Terras voor Internationale literatuur↗︎
Ferlinghetti wordt nog altijd gezien als een van de proto-Beats, een zielsverwant van figuren als Allen Ginsberg, Gary Snyder en Jack Kerouac. Zijn eigen poëtica sloot echter niet naadloos aan op die van andere leden. Hij had bijvoorbeeld een afkeer van de apathische levenshouding die geassocieerd werd met de Beats, het buitenstaandersschap. In tegenstelling tot Jack Kerouac, die zich steeds meer zou afkeren van een voor hem onleefbare maatschappij, mengt Ferlinghetti zich juist actiever in het publieke leven van zijn tijd. Hij onthoudt zich daarbij niet van expliciet politiek commentaar, vooral in latere gedichten, zoals de satire Tyrannus Nix? (1969). De poëzie wordt door hem in navolging van Rexroth als instrument aangewend om de wereld te beïnvloeden. Voor Ferlinghetti geen technisch vormspel, geen fijne kneepjes van het vak: poëzie moet zeggen waar het op staat en daarbij zo toegankelijk mogelijk zijn. Ironisch woordspel, elementen uit de populaire cultuur, herhaling en jazzritmes zijn middelen die Ferlinghetti inzet om zijn boodschap over te brengen. Mede hierdoor is hem vaak een bepaalde oppervlakkigheid verweten: zijn poëzie zou te gegrond zijn in de actualiteit en de populaire cultuur en hierdoor de tand des tijds niet doorstaan. Hoe zwaar Ferlinghetti dergelijke overwegingen laat meewegen is nog maar de vraag. Zijn voornaamste streven is om de poëzie onder de aandacht van een breder publiek te brengen, niet in gedrukte vorm in stoffige bibliotheken maar gedragen door de levende stem van de dichter – op straathoeken, op lp en inmiddels zelfs in MP3-formaat.
Op MP-3, net als ik dus, die onderaan dit stukje, samen met Lawrence, zijn ondergoedgedicht reciteer. (Flor Vandekerckhove)      [63]



Ondergoed op youtube

www.youtube.com/watch?v=_w6tXiwU5-w

donderdag 25 november 2021

Onbekend gebleven waarzeggers & voorspellers (I)


Ge zult de naam Thad Burr niet in de Wikipedia aantreffen. Hij is dan ook nooit erg bekend geworden. Wel is hij aan een gewisse dood ontsnapt door zijn overvallers te verbazen met een onwaarschijnlijke voorspelling. Dat die overvallers de voorspelling niet konden geloven komt vooral doordat niemand in die tijd wist wat den Aldi was. Pas vandaag beseffen we ten volle dat hij de mensheid op de hoogte bracht van de allernieuwste maatregelen ter bescherming tegen covid 19. 


De tekening komt van The Aldine Half-Holiday Library, een Brits weekblad, een ‘Story Paper’, waarin een volledig verhaal verteld werd. Die Story Papers richtten zich op jonge jongens en meisjes en bevatten tekstverhalen met illustraties. Verhalen bestreken een breed scala aan genres, waaronder avontuur, mysterie, romantiek, school, sport en westerns. Story Papers waren populair van het einde van de 19e eeuw tot net voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Daarna ging men er nog wel mee door, maar de populariteit van de Comic Books zorgde in de jaren vijftig en zestig voor de ondergang. De laatst overgebleven Story Paper, The Rover, werd in 1973 niet meer gepubliceerd. In de bloeiperiode, tussen 1918 en 1939, waren er meer dan vijftig titels, The Aldine Half-Holiday Library was er een van.  (fv)

dinsdag 23 november 2021

Twee jaar Youtube en ik


Op 20 februari 2020 plaats ik voor ’t eerst een filmpje op Youtube. Ik wil het medium gebruiken om mijn verhalen en gedichten te populariseren. Nu, minder dan twee jaar later, heb ik al meer dan 160 video’s gepost. Omdat ik van nul start en de techniek al doende leer, zit er tussen massa’s kaf maar weinig koren. ’t Wordt tijd dat ik een beetje schift: wat al te slecht is, gaat de vuilnisbak in. Soms is dat spijtig — omdat ’t toch wel een mooi gedicht is bijvoorbeeld — en in zo’n geval doe ik het na 't schrappen helemaal over. Dat geldt eerst en vooral voor De kraaienmare, gedicht geïnspireerd door ‘Op zoek naar George Minne’, mooi stuk mixed media (120 h x 93 cm) van Jo Clauwaert. Het gedicht interpreteert dat werk. [Meer over Minne, Clauwaert, kunstwerk en gedicht staat daar↗︎.] Omdat ik inmiddels wel weet hoe je zo’n filmpje aanpakt, is deze nieuwe versie tig keer beter. Wat kan ik nog zeggen? In de slotbeelden hoor je een stukje gitaar, een simpele interpretatie van Cold Cold Heart van Hank Williams Sr., figuur die in Jo’s collage voorkomt, en waarvan Clauwaert zegt: ‘Indien Bob Dylan een beetje minder ego had, zou hij zijn Nobelprijs aan Hank doorgeven.’ Een boude stelling voorwaar, die u des te meer stimuleert om onderstaand filmpje aan te klikken.
Flor Vandekerckhove


De Kraaienmare
op Youtube
NIEUW!

zondag 21 november 2021

'Kom hier, kleine hoer, jij kleine teef…'

'De woede van een kat is prachtig, puur brandend kattenvuur, overeind staand haar en knisperende blauwe vonken, ogen laaiend en sputterend.’ (William Burroughs). M’n vakantiehuisje heet nu Lo Gat Furiós, mede geïnspireerd door het logo van de CNT↗︎. Er hangt een mooi verhaal vast aan die CNT-kat: stakers verzorgen zieke kat; kat geneest; staking krijgt gunstig verloop; stakers adopteren kat.


William Burroughs is 83 en leeft solitair in een huisje. Hij slikt zijn dosis methadon, leest en schrijft tot de dood er in augustus 1997 op volgt. Zijn laatste notities heten terecht The Final Journals↗︎. (*) Ik heb inmiddels wel een en ander van Burroughs gelezen en voor het eerst zie ik zijn zachte kant. De oude beat lijkt verlicht door zijn katten. In zijn dagboek spreekt hij met liefde over kater Ruski, kattin Ginger en het nest dat eruit voortkomt. Daarnaast zijn er Fletch en Jane, ook al met een nest, net als Thomas en Muti. Er zijn ook eenlingen, zoals Spooner of Calico. James Grauwerholz↗︎, Burroughs’ redacteur en manager, heeft het erover in zijn inleiding tot die dagboeken: 
Door al die katten in een klein huis te houden, met kattendeuren die ze binnen en buiten lieten, ontstond een situatie gekenmerkt door onderbrekingen voor het voeren, voortdurend katachtig braken en gekibbel, en een huis doordrongen met de stinkende geur van kattenpis. Deze dieren werden, in hun onschuldige wijsheid, de dagdagelijkse metgezellen van William, soms zijn beproeving omdat ze hem afleidden, en het voorwerp van zijn liefde. Hij voedde ze dwangmatig, zodat de twee die aanleg hadden om teveel te eten - Fletch en Mutie - uiteindelijk behoorlijk rond werden. En hij overlaadde ze met joviale scheldwoorden: 'Kom hier, kleine hoer, jij kleine teef…' Maar zodra hij een van zijn katten zag binnenkomen, sprong hij op om het dier te voeren en te aaien. William was dol op zijn katten.
Op de laatste dag van mijn vakantie in de Languedoc maak ik werk van een voornemen. Mij was al opgevallen dat je daar nog wel Occitaans hoort spreken. Daardoor weet ik ook dat Lo Gat Furiós Occitaans is voor De Boze Kat. Ik neem me voor om het vakantiehuisje niet langer Le Chat Fâché te noemen, maar Lo Gat Furiós. Bovenstaande foto’s getuigen van mijn daadkracht terzake. William Burroughs had het zeker geapprecieerd.
Flor Vandekerckhove


(*) William Burroughs. Last Words: The Final Journals of William S. Burroughs. 2000. Grove Press (US) 273 pp.














In 2022 publiceert uitgeverij De Lachende Visch twee nieuwe e-boeken van 

Flor Vandekerckhove. 


'Honderd titelloze eenparagraafverhalen' verschijnt op 1 januari en wordt ingeleid door Vandekerckhoves oud-leraar Nederlands 

Alfons Vandenbussche.


'Leren schrijven met…' verzamelt Vandekerckhove zijn mini-essays over schrijvers die hem beïnvloed hebben, zijn leermeesters. Het boek wordt ingeleid door Daniël Crabeels en verschijnt in de lente van 2022.

De e-boeken van Flor Vandekerckhove zijn gratis voor wie erom vraagt. Vooraf bestellen kan [Vermeld titel.] Het boek wordt u dan per e-mail toegestuurd zodra het in het rek van De Weggeefwinkel komt te liggen. Vraag erom via liefkemores@telenet.be↗︎ 


vrijdag 19 november 2021

Joan Baez, Tom Waits, Patti Smith, Bono, Bob Dylan en… ik


Ge moogt zeggen wat ge wilt, maar voor een schrijver als ik is het digitale tijdperk een zegen. Voor iemand die er schijt aan heeft↗︎ om ‘m van jetje te geven↗︎ in het lezingencircuit (ook omdat hij niet aan de boekenmarkt deelneemt en ’t dus niet van doen heeft om zijn boel te verkopen) biedt ’t internet ongeziene mogelijkheden. Mis ik dan geen kansen om met anderen samen te werken, wat toch wel verrijkend kan zijn? Eigenlijk niet, neen. Hieronder plaats ik een top-5 van mezelf met de allergrootsten: ondergetekende met Joan Baez, Tom Waits, Bono, Patti Smith en Bob Dylan. Meer moet dat niet zijn. (Flor Vandekerckhove)

(5=159) (4=210) (3=213) (2=222) (1=267)

Klik op de artiest naar keuze:
5. Samen met Joan Baez↗︎
4. Samen met Tom Waits↗︎
3. Samen met Patti Smith↗︎
2. Samen met Bono↗︎
1. Samen met Bob Dylan↗︎ 





















In 2022 publiceert uitgeverij De Lachende Visch een nieuw e-boek van Flor Vandekerckhove. Honderd titelloze eenparagraafverhalen wordt ingeleid door Flors oud-leraar Nederlands Alfons Vandenbussche.

De e-boeken van Flor Vandekerckhove zijn gratis voor wie erom vraagt. Vooraf bestellen kan. Het boek wordt u dan per e-mail toegestuurd zodra het in het rek van De Weggeefwinkel komt te liggen. Vraag erom via liefkemores@telenet.be↗︎

woensdag 17 november 2021

Een poëtische bijdrage tot de Oostendse identiteit



De moslima van de Konterdam

Wanneer een meisje in Oostende zestien jaar wordt neemt een viswijf haar
Naar de testbank mee om haar daar te instrueren in de aldaar achter gesloten 
Vitrines apart gehouden lipstickgamma waarvan de weerbestendigheid
Uitgetest is op de doorgewinterde lippen van de moslima van de Konterdam 

Bubbelinnes Ostend Perfect Moisture Lipstick heeft een extreem hydraterende
Formule verrijkt met oliën en anti–oxidanten comfort biedend aan meisjes
Lippen die de door Brel bezongen noordenwinden trotseren moeten alsmede
Het zeezout dat je er kunt proeven vanaf de grote kerk tot aan de Konterdam

Waardoor die apart gehouden lipstickgamma in Oostende identiteitsbepalend 
Is en het voor Oostendse jongens van welk geslacht ook poepsimpel is om
Hun meisjes van aangespoelde te onderscheiden en dat dank zij tal van testen
Op de veelgevraagde lippen van de vakbekwame moslima van de Konterdam

Wanneer zo’n meisje voor ’t eerst de lippenstift heeft aangebracht wordt dat 
Met een etentje gevierd en trekt het viswijf met het meisje luid roepend vasche
Gernoas zie naar Fatima’s restaurant aan de uitkant van de stad want geen
Oostendse bakt de frieten beter dan de rood gestifte moslima van de Konterdam

Flor Vandekerckhove
[75]
De moslima van de Konterdam
op Youtube 

www.youtube.com/watch?v=ZSxm6W-KnyU





















In ‘Het jaar van de kwatrijnen’ bundelt Flor Vandekerckhove de kwatrijnen die hij in 2020 heeft geschreven. Het e-boek is te krijg in De Weggeefwinkel. Het wordt per kerende e-mail opgestuurd naar elkeen die erom vraagt. Doe het via liefkemores@telenet.be↗︎.

maandag 15 november 2021

Poëtische geschiedenis van de villaatjes

1 De oude molen; 2 Avenue le Grand; 3 Au Clos Fleurie; 4 Sanatorium Marin; 5 Kerk; 6 Villa Marie-Louise; 
7 Villa Honoré Mafalda; 8 Villa Mon Castel; 9 Noodkerk; 10 Spinoladijk.


Een maand geleden valt er een foto van Bredene-Duinen in mijn mailbox, ik herken de wijk die we hier gemeenzaam de villaatjes noemen. Wie heeft me de luchtfoto bezorgd? Ik weet het niet meer. Evenmin weet ik van welk jaar hij stamt; wel na WO II, de kerk is gebouwd. Roland Van Loo kan preciseren: 'Ik zie dat ons huis er nog niet staat. Mijn vader, Wardje, heeft de grond in 1946 gekocht. De bouw was in 1947. De foto dateert bijgevolg van 1945-46'. Marc Loy weet nog meer: 'De foto werd genomen uit een Amerikaanse bommenwerper in augustus 1945. Heel de kust werd zo in beeld gebracht. Te zien in domein Raversijde op de muur aan de Duinenweg. Nu ook in boekvorm.'
Over die wijk heeft De Laatste Vuurtorenwachter tal van verhalen gepost, ik kies er tien die samen een soort poëtische geschiedenis van die wijk vormen. De nummers op de foto stemmen overeen met deze van de titels, wie op zo’n titel klikt, wordt naar het verhaal geleid. (Flor Vandekerckhove)














In 2022 publiceert uitgeverij De Lachende Visch een nieuw e-boek van Flor Vandekerckhove. 

Honderd titelloze eenparagraafverhalen wordt ingeleid door Flors oud-leraar Nederlands Alfons Vandenbussche.



De e-boeken van Flor Vandekerckhove zijn gratis voor wie erom vraagt. Vooraf bestellen kan. Het boek wordt u dan per e-mail toegestuurd zodra het in het rek van De Weggeefwinkel komt te liggen. Vraag erom via liefkemores@telenet.be↗︎


zaterdag 13 november 2021

Vaan: schrijvend ten onder



In de bib stoot ik op de vuistdikke biografie van Cornelis Bastiaan Vaandrager↗︎, Nederlands auteur waarvan ik nimmer iets gelezen heb, nooit iets vernomen zelfs. Ik loop de rekken af, op zoek naar werk van die mens, wat ik tegelijk met de biografie zou kunnen lezen, ik vang bot: geen Vaandrager. Wel vind ik hier↗︎ een recensie over De Hef, roman uit 1975. Het stuk opent met een citaat dat me iets leert over Vaandragers manier van schrijven:
In spin. Vragen over. Iezie. Ietsie pietsie ligtsterk kleintje plastic (van fopspenen, van de straat). Pleuriszooi zat thuis en op vorige adressen, doodgetripte huis en haard. Omhoog, de Hef dus: op handen en voeten klaarkomend, als een brug, een overspanning. Geen Nieuwe Stijl Roetien. Je moet er geweest zijn. Sien heb kure. “Your radar-eyes” (Je raad de reis). Betekent zoveel als opgaan, als geld? In rook? Omhoog gaan, bovenop de Hef.
Vaandrager debuteert vijftien jaar eerder met een novelle die naar verluidt vergeleken mag worden met de debuten van Claus en Reve. Het werk houdt een belofte in die, leert de biografie, Vaandrager niet waarmaakt. 
Cor Vaandrager moet die morgen ten einde raad zijn, na maanden apathie en depressies. Mislukking! Het lijkt alsof dat woord met steeds grotere letters wordt geschreven. Nog geen vijftig jaar oud, en wat heeft hij gepresteerd in vergelijking met die anderen, zijn epigonen over wie je leest in kranten en weekbladen, die op de tv komen? O ja, hij heeft romans geschreven, en verhalen, gedichten, met gelijkgestemde vrienden literaire tijdschriften gevuld en opgefleurd. Maar wat heeft het hem gebracht, behalve dat groeiende gevoel van mislukking en miskenning?
Dat ’s mans drugsgebruik ermee te maken heeft is een understatement. Er zijn zelfmoordpogingen, psychiatrische opnames en ’t gaat van kwaad naar erger. Hij wordt uit zijn huis gezet:
Voorbijgangers blijven staan, buurtbewoners komen naar buiten: ze kijken met open mond naar de hoeveelheid troep die uit de woning wordt gekieperd. (…) Cor Vaandrager raakt die middag nagenoeg zijn complete archief kwijt, plus zijn correspondentie, de boeken die hij niet wil verkopen en alles wat nog van enige waarde kan zijn voor zijn literaire loopbaan.
En dan geeft wikipedia me nog deze zin mee: Als een zwervende zonderling stierf Cornelis Bastiaan Vaandrager op 56-jarige leeftijd.
Flor Vandekerckhove

Menno Schenke. VAAN. Het bewogen bestaan van C.B. Vaandrager. 2005. De Bezige Bij. 495 pp.

donderdag 11 november 2021

Aura en aureool, in de marktversie

Links: Wat Walter Benjamin letterlijk zegt, staat onder XV in Het kunstwerk in het tijdperk van zijn technische reproduceerbaarheid↗︎. Rechts: In 2022 publiceert uitgeverij De Lachende Visch een nieuw e-boek van Flor Vandekerckhove. 'Honderd titelloze eenparagraafverhalen' wordt ingeleid door Flors oud-leraar Nederlands, Alfons Vandenbussche. De e-boeken van Flor Vandekerckhove zijn gratis voor wie erom vraagt. Vooraf bestellen kan. Het boek wordt u dan per e-mail toegestuurd zodra het in het rek van De Weggeefwinkel komt te liggen. Vraag er nu al om via liefkemores@telenet.be.


In mijn boekenkast staat wel een en ander van/over Walter Benjamin↗︎ en in mijn e-reader staat nog meer; oeuvre waarin ik veelal verloren loop en dat ik desondanks blijf koesteren. (°) Waarom eigenlijk? Zou er een aura omheen ’s mans werk hangen, term die in Benjamins denken een belangrijke plaats inneemt? Kunst heeft een aura, zegt hij, omdat het kunstwerk uniek is. Hoe meer kunst reproduceerbaar wordt (litho, fotografie, film…) hoe meer aura het verliest. (°°) Benjamin had eens moeten weten hoe de reproduceerbaarheid van literatuur zich recentelijk ontwikkeld heeft. 
Zelf omarm ik die nieuwe mogelijkheden ten volle. Wat ik schrijf↗︎ wordt alleenlijk nog via weblog, youtube en e-boek verspreid. Wat zo goedkoop is dat ik het gratis kan aanbieden. Velen uiten daar ongenoegen over. Ze zeggen dat ze het papieren boek missen, een object dat ze kunnen voelen, ruiken, dat op tafel ligt, in het rek staat. Dat klagen heeft ongetwijfeld met oude, hardnekkige gewoontes te maken. Maar komt het ook doordat het papieren boek een aura heeft? Kleeft er aan het papieren boek ‘iets’ wat mijn gratis e-boeken ontberen? Ik hou het antwoord in beraad.
Van aura naar aureool is niet zo’n grote stap. Baudelaire beschrijft in ‘Verlies van een aureool’↗︎, hoe de dichter de halo verliest waarmee hij zich eertijds van Jan modaal kon onderscheiden. Gedaan daarmee: in de moderniteit is àlles, ook poëzie, koopwaar; de poëet gedegradeerd tot marktkramer! Waarmee zowel Benjamin (aura) als Baudelaire (aureool) uitdrukking geven aan de veranderingen die de moderniteit in de cultuur teweegbrengt. 
Dat zal wel, dat zal wel, maar mij maak je niet wijs dat aura en aureool wèg zijn. Wat zien we anders als we een concert van Nick Cave bijwonen? Zien we het niet wanneer Kate Tempest haar gedichten reciteert? We zien het zelfs als Stefan Hertmans een lezing geeft. Zien we het aureool niet dat culturele sterren omringt, merken we niet dat er een aura aan hun producten kleeft? Als Benjamin en Baudelaire gelijk hebben, dan is ’t ook juist om te zeggen dat de markt aura en aureool weer tot leven wekt. Ze doet het telkens de fusie van koopwaar en kunst spektakel oplevert. Wat me naar deze toch wel verrassende conclusie leidt: de aura die e-boek-criticasters aan het papieren boek toekennen is au fond niets anders dan het loven van, geloven in en beloven van commercieel succes.
Flor Vandekerckhove

(°) Zoals ook nu weer gebruik ik wel meer iets van Benjamin om het op oneigenlijke wijze voor mijn kar te spannen In 2017 doe ik dat met The Storyteller in De verrijzenis van de verteller↗︎. In 2015 post ik Het zeer korte verhaal in het tijdperk van zijn elektronische reproduceerbaarheid↗︎, kenners zien al aan de titel dat het stukje schatplichtig is aan Benjamin.
(°°) Walter Benjamin in Het kunstwerk in het tijdperk van zijn technische reproduceerbaarheid↗︎.

dinsdag 9 november 2021

Twee keer magenta



Het woord prozagedicht is een oxymoron, het bestaat uit twee delen die elkaar tegenspreken. Ik toef graag in zo’n grensgebieden. Dan schrijf ik bijvoorbeeld een geconcentreerd prozaverhaal van één paragraaf, probeer er een beetje ritme in te steken, voeg er al eens een stijlfiguur aan toe, her en der heb ik zelfs oog voor een (half)rijm. En nadien vraag ik me af: is ’t nog altijd een eenparagraafverhaal, proza, of is ’t gaandeweg een prozagedicht geworden, poëzie. Ook omdat ik een luie denker ben, kom ik veelal niet tot een eenduidig antwoord. 
Overigens experimenteer ik niet alleen met genres, ik experimenteer ook met vormen, zoals hieronder: één alinea, lettertype Verdana, corps 16 pt, sierletter, magenta achtergrond, 30 cm breed. Gemakshalve, en verwijzend naar de achtergrondkleur, noem ik ze ‘Twee keer magenta’. Het eerste is oud, maar werd geactualiseerd (Billie Eilish neemt de plaats van Tina Turner in) het tweede is nieuw, 't is een proeve van surrealisme light en staat ook op youtube, ik plaats het filmpje onderaan). (Flor Vandekerckhove)
Eerder publiceerde ik in dit onderzoek al Twee groene↗︎Twee roze↗︎, Twee gele↗︎, Twee oranje↗︎, Twee keer cyaan↗︎, Twee blauwe↗︎.  [87]


Veuzen op youtube

www.youtube.com/watch?v=PJhszfE7qhg

zondag 7 november 2021

Wist gij dat, van die klomp klei?

— Onder de vervaarlijke aanblik van deze grote koppen
bied ik u heden mijn eigen kleine huis-tuin-en-keukenfilosofie aan —

Volgens mij gaat het alzo. Bij de geboorte krijgt ge een klomp klei mee, ’t zij klein, ’t zij groot. Die klomp vangt de deuken op die het leven voor u in petto heeft, ge moet daar niets voor doen, die deuken komen vanzelf wel. De klei boetseren daarentegen moet ge zelf doen. Hoe? Dat wordt mee bepaald door het milieu waarin ge opgroeit en de tijd waarin dat gebeurt. Wie daarmee tevreden is, probeert de klei naar dat model te boetseren, hzij wordt een conservatief. Ontevredenen gaan op zoek naar iets anders, zij worden links of lastig, soms de twee. Hoe dan ook, op den duur gelijkt ge op de sculptuur — deuken incluis, of course die ge boetserend gemaakt hebt en de sculptuur wordt in brons gegoten: dan zijt ge wie ge zijt. Sinds kort weet ik nog iets. De oude dag is een afgietsel van die sculptuur: niet langer het originele brons — ‘brons-tig’ is te heftig voor de oude dag — wel een ietwat frêle replica. 
Tot zover deze theoretische inleiding in mijn huis-tuin-en-keukenfilosofie. Thans volgt een praktijkvoorbeeld, met name het mijne. Doordat ik in mijn kindertijd een degout aan commercie↗︎ oploop, doordat een leraar een schrijftalent↗︎ in mij blootlegt, doordat Mei 68 van mij een overtuigde soixante-huitard↗︎ maakt, doordat ik daar een anti-kapitalistische wereldbeschouwing↗︎ aan overhoud, doordat het leven me na veel omzwervingen naar de kust terugbrengt, waar ik een blad↗︎ uitgeef dat alleen door de economie van de gift overleeft (wat een kwarteeuw lang ook lukt), doordat ik onderweg op een uitgever stoot die een zwendelaar is, doordat ik inmiddels een klein, maar reëel pensioentje heb, doordat ik de mogelijkheden van internet en digitalisering omarm…  Daardoor komt het dat ik op mijn oude dag een schrijver als geen ander↗︎ ben, een die zijn pennenvruchten niet naar de markt brengt, een producent van verhalen die in haast niets op andere gelijken. Of kent gij alhier nog iemand die drabbles↗︎ schrijft? Eenparagraafverhalen↗︎? Provoverzen↗︎
Kent ge nog iemand die kwatrijnen schrijft die de zachte golfslag op een strand nabootsen↗︎Ga ik niet als geen ander op zoek naar een genre dat  surrealisme light↗︎ heet (of realisme +)? Is De Laatste Vuurtorenwachter niet (sinds 1988!) heel & gans mijn eigen ding en uitgeverij De Lachende Visch↗︎ niet sinds 1991 geheel de mijne? 
Ge werpt tegen dat velen mijn kraam niet vinden omdat ik er niet mee op de markt sta. Maar hoort ge mij klagen? ’t Is ook in deze zoals de volksmond zegt: ge kunt niet alles hebben, een dikke vrouw en veel plaats in bed.


Vooraf bestellen is mogelijk. Het e-boek/de e-boeken wordt/worden u per mail bezorgd zodra ze in 2022 de uitgeverij verlaten 
en in ’t rek van De Weggeefwinkel komen te liggen. Vermeld de titel(s) in uw e-mail aan liefkemores@telenet.be.

vrijdag 5 november 2021

Het XXste transport

Foto links: Naast het treinstation van Boortmeerbeek staat dit monument. Midden: detail met de tekst in vier talen in staal gebrand. Rechts: de kazerne Dossin in Mechelen. Op de binnenkoer wachten Joden en zigeuners om gedeporteerd ter worden.




Als immer breng ik Tania ook nu weer naar ‘t vertrekpunt van haar wandeling, haar opwachten doe ik waar ze ermee ophoudt. Vandaag gaat dat van Humbeek-Sas naar Rijmenam. Onderweg passeert ze Wormelaar, Eppegem, Elewijt, Schiplaken, Hever en Boortmeerbeek. U hoort het aan de klanken: daar valt niets te beleven. Waarover moet ik dan schrijven? Onverwachts stoot ik in Boortmeerbeek↗︎ op een monument. Drie handen houden een stuk staal tegen. Ik maak foto’s en lees de tekst:
Vriend voorbijganger, toon eerbied voor deze heldhaftige handen, zij hebben hen gered, die door de krachten van het kwaad naar de hel werden gezonden.
In het aanbevelenswaardige etablissement De Warande luister ik naar het verhaal:
Op 19 april 1943 vielen drie jonge Brusselse verzetsstrijders een trein aan op de spoorlijn Mechelen–Leuven. Al wat die drie hadden, was een stormlamp, een revolver en wat rood papier, maar ze slaagden wel in hun opzet. De trein vervoerde Joodse burgers naar Auschwitz. 231 konden ontsnappen. 90 werden weer opgepakt, 26 werden bij hun vlucht gedood en 115 slaagden in de ontsnapping. Het is de enige plaats in Europa waar tijdens de Tweede Wereldoorlog een bevrijdingsactie op een Jodentransport werd uitgevoerd.
Dat transport is het twintigste (*) dat uit Mechelen vertrekt. Mechelen, dat is niet ver en ik maak van de nabijheid gebruik om er de Dossinkazerne↗︎ op te zoeken, plek waar de te deporteren Joden en zigeuners verzameld worden. Eerst bezoek ik in Willebroek nog ’t Fort van Breendonk↗︎, waardoor ik die dag toch nog veel beleef. Omdat ik ben wie ik ben, herinnert Breendonk me aan Leon Lesoil↗︎, Belgisch trotskist die via een vergelijkbaar kamp↗︎ naar Neuenhamme↗︎ getransporteerd wordt, waar hij in 1942 van ontbering sterft. De Dossinkazerne herinnert me dan weer aan Abraham Leon↗︎ (Abraham Wajnsztok) die na Lesoils deportatie een van de leiders van het trotskistische verzet wordt. Op 18 juni 1944 wordt hij door de Feldgendarmerie in Charleroi gearresteerd. Gemarteld en gedeporteerd sterft hij op 7 oktober ’44 in de gaskamer van Auschwitz↗︎. Lesoil en Wajnsztok, twee geestesgenoten van me, die tig keer meer moed getoond hebben dan ikzelf had kunnen opbrengen.


(*) Over het Twintigste treinkonvooi naar Auschwitz bestaat een aparte wikipediabladzijde↗︎. Daar leest u hoe het de betrokken verzetstrijders verder vergaan is. Aan die verzetsdaad werden een televisiereportage, een film en verschillende boeken gewijd. Wie meer wil weten kan er hier een heel boek↗︎ over lezen.

woensdag 3 november 2021

Hoe Yellow Submarine zich in een Bulgaarse familie nestelde

Enkele maanden geleden werd een van mijn kleindochters achttien. Voor haar verjaardag schreef ik een stukje↗︎ geïnspireerd door Yellow Submarine, song uit de tijd dat ik zelf achttien was. Daarna ging ik die Beatlessong een beetje nader bekijken. Wat weer nieuwe stukjes oplevert. Dit is er een van. Op dit titelbeeld, links: Maria Popova (die voorkomt in het stuk hieronder). Naast haar: het boek met haar verhaal. Zelf kijk ik, samen met mijn kleindochter, door de patrijspoort onderaan rechts.



In In Their Lives: Great Writers on Great Beatles Songs↗︎ belichten tal van schrijvers hun favoriete Beatlessong. Onder hen: Maria Popova↗︎. Haar keuze: Yellow submarine, song die me onlangs nog geïnspireerd heeft bij het schrijven van Het licht zien↗︎
De ouders van Maria Popova (°1984) gebruiken het wijsje al sinds de verloving als herkenningsdeuntje (whistle-call). Maria vraagt zich af waarom zij voor een liedje kozen dat van lang voor die verloving dateert: 
Mijn vader was zelf niet zo'n Beatles-fan, en toch was hij in staat om moeiteloos een melodie op te halen die hij bijna twintig jaar eerder had gehoord, en die naar zijn geliefde te fluiten. Het fluitsignaal werd een gegeven in mijn jeugd, pas toen ik begin de dertig was, kwam het bij me op om te informeren naar hoe ‘Yellow Submarine’ zich in het gezin verweven had. Het verhaal is archetypisch voor hoe populaire muziek, en misschien alle populaire kunst, in het culturele lichaam opgenomen wordt. In de smeltkroes van het bewustzijn wordt een lied onderworpen aan een eigenaardige alchemie — de bijzonderheden van het leven van de luisteraar op dat specifieke moment veranderen de objectieve betekenis van de song, als die er al was, in een subjectieve indruk. Die indruk coderen we in het geheugen. De oorspronkelijke bedoeling van de kunstenaar versmelt met de persoonlijke context van de luisteraar, tot een amorfe massa van een onuitsprekelijke maar onvergetelijke eenheid — een slapend zaad waarvan de bloei afhangt van talloze factoren die de omringende grond bemesten. 
Ze vraagt erop door en vindt de bron. Haar overgrootvader had in Bulgarije Engels geleerd door naar de BBC World Service te luisteren. Waarna hij de taal aan zijn kleinkinderen doorgeeft: 
De BBC World Service stond altijd op in de keuken, en in de nazomer van 1966, net voor mijn vaders zesde verjaardag, was 'Yellow Submarine' veel te horen — het was uitgebracht op 5 augustus. Mijn overgrootvader besloot het lied te gebruiken als Engelse les voor de kinderen. Misschien omdat het in Varna was — de Bulgaarse marinehoofdstad, waar het beroemde Marinemuseum van de stad nog steeds is gehuisvest in een gigantische ontmantelde onderzeeër — en misschien gewoon omdat kleine jongens van die obsessies met onderzeeërs hebben, beet mijn vader onmiddellijk in het aas. Hij werd verliefd op het lied, leerde melodie en tekst uit het hoofd.
Maria’s vader groeit op en de Yellow Submarine wordt een verafgelegen herinnering uit de kindertijd, maar laat een spoor achter, onzichtbaar en sluimerend tot het bevrucht wordt, in dit geval door de ontmoeting met de jonge vrouw die Maria’s moeder zal worden. 
Vervolgens ontdekt Maria een leuke parallel:
McCartney's grootvader, Joseph, groeide op in de buurt van Liverpools haven. Lennons grootvader, George, was een zeeman die aan boord van een van de eerste driemasters rond de wereld zeilde. Nadat hij zijn vrouw had ontmoet aanvaardde hij een baan aan de wal om wrakstukken van gezonken onderzeeërs te bergen. Zou de ‘man who sales the Sea’ een amalgaam zijn van deze twee grootvaders, herinneringen uit de kindertijd van Paul en John?
De essayiste belicht in haar stuk tal van interpretaties van de song. Die houd ik achter voor een apart stukje, anders wordt dit hier te lang, maar haar besluit wil ik bijhouden, ook omdat het spoort met wat ik eerder geschreven heb in Elk kunstwerk ontvliedt zijn maker↗︎
‘Eenmaal een gedicht beschikbaar is voor het publiek’, schreef Sylvia Plath ooit aan haar moeder, ‘behoort het recht op interpretatie toe aan de lezer.’ Het is door dit recht dat populaire muziek, populaire cultuur en misschien zelfs alle cultuur ons toebehoort. Door dit recht wordt kunst altijd toegeëigend door het leven, zo komt het ook dat een aanstekelijk lied zonder bijzondere betekenis, afgeluisterd door een kleine jongen, met zijn oor tegen het IJzeren Gordijn gedrukt, door tijd en ruimte kan worden verweven tot familiemythe. Dit is wat populaire kunst op zijn best doet: een scherm waarop erg verschillende mensen in erg verschillende omstandigheden de unieke betekenis van hun leven kunnen projecteren.           [217]
Flor Vandekerckhove


In Their Lives: Great Writers on Great Beatles Songs↗︎. Ed. Andrew Blauner. Blue Rider Press, New York. 2017. 320 pp.

En dit is het stukje dat ik 
voor mijn kleindochter schreef

Het licht zien

www.youtube.com/watch?v=onpYYu_Tn8s

maandag 1 november 2021

Allerheiligen: als een kat bij 't graf



November dodenmaand. Dit is wel een gepast gedicht, vind ik. Veel inleiding hoeft het niet. Misschien helpt als je weet wie Henri Cole↗︎ is, en ’t kan zeker geen kwaad dat je Elisabeth Bishop↗︎ leert kennen. (Flor Vandekerckhove)


Eentje van eigen huis [163]
Voor immer & altijd