* In D.L.Vuurtorenwachter plaatst Flor Vandekerckhove sinds 1988 columns, herinneringen, leesnotities, (mini-)essays, polemieken, verhalen, gedichten… ****************** ************* 'Deze vuurtoren belicht de verdwijnende wereld van een babyboomer/soixantehuitard.' ******************* ****
zaterdag 27 april 2024
In de wachtzaal, bladerend in een oud tijdschrift (°)
vrijdag 26 april 2024
De twee oneliners van de moordenaar
De digitale publicaties (pdf en EPUB) van De Lachende Visch zijn gratis. Mail erom (en vermeld de titel: in dit geval ‘200’, dan begrijp ik het wel.): liefkemores@telenet.be⇲.
donderdag 25 april 2024
Wandelen langs een zonsondergang uit de 19de eeuw
Op 24 april 2024 bevind ik me op een klif in Normandië. Daar toon ik je het landschap dat een Hollander zo’n 175 jaar geleden op doek gezet heeft. |
Jongkind schildert er naar de natuur, zoals zoveel anderen⇲ dat daar doen, zo ook zijn maat Eugène Boudin⇲. Jongkind maakt ter plekke aquarellen, in zijn atelier maakt hij daar later schilderijen van — zijn collectie aquarellen is indrukwekkend. De encyclopedie zegt School van Barbizon⇲ en voorloper van het Franse impressionisme⇲. Hij mag dan in Frankrijk sterven, ’t is wel in Nederland dat zijn standbeeld⇲ staat.
Flor Vandekerckhove⇲
dinsdag 23 april 2024
Ook alweer twee jaar geleden
Persoonlijk heb ik Arno niet gekend, de wereld van de pop is niet de mijne, R&R-attitude, zoals Frank Vermang me die hier⇲ uitlegt, is me vreemd. Wat ik over Arno weet is wat mijn jeugdvriend JP⇲ me verteld heeft en later Tania. ’t Is ook met Tania dat ik Arno voor ’t eerst aan ’t werk⇲ zie. Eén keer heb ik hem kort gesproken — ik zei toen overtuigend: 'Daar heb je gelijk in.' waarna onze wegen zich scheidden — daar herinner ik aan in Herinneringen aan de Oosteroever⇲. Er zijn nog wel stukjes waarin Arno zijdelings aanwezig is, bijvoorbeeld Reünie van T.C. Matic⇲, waarin ik verwantschap voel wanneer hij zegt: ‘Ik speel geen muziek voor het geld, maar om met mezelf in evenwicht te komen’, iets wat ook voor mij en mijn schrijverij geldt. Arno komt ook ter sprake in Mannen van de nacht⇲ en in Dylan ontmoet Ensor in Oostende⇲. Twee stukken maken me toch wel trots: Arno en de intrede van Fantômas in Oostende⇲, waarop Danny Willems enthousiast reageert en vooral mijn antwoord op Arno’s wondermooie Oostende bonsoir⇲, ik zet songtekst en gedicht nog eens naast elkaar.
Elk z’n goedenavond op Youtube: klik hier⇲
[815]
maandag 22 april 2024
Als 't genoeg geweest is
Deze oma kan duidelijk nog even doorgaan. Maar mag ze ook zelf bepalen wanneer ’t genoeg geweest is? (Het beeld komt van de FB-groep Absolument Surréaliste.) |
Zelf heb ik m’n ouders zien wegkwijnen op een kamertje, namelijk een kamertje in een katholiek ziekenhuis.’ Of ze verder wilden of niet, werd hun daar uiteraard niet gevraagd, ze hadden zo'n vraag ook niet begrepen, gehersenspoeld als ze waren door een leven onder de hoede van onze moeder de heilige kerk. Ze moesten dus in godsnaam heel de rit uitrijden, wat ik als mensonterend ervaren heb. Vandaar dat ik met recht en reden zeg dat het katholieke weerwerk tegenover de woorden van Luc Van Gorp hypocriet is.
Hoe anders is het einde van Emiel Pauwels⇲. Hij is al in de negentig wanneer hij nog regelmatig op de atletiekpiste gaat oefenen, hij wint als 90-plusser nog een Europees veteranenkampioenschap, zoals je hier⇲ zelf kunt zien. Op zijn vierennegentigste wordt bij hem kanker vastgesteld, wel nog operabel. Desondanks maakt Pauwels begin 2014 bekend dat hij euthanasie⇲ aanvraagt, het is, zegt hij aan zijn dokters, nu wel genoeg geweest. Op 8 januari geeft hij een afscheidsfeest, op 9 januari sterft hij. Niets wegkwijnen op een kamertje, niets wegwerpmaatschappij. (Heer, verlos onze ouderen van de katholieke indoctrinatie.)
Flor Vandekerckhove⇲
zondag 21 april 2024
De blogger en de literaire markt
Vandaag gaat in de bib van Bredene ‘thuis aan zee’⇲ door. Daar ontmoet je ‘schrijvers en vertellers die zich lieten inspireren door de zee’. Mij ga je daar niet zien. Ben ik niet thuis aan zee dan? Getuigen niet honderden verhalen/gedichten dat ik me laat inspireren door de zee? Misschien gaat mijn reputatie me vooraf en weten de organisatoren dat ik liever ga wandelen. Dat laatste is zeker waar, maar er is ook iets anders. ER IS EEN PROBLEEM.
Bloggen bestaat inmiddels dertig jaar.⇲ Ook alweer tien jaar geleden zei Robert Silvers⇲ van The New York Review of Books⇲ in een interview⇲ dat blogs de kritische aandacht niet krijgen die ze verdienen: ‘Als je om taal geeft, als je om de gevoeligheid geeft waarmee taal wordt uitgedrukt, en als je om de waarden geeft die ten grondslag liggen aan ons taalgebruik… dan zouden deze media, lijkt mij, in aanmerking moeten komen als onderwerp van kritiek. We lijken aan de rand te staan van een enorme, zich uitbreidende oceaan van woorden, een oceaan die groeit zonder dat er enig kritisch perspectief op wordt uitgeoefend. Voor mij als redacteur lijkt dat een enorme afwezigheid.’ En dit is wat Megan Marz eraan toevoegt: ‘Al dertig jaar gebruiken schrijvers blogs, sociale media en e-mail om dingen te doen met woorden die in boeken moeilijk of onmogelijk zijn. Ze hebben ons ondergedompeld in verhalen die zich nog steeds ontvouwen, persona’s gecreëerd die interactie hebben met lezers (…) Het openbare literatuur-overzicht van de 21e eeuw zit vol gapende gaten waar deze dingen zouden moeten zijn. Het ontbrekende materiaal staat op onze schermen, maar glijdt voorbij met weinig formele erkenning. Hoewel het banaal is geworden om te constateren dat het online leven volledig verweven is met de rest van de wereld, scheidt een denkbeeldig gordijn het online schrijven van de rest van de literatuur. Het is tijd om dat gordijn naar beneden te halen.’
Marz geeft een verhelderend voorbeeld. In 2013 beslist Megan Boyle⇲ om haar dagelijks bestaan te ‘livebloggen’⇲. Ze begint op 17 maart en haar plan is er voor altijd mee door te gaan, dat zou haar kunst zijn. ‘Vijf en een halve maand later hield ze ermee op. In 2018 publiceerde een uitgever wat Boyle had geschreven in Liveblog⇲, roman van meer dan 700 bladzijden. Boyles blogproject had geen recensies gekregen, maar toen het een boek werd, bogen critici zich plotseling over de literaire kwaliteiten ervan, het werd positief beoordeeld [ondermeer in een lange, interessante recensie in Bookforum⇲] en vergeleken met andere serieuze literatuur. Die waardering greep dus pas plaats nadat de ‘kunst’ – het voortschrijden van de blog – uit Boyles project weggehaald was en gecomprimeerd tot een object dat binnen een paar dagen of weken kon worden gelezen.’
Literatuur wordt slechts als dusdanig herkend wanneer een kapitalistische machinerie — mix van producenten (uitgevers), distributeurs (winkeliers) en consumenten (lezers) — zich de tekst toe-eigent, daarin aangevuurd door gecamoufleerde advertenties (recensies) die een aura⇲ rond het product creëren. De blog daarentegen komt niet op de markt terecht, een blogger gaat daar niet mee venten. Wie literatuur met de markt vereenzelvigt, toont geen ‘respect’ voor diens kunstwerk, er wordt geen ‘heiligheid’⇲ aan toegekend, de aura mankeert, een blogger wordt niet tot het literaire veld gerekend.
Flor Vandekerckhove⇲
zaterdag 20 april 2024
Ziet u daar de torenvalk nog vliegen?
De spiraalvormige, opwaartse vlucht van de torenvalk, an artist impression of course. |
vrijdag 19 april 2024
Waarom ik mijn ziel aan de duivel verkoop
www.youtube.com/watch?v=IqXXTB_ZRDY
[351]
De digitale publicaties (pdf en EPUB) van De Lachende Visch zijn gratis. Mail erom (en vermeld de titel: in dit geval ‘200’, dan begrijp ik het wel.): liefkemores@telenet.be⇲.
donderdag 18 april 2024
Hoe mateloos irritant is toch die betweterige Mia Doornaert
Links: barones Mia Doornaert, nu ook ‘onafhankelijk expert in poëzie.’ |
En nu mijn ergernis.
Om haar gelijk te staven haalt ze een gedicht aan — ze schrijft ‘gedicht’, tussen aanhalingstekens — van de gewezen Antwerpse stadsdichteres Ruth Lasters⇲, dat aldaar in 2022 werd afgewezen door een N-VA-schepen. Ik schreef erover in ‘Een woke waart door Europa’⇲ en zei toen: ‘Literatuur cancelen is zo rechts! ’t Is zo rechts dat het aan het woke-activisme ontsnapt en, zoals in Amerika, in handen van extreem conservatieven⇲ terechtkomt. In Vlaanderen loopt het nog zo’n vaart niet, maar dit komt toch al in de buurt: op 1 september 2022 stapt de Antwerpse stadsdichter Ruth Lasters in protest op, omdat de N-VA-schepen haar gedicht (in samenwerking met haar leerlingen) over elitair onderwijs weigert⇲.' Barones Doornaert over dat gedicht: ’Tja ‘Losgeld’ was een politiek correct pamfletje dat ze samen met enkele leerlingen had geschreven, en dat net zo goed door ChatGPT bedacht had kunnen zijn.’ Of Lasters’ gedicht evengoed door ChatGPT⇲ geschreven kon worden, valt na te gaan, u kunt het hier⇲, op de site van uitgeverij Van Oorschot lezen. Neen, ik zie ChatGPT dat nog niet doen. Zo’n column van Mia Doornaert daarentegen…
(°) Mia Doornaert. Hoe mateloos irritant zijn toch die betweters van links. In DS, 8 april 2024.
De digitale publicaties (pdf en EPUB) van De Lachende Visch zijn gratis. Mail erom (en vermeld de titel): liefkemores@telenet.be⇲. |
woensdag 17 april 2024
In memoriam Jean Pierre Beirens (19.08.1949 - †25.03.2024)
Jean Pierre Beirens, oud-leerling van het vijfde studiejaar, omcirkeld op de schoolfoto. Meer namen van leerlingen vind je hier⇲. |
Uiteindelijk deed hij het toch, met pensioen gaan, maar lang heeft hij daar niet van genoten. Toen ik hem, alweer een paar jaar geleden, voor ’t laatst zag, zat hij in een rolstoel die zijn echtgenote, Josiane Anthierens, voortduwde. Infarct. Verlamming. Ook omdat die rolstoel thuis technische problemen opleverde, resideerde Jean Pierre voortaan in woonzorgcentrum De duinpieper⇲.
In De Duinpieper informeer ik naar zijn kamer. De verpleegkundige weet me te zeggen dat Beirens overleden is, drie weken geleden al. Ik weer naar huis. Daar zoek ik op 't internet naar het overlijdensbericht⇲: ‘Jean Pierre heeft ervoor gekozen om zijn lichaam te schenken aan de medische wetenschap.’ Respect!
Flor Vandekerckhove⇲
maandag 15 april 2024
In memoriam Jean-Pierre — JP — Boentges (°11.08.1949 - †12.04.2024)
Mijmeren onder de boeg van de Vindictive
De digitale publicaties (pdf en EPUB) van De Lachende Visch zijn gratis. Mail erom (en vermeld de titel: in dit geval ‘200’, dan begrijp ik het wel.): liefkemores@telenet.be⇲. |
zondag 14 april 2024
Isaak Babel, schrijver aan het front
Het kozakkenleger bestond uit jodenvijandig paardenvolk⇲. Embedded journalist⇲ Isaak Babel — een jood met een brilletje — moest er zijn mannetje staan. |
Isaak Babel is wat Leon Trotski⇲ een 'fellow traveller' noemt, schrijver die, zonder zelf communist te zijn, een steentje bijdraagt tot de nieuwe maatschappij. Dat steentje bestaat er bij Babel ook in dat hij concreet menselijk gedrag in geweldsituaties beschrijft, goed wetend waarover hij spreekt, want als embedded journalist⇲ trekt hij met de kozakken van generaal Semjon Boedjonny⇲ ten oorlog. Babel beschrijft de wreedheid die met het uitoefenen van wapenmacht gepaard gaat. Na afloop maakt hij daar een literair meesterwerk van: De rode ruiterij⇲. Paustovski⇲ noemt hem 'de eerste echte Sovjetschrijver'.
Een andere sovjetschrijver die Gorham aanhaalt is Dimitri Furmanov⇲ die net als Babel de oorlog als thema heeft. Furmanov is een partijman die de oorlog door een partijbril beschrijft. Babel is anders, hem interesseert wat in de marge gebeurt, ook en vooral bij degenen die niet rechtstreeks bij de gevechten betrokken zijn. Het oversteken van de Zbrucz, openingsverhaal van De rode ruiterij, is daar een goed voorbeeld van. De eerste zin vermeldt het strijdplan, maar meteen daarna beschrijft Babel de omgeving, de door wreedheden aangetaste natuur. ’s Avonds bereikt de troep Novograd, Babels alter ego wordt ingekwartierd bij joden. Daar wordt hij uit zijn slaap gewekt omdat hij tijdens zijn onrustige slaap de vader des huizes aanstoot. De dochter ‘heft haar magere benen en haar ronde buik van de vloer en trekt de deken van de slapende man af. Daar, op zijn rug, ligt een dode grijsaard. Zijn strot is eruit gerukt, zijn gezicht is doormidden gekliefd en donkerblauw bloed ligt in zijn baard, als een klont lood.’ Zoals dat ook hier het geval is, hebben veel van Babels verhalen niet echt een plot, het zijn miniaturen, stillevens in door oorlog verscheurde gemeenschappen. Als Babel al eens communistisch jargon bovenhaalt is ’t om die in contrast te plaatsen met de wereld waarin zijn protagonisten leven — veelal joden, zoals Babel zelf. In De rabbijn volgen we twee bladzijden lang gesprekken tussen twee joden, waarbij Babel ons onderdompelt in die joodse leefsfeer. Alleen de laatste zinnen verwoorden de ambitie van de nieuwe staat: ‘Daar, op het station, in de propagandatrein van het eerste cavalerieleger, werd ik opgewacht door de gloed van honderden lichtjes, de betoverende glans van het radiostation, het volhardende stampen van de drukpersen en mijn onafgewerkte artikel voor De Rode cavalerist.’ Soms wordt het officiële partijjargon meteen ontdaan van haar hoogdravendheid, zoals aan het slot van Mijn eerste gans: ’Dat zei Soerovkov, pelotonscommandant bij het stafeskadron, over Lenin, en daarna gingen we slapen op de hooizolder. We sliepen daar met z’n zessen, we warmden ons aan elkaar, onze benen verstrengeld, onder een dak vol gaten dat de sterren doorliet.’
De rode ruiterij was meteen een succes, maar kon tegelijk rekenen op scherpe kritiek, vooral van generaal Semjon Boedjonni die in het boek met naam genoemd wordt, terwijl de verhalen in De rode ruiterij fictie zijn. Over dat conflict heb ik het al gehad in De schrijver en de maarschalk⇲. Toen wist ik nog niet dat Babel in een brief zegt: 'Maar tijdens het schrijven begon mijn doel om binnen de grenzen van de historische waarheid te blijven te verschuiven, en in plaats daarvan besloot ik mijn gedachten in literaire vorm uit te drukken. Al wat overbleef van mijn eerste schets waren een paar authentieke achternamen. Door een onvergeeflijke vergissing heb ik echter niet op mij genomen deze achternamen te verwijderen, en tot mijn grote ontsteltenis zijn deze namen nu per ongeluk in druk verschenen, (…)’ (°°) Slordigheidje. Hij wijst op De geschiedenis van een paard, waarin zijn personage oorspronkelijk wel de naam heeft van een bestaande commandant, maar zegt Babel: ‘Ik hoef niet te benadrukken dat kameraad Timosjenko helemaal niets gemeen heeft met het personage in dat stuk, een feit dat duidelijk is voor iedereen die ooit het pad heeft gekruist van de voormalige commandant van de Zesde Divisie, een van de meest moedige en onbaatzuchtige van onze Rode Commandanten.’ Ik zie trouwens dat de naam Timosjenko in de meest recente Nederlandse vertaling van het verhaal niet voorkomt.
Flor Vandekerckhove⇲