woensdag 11 september 2019

Drie variaties in de gestroomlijnde vorm van een femme fatale


1. MacGuffin‘Mijn naam is MacGuffin,’ zegt ze, ‘ik kom deze drie roman noir variaties op gang trekken.’ Ik vraag: ‘Kan ik u daarbij van dienst zijn?’ Ze antwoordt: ‘’t Mag niet altijd over seks gaan.’ Ik zeg: ‘Toch heb je in elke roman noir een femme fatale nodig.’ Ze zegt: ‘Desnoods wil ik dat wel zijn, maar wie is dan de antiheld?’ Ik weer: ‘Mevrouw, mag ik u ter zake mijn diensten aanbieden?’ Ze staat op en zegt: ‘We zullen zien.’ Teleurgesteld vraag ik: ‘Heu, ga je nu al weg?’ Ze antwoordt: ‘Ja, want het moeten extreem korte roman noir variaties blijven.’ 


2. Tepelklem‘Ik heb het in zijn jas gevonden’, zegt ze. Ze wil weten wat het is. De femme fatale legt het object op mijn bureau. Ik zeg dat ik het zal uitzoeken. Thuis vertel ik het mijn echtgenote. Ik toon haar het object. ‘O’, zegt mijn echtgenote meteen, ‘dat is een tepelklem.’ Ik kijk onbegrijpend naar het ding. ‘Kijk’, zegt ze. Ze trekt haar T-shirt omhoog, ontdoet zich van haar beha, steekt vlot een tepel tussen de staafjes. Ze klemmen zich rond haar tepel die meteen hard wordt. ‘Wel verdorie,’ zeg ik, ‘kust nu mijn kloten.’ Niet zo vlug, zegt ze, ‘Eerst afruimen.’

3. Silicone — Schaamteloos gaat de femme fatale me voor. Haar billen bewegen ritmisch onder haar spannende rok. Ondanks het uitzicht blijf ik op mijn hoede. Gedempt licht. Binnen legt ze haar armen rond mijn hals. Terwijl mijn handen op haar heupen rusten, zie ik in de spiegel de beweging van een kastdeur die achter me openschuift. In een reflex maak ik een halve draai, zodat zij een schild voor me vormt en ik recht in de ogen van de gangster kijk. Hij schiet. De kogel treft haar, maar blijft in het silicone van haar linkerborst steken, waardoor ze aan een gewisse dood ontsnapt.


Flor Vandekerckhove

Geen opmerkingen: