maandag 3 februari 2025

Hoe zo de woorden verschijnen

Koen Peeters (foto Koen Broos). Rechts: roman De minzamen, waaruit Peeters citeert.


ENKELE WEKEN GELEDEN postte ik het provocatieve Romanschrijvers en hun pretentie, waarna ik een beetje naar reacties hengelde. Kris Verdonck antwoordde met een eerbetoon aan JMH Berckmans. Er volgden nog reacties.
Koen Peeters reageert met een citaat uit zijn roman De minzamen: ‘Ik sta ’s nachts voor mijn boekenkast, knipper met mijn ogen. Dit is een droom, gelukkig maar, en toch neem ik ontegensprekelijk het volgende waar: enkele boeken schommelen en beginnen hun plaats op de plank te verlaten. Zij schuiven, dansen en wringen zich op een andere plaats in hetzelfde of in een ander rek. Ik stel vast: zoals ik overdag soms boeken verschuif, zo gebeurt hier ’s nachts hetzelfde. Volautomatisch, zoals de schrijver zinnen, alinea’s en zelfs hoofdstukken verwisselt bij het schrijven, om zo telkens opnieuw de wereld te schikken, te bekijken en te begrijpen hoe zo de woorden verschijnen. Altijd opnieuw, met als enige doel – zo lijkt mij – te begrijpen hoe de mens ineenzit en met haken en ogen aaneenhangt van een goddelijke gebrekkige schoonheid.’ 
Beste Koen, zo hoort een romanschrijver inderdaad op mijn provocatie te reageren: met een citaat uit eigen werk. Mag ik er even van uitgaan dat het personage in deze passage iets over je eigen schrijfpraktijk vertelt? Dan lees ik niet alleen dat je al schrijvend de mens probeert te vatten, je legt ook de manier uit waarop je dat denkt te doen: ‘zoals de schrijver zinnen, alinea’s en zelfs hoofdstukken verwisselt bij het schrijven, om zo telkens opnieuw de wereld te schikken, te bekijken en te begrijpen hoe zo de woorden verschijnen.’ 
Het laat me denken aan een essay van Karl Ove Knausgård waarin die het oeuvre van schilder Edvard Munch ontleedt. Zoals jouw schrijver telkens opnieuw ‘zinnen, alinea’s en zelfs hoofdstukken verwisselt’, zo moet de kunstschilder, zegt Knausgård, ‘schrapen, schilderen, schrapen, schilderen, weggooien, opnieuw beginnen, zoeken, aftasten, schilderen, schrapen, tot het werk ‘antwoordt.’  Is dat niet hetzelfde, Koen? Zo'n schilderij dat antwoordt, is dat niet hetzelfde als ‘hoe zo de woorden verschijnen’? Volg je Knausgård wanneer hij zegt dat het altijd een werk in het ongewisse is? Is het niet dat ongewisse wat de kunstenaar van de ambachtsman onderscheidt? En kunst van de stiel? Knausgård: ‘Misschien gebeurt het nooit, misschien gebeurt dat na tien jaar, misschien gebeurt dat na tien dagen.’

Koen Peeters. De minzamen. 2021 De Bezige Bij. 245 pp.

Geen opmerkingen: