maandag 2 december 2019

De parabel van de kikkerkook

‘Hoezo, geef me een zin?‘ vraagt mijn ouwe maat Johan. (°) ‘Wel’, antwoord ik, ‘Kikkers mogen nooit in kokend water gegooid worden. Zo luidt de openingszin van het kikkerkookhandvestEn de twee daaropvolgende zinnen gaan alzo: kikkerkookwater moet haast onmerkbaar traag aan de kook gebracht worden. Bovendien dient het te gebeuren in kikkerkookketels die vooraf uitgetest worden op hun kikkerkookvriendelijkheid.’
Dat antwoord heeft Johan niet verwacht, maar kikkers kennen die tekst wel, ’t is een verworvenheid van het kikkervriendelijke koken. Ook
kokers kennen die tekst, hij vormt de basis van de kookidentiteit, een cultuur gebaseerd op het welbevinden in de kikkerkookketel. 
Dankzij het handvest verloopt het koken in overeenstemming met algemeen aanvaarde kikkerkooknormen & -waarden. De kikkers ervaren de langzaam toenemende warmte in de kikkerkookketel als zijnde weldadig, wat de kokers toelaat hun werk sereen uit te voeren. Kokers tevreden, kikkers tevreden. Vandaar het gezegde: de pan in swingen.
Toch zijn er kikkers die niet gekookt willen worden. ’t Is een kleine minderheid, maar ze brengen de kikkerkookvrede wel in ’t gedrang. Ze zijn luidruchtig en opstandig, ze gedragen zich helemaal niet zoals de kokers dat van hen verwachten, ze hebben geen manieren. Ons gesprek kabbelt voort. 'En', vraagt Johan, 'waarom hebben ze eigenlijk zo’n geel hesje aan?'
Flor Vandekerckhove


(°) Het verhaal werd in gang gestoken door de zin die Johan D’hondt me opstuurde. Zijn zin was een instinker. Hij zei: ‘Hoezo, geef me een zin?’ Hij deed dat in het kader van een experiment dat ik in april aanvatte. Daarbij vroeg ik lezers of ze me een zin wilden geven. In ruil beloofde ik een verhaal. Meer erover staat hier. En weet je wat? Je kunt nog altijd deelnemen en me je zin opsturen.

Geen opmerkingen: