Links: Christopher Hitchens (1949-2011). Midden: de biografie die Richard Seymour schreef. Rechts: Een debat tussen professor Boudewijn Bouckaert en mezelf: Wouter De Vriendt modereert. |
Neonazi Eddy Hermy is lid geweest van het maoïstische AMADA (thans PVDA). Daar publiceerde hij sociaal-geëngageerde gedichten die hij ondertekende met ‘een arbeider-dichter’. Dat was vlak voor hij lid werd van de Vlaamse Miltantenorde (VMO) een fascistische stoottroep. Toen dat bekend geraakte heeft het ABVV hem in 1975 zijn mandaat als vakbondsafgevaardigde afgenomen. In 1978 trekt hij in Oostende de lijst van het Vlaams Blok (thans Vlaams Belang). Hij scheurt zich af van die partij omdat hij die te links (!) vindt en houdt zich sindsdien op in allerhande groepjes neonazi’s. Hermy was kort getrouwd met een meisje van Bredene. Daar baatten zij een pension uit dat Pension des Ardennes heette. Hermy veranderde de naam in Pension De Ardennen. De volksmond zei dat hij de aldus uitgespaarde letters (tweemaal s) elders gebruikte.
Mijn legerdienst bracht ik door in het gezelschap van Luc Van den
Bossche, toentertijd heel links in de socialistische partij en later heel rechts, ook toen was 't al duidelijk was dat ‘s mans
linksigheid vooral een platte carrièrezet was. Frank Vandenbroucke is een
blauwe maandag bij de trotskistische RAL geweest, maar dat duurde zo kort dat
het eigenlijk niet meetelt. En héél rechts is de professor achteraf toch ook niet
geworden. Dat kan je wel zeggen van zijn collega Boudewijn Bouckaert. In de
jaren zeventig was hij voorzitter van de Gentse Jongsocialisten, kort daarna kon
je hem al bij de liberale partij vinden, waarna hij kordaat uitzwenkte naar heel
rechts: Lijst Dedecker. [Bouckaert is, by the way, de laatste mens met wie ik in een publiek politiek
debat getreden ben. Ik was, eerlijk gezegd, geen partij voor hem. Ook daarom heb ik beslist dat het mijn
laatste politiek debat zou zijn, ik ben dan ook een heel slechte debater.]
Voor een spectaculair voorbeeld wend ik de steven naar
Engeland, waar Christopher Hitchens (1949-2011) in 1968 tot de International Socialists toetreedt, een
trotskistische variante. Lang is Hitchens daar niet actief, maar hij blijft zich achteraf wel trotskist noemen, een soort trotskist, meer bepaald een posttrotskist. In 1981 trekt Hitchens naar de Verenigde Staten, waar hij voor de
linkse Nation gaat schrijven. Twintig
jaar lang publiceert hij in dat blad een column die Minority Report heet, rapport van de minderheid, term die hij
op congressen van de trotskisten leert kennen. Zijn helden heten, blijkt uit zijn columns, Oscar Wilde, Noam Chomsky, Salman Rushdie, Leon
Trotski, George Orwell, Che Guevara en Susan Sontag. Hij plaatst ze tegenover
zijn vijanden: moeder Theresa, Henry Kissinger, Joseph Stalin, neoconservatieven en de Clintons… 1989 is overduidelijk een scharnierjaar voor Hitchens. De val van de
Sovjet-Unie bevrijdt hem van zijn laatste banden met het marxisme. Hij zal zich
nog vijftien jaar socialist noemen, maar veel meer dan aanstellerij is
dat niet. Het keerpunt wordt zichtbaar ten tijde van de eerste Golfoorlog
(1990-91). Net als zijn helden Václav Havel en Adam Mitchnik (en net als Etienne Vermeersch alhier) verdedigt Hitchens de Amerikaanse
inval in Irak. De linkse tegenkanting als zou die
oorlog op basis van valse rapporten en rechtse stemmingmakerij gerechtvaardigd worden, verwerpt Hitchens.
Onterecht, zo weten we inmiddels, maar hij is de Rubicon overgestoken, hij keert niet meer terug.
Daniel Oppenheimer stelt dat Hitchens zich in zijn rechtse draai laat inspireren door George Orwell en meer bepaald door diens essay My country Right or Left. Daarin
schrijft Orwell over een nuchter ontwaken, de dag waarop Stalin en Hitler het op een akkoord gooien: ‘I
came downstairs to find the newspaper announcing Ribbentrop’s flight to Moscow.
So war was coming, and the Government, even the Chamberlain Government, was
assured of my loyalty.’ En hopla, Hitchens steunt, net zoals zijn held
Orwell, de oorlog tegen ‘het absolute kwaad’.
Was de zwenking van Christopher Hitchens onvermijdelijk? Oppenheimer schijnt te twijfelen. Op het einde van zijn essay schrijft hij: ‘(…) his method, which was designed to outwit
the failings of every other method, led him astry. Even Vavlev Havel can be
wrong. Even George Orwell, it turns out, can be wrong, or we can be wrong about
Orwell. There’s no perfect refuge anywhere.’
P.S.: [Later schrijf ik nog een stukje waarin Hitchens prominent figureert: De iron lady van de journalistiek en haar trotskist⇲.]
° Richard Seymour. Unhitched: The trial of Christopher
Hitchens. 2013. Londen Verso.
° Daniel Oppenheimer. A man alone: Christopher Hitchens. In Exit Right, The People who Left the Left and Reshaped the American Century. 2016. New York, Simon & Schuster.
° Daniel Oppenheimer. A man alone: Christopher Hitchens. In Exit Right, The People who Left the Left and Reshaped the American Century. 2016. New York, Simon & Schuster.
De boerin uit West-Vlaanderen
en de kersentijd
1 opmerking:
Bedankt voor de opdracht!
Ja, Hitchens, die is naar mijn smaak nogal links gebleven. Een soort Atlantische sociaal-democraat.
Zijn standpunt in de Irak-oorlog begrijp ik - het waren de mijne, net zoals die van ex-Trotskist Kanan Makiya. Achteraf vind ik mijn standpunten van die tijd heel naïef en ben ik in de internationale politiek 75 % aanhanger van Realpolitik. Het politieke afglijden van Hitch heb ik zelf ooit even aangeraakt.
https://philippeclerick.blogspot.com/2018/01/hoe-beoordeel-je-het-verleden.html
Een reactie posten