woensdag 29 mei 2024

Letterlijk de bui zien hangen



EEN gewoontemens, zo mag je me wel noemen. ’s Morgens schrijf ik, ’s middags wandel ik, ’s avonds vlij ik me in de armen van mijn geliefde. Er moet al veel gebeuren om dat patroon te doorbreken, een regenzone bijvoorbeeld, die ’s middags van west naar oost over het land trekt, wat nogal eens voorkomt, waardoor de middagwandeling in ’t water valt, wat tot onvoldaanheid leidt, tot prikkelbaarheid zelfs, alsmede tot een te hoge dosis suiker in ’t bloed van mijn oude lijf dat op deze hoge leeftijd onvoldoende insuline produceert om al die suiker af te breken. 
Mede doordat ik die dag al vroeg met ’t schrijven klaar ben, raadpleeg ik de tabel van de laagwaterstanden en zie dat de zee op dat moment op z’n laagst staat, ideaal om blootsvoets op hard zand door ’t water te waden, 
wat gezond is, tot voldaanheid leidt en tot een lage suikerspiegel. Daarna raadpleeg ik de buienradar die me leert dat er over drie uur regen passeert. 
Ik wacht de middag niet af om de wandeling aan te vatten, vat de koe bij de horens, voeg de daad bij het woord en smeed het ijzer terwijl het heet is. Voor het eerst in lange tijd doorbreek ik het gewoontepatroon, waaraan ik nochtans gehecht ben, en ik verheel niet dat ik enige weerzin moet overwinnen. Alzo geschiedt het dat ik op die dag al voor de middag door de branding waad, tot ik in de verte ‘t klokje ’t middaguur hoor kleppen. Dan keer ik op mijn schreden terug, veeg, gezeten op een bank, ’t zand van mijn voeten en kom tevreden thuis. Daarna zie je me in mijn fauteuil zitten, laptap op de schoot, dit vignet schrijvend en door ’t raam turend naar de regen die met bakken uit de hemel valt.

Geen opmerkingen: