De strekdammen⇲ die in Oostende de havengeul afbakenen, maken de haven voor grote schepen toegankelijker en ze beschermen de stad tegen de duizendjarige storm. Wandelaars gebruiken ze om de grens tussen land en water te traverseren, overschrijding die iets met de geest doet, zeker als de wandelaar een schrijver met surrealistische neigingen is: hij laat er het realisme van het land achter zich en je betreedt het surrealisme van de zee. Hij schrijft er vijf licht surrealistische strekdamverhalen over. |
Dit is het vierde strekdamverhaal in een reeks van vijf.
WIE IS die man, ik heb waarlijk geen idee. Hij zegt: ‘’t Is lang geleden hé.’ Ik zeg: ‘Ja, ik kom haast niet meer buiten.’ Hij geeft me geen ongelijk en zegt: ’En de mensen spreken ook niet meer met elkaar.’ Nu geef ík hem gelijk: ‘’t Is waar,’ zeg ik, ‘ik schrijf nog zelden dialogen.’ De man gelijkt op wel tien mensen die ik ken, maar niet kan thuisbrengen. ‘Ik ga je niet langer storen,' zegt hij, 'ik maak er een einde aan’ en hij fietst weg, het einde van de havenstrekdam tegemoet. Rare man! Omdat ik nog altijd in Belgisch geld reken, valt opeens mijn frank. Ik ken die mens wel degelijk, hij is de vader van de kaaihoer⇲ die al zoveel keer een rol in mijn verhalen heeft gespeeld. Hoe vergaat het haar inmiddels? Waar bevindt ze zich? Werkt ze nog? Denkt ze nog aan mij? Zoveel vragen die nieuwe verhalen in zich dragen. Dus haast ik me naar het einde van de strekdam, waar ik ’s mans fiets zie staan. Verschrikt zoek ik in mijn notitieboekje naar de laatste zin van ons gesprekt: ‘Ik maak er een einde aan.’ Achter de reling zie ik niets dan rotsblokken en wit schuim van golven die te pletter slaan. Is de man een zekere dood tegemoet gesprongen? Natuurlijk niet. Omdat ik hem nog zoveel over zijn dochter te vragen heb, laat ik hem opeens zijn hand op mijn schouder leggen, zeggend: ‘De Zee, de Zee klotst voort in eindeloze deining.’ Waardoor dit verhaal op een onverwachte manier eindigt. Met Willem Kloos dan nog.
Flor Vandekerckhove⇲
Flor Vandekerckhove⇲
Wij, met zand in onze schoenen is een memoir (25 bladzijden), waarin ik terugdenk aan de weg die beeldend kunstenaar Luc Martinsen en ik afgelegd hebben, sinds onze eerste ontmoeting in 1988. Ik schreef dat boekje als een symfonie, een muziekstuk in drie delen, dat na het tweede deel onderbroken wordt door een interludium en afsluit met een coda. In de beste traditie van De Weggeefwinkel is ook Wij, met zand in onze schoenen gratis. U hoeft er alleen om te vragen. Mocht u interesse hebben, mail naar liefkemores@telenet.be⇲. (Vermeld 'Zand' en zeg 'pdf' of 'epub'.)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten