vrijdag 10 juni 2022

Het tragische einde van dichter Hendrik Marsman (1899-1940)

Hendrik Marsman zittend aan zijn bureau (tekening Paul Oscar Martin. Literatuurmuseum Den Haag)


Hendrik Marsman↗︎ is wellicht de eerste dichter wiens werk ik leerde appreciëren. Ik was jong toen, waardoor ik me goed kon terugvinden in diens vitalistische poëzie. In mijn gedicht Mijn vriend Hendrik Marsman roep ik die jeugdige gevoelens weer op. Wil je dat gedicht lezen, klik dan hier↗︎; wie eens wil luisteren, klikt daar↗︎.
Vandaag gaat het over het tragische einde van Marsman. Het past in een reeks waarin ik nadenk over datgene wat ons allen hoogstpersoonlijk te wachten staat: het overlijden. Inmiddels zijn er in De Laatste al acht zo'n stukjes verschenen, ik label ze ‘memento mori’, Onder die term staan ze verenigd in de alfabetische lijst ter rechterkant van deze post.
Hendrik Marsman en zijn vrouw Rien vestigen zich in september 1939 in St. Romain, in ’t zuiden van Frankrijk. Eind mei 1940, komen de Duitse troepen dichterbij, het koppel beslist een veilig heenkomen te zoeken. In Bordeaux schepen ze in. Op 21 juni 1940 vergaat het vrachtschip dat tweeëntwintig Nederlandse en Belgische vluchtelingen aan boord heeft. Van de in totaal 47 opvarenden overleven er slechts acht de ramp. Hendrik Marsman, die zich in het ruim bevindt, verdrinkt, Rien die met zwemvest aan dek staat overleeft.
Het lijkt erop dat Marsman zijn eigen dood al in 1926 voorspelt in …


De overtocht


De eenzame zwarte boot

vaart in het holst van den nacht

door een duisternis, woest en groot,

den dood, den dood tegemoet.


ik lig diep in het kreunende ruim,

koud en beangst en alleen

en ik ween om het heldere land,

dat achter den einder verdween

 

en ik ween om het duistere land,

dat flauw aan den einder verscheen. 

die door liefde getroffen is

en door het bloed overmand

 

die ervoer nog het donkerste niet,

diens leven verging niet voorgoed;

want de uiterste nederlaag

lijdt het hart in den strijd met den dood.


o! de tocht naar het eeuwige land

door een duisternis somber en groot

in de nooit aflatende angst

dat de dood het einde niet is.


Toeval uiteraard. De eenzame zwarte boot is een metafoor voor het leven dat in de grootste onzekerheid voorbijschuift (het holst van de nacht). De mens ligt onmachtig in het ruim, een plek waar hij de dingen alleen maar kan ondergaan. Marsman is melancholisch over ‘het heldere land’ dat verdwenen is, de jaren die voorbij zijn, het kenbare. ‘Het duistere land’ daarentegen is het onbekende, wat voor ons ligt. Zelfs ‘een hart door liefde getroffenen met bloed overmand’ weegt niet op tegen de onzekerheid van het moment van de dood, het einde dat het leven voor elk van ons in petto heeft, en tegelijk voor elkeen anders is.


Wie ‘op Facebook zit’, moet daar eens naar Flor in spoken word kijken. Daar hoort ge mij verhalen declameren, ondersteund door passende beelden en muziek. En nu moet ge 1s goed luisteren: sinds kort speel ik die muziek zelf — ik die nooit eerder een instrument ter hand nam! — en wel op de strumstick↗︎, instrument waarvan ik tot voor kort nooit gehoord had. Wie 'op Facebook zit', klikt hier↗︎

Geen opmerkingen: