woensdag 14 augustus 2024

Kortrijkzanen met een puntmuts

Kortrijkzanen wachten het cruiseschip op, let op hun kleurige puntmutsen.



EEN schandaal! Een proces! Ik kom in opspraak en liever dan thuis de uitspraak af te wachten stap ik op een cruiseschip naar Kortrijk waar men een auteurslezing van me verwacht. Ik vraag me af waar het proces heen leidt, maar niet hoe zo’n groot cruiseschip in Kortrijk geraakt, de rede(lijkheid) ligt ver achter ons. Ik toef aan dek, in een ligzetel, zomers weer. Aan de reling is een buffetpiano vastgesnoerd, waardoor ik weet dat ook Dimer aan boord is, misschien zal hij me tijdens mijn lezing in Kortrijk begeleiden. Maar wat moet ik doen als de rechtbank zich tegen die tijd nog niet uitgesproken heeft? Wat zullen de Kortrijkzanen dan denken? Ik vrees het optreden en ook het ergste. 
Schip meert aan, loopbrug rolt uit, veel wachtende Kortrijkzanen met lange puntmutsen. Net voor we van boord gaan, hoor ik op de radio dat het proces beëindigd werd. Vrijspraak! 
Op de kaai ontmoet ik Dimer. Hij heeft geen moment aan mijn onschuld getwijfeld, zegt hij. De piano wordt van boord getakeld, een minuut lang blijft het instrument op een dreigende manier hoog in de lucht hangen — even vrees ik voor Dimers hart alsmede voor de Kortrijkzanen die onder de piano staan toe te kijken — waarna het meubel zachtjes op de oever neergezet wordt. Doordat dit een droom is, heb ik ietwat moeite om de gebeurtenissen aaneen te rijmen, maar uiteindelijk begint het (me) te dagen. Dimer helpt me om op de piano te klimmen en boven de Kortrijkse puntmutsen uit declameer ik een stukje van Jan Pieter de Boer
Op een dag trof Einstein een collega en zei: Komt u vanavond toch bij mij op bezoek, professor Smithson komt ook! Maar, riep de verblufte andere geleerde, ik ben Smithson. Maakt niet uit, suste Einstein hem, komt u toch maar.

1 opmerking:

Anoniem zei

´t Is zo ver ...