![]() |
— Van links naar rechts: een Duits, een Frans en een Angelsaksisch
toilet. Leert het verschil ons iets over de filosofische tradities? —
|
In onderstaand fragment, uit The Plague of Fantasies, draait hij voortdurend rond de pot.
Ik ben zo vrij geweest om het stukje te
vertalen, zodat je weet waarmee ik me tijdens deze vriesdagen onledig houd.
![]() |
— Slavoj Žižek denkt na over toiletpotten. —
|
‘In een traditioneel Duits toilet
bevindt het gat, waarin de stront na het doorspoelen verdwijnt, zich vooraan,
zodat de stront eerst voor ons ligt om er aan te ruiken en hem op ziektesporen
te onderzoeken. In het typische Franse toilet daarentegen bevindt het gat zich
achteraan, d.w.z. dat de stront verondersteld wordt zo rap mogelijk te
verdwijnen. Het Amerikaanse (Angelsaksische) toilet tenslotte vertegenwoordigt
een synthese, een bemiddeling tussen die tegengestelden: de toiletkom staat vol
water, zodat de stront erin drijft, zichtbaar, maar niet om onderzocht te
worden. […] Het is duidelijk dat geen van die versies in louter utilitaire
termen uitgelegd kan worden: elk houdt een bepaalde ideologische perceptie in
van hoe het subject zich tot zijn stoelgang verhoudt. Hegel behoorde tot de
eersten om in de geografische triade van Duitsland, Frankrijk en Engeland een
uitdrukking van drie verschillende existentiële gedragingen te zien:
reflectieve doordachtheid (Duits), revolutionaire gehaastheid (Frans),
utilitair pragmatisme (Engels). In politieke termen kan deze triade gelezen
worden als Duits conservatisme, Frans revolutionair radicalisme en Engels
liberalisme. […] Het toilet heeft het voordeel dat we deze triade niet alleen
in haar meest intieme gebied kunnen waarnemen, maar ook het onderliggende mechanisme
kunnen benoemen van de verschillende houdingen tegenover overtolligheid: een tweeslachtige
contemplatieve fascinatie; een wens om er zo vlug mogelijk vanaf te geraken;
een pragmatische beslissing om het als iets gangbaars te beschouwen en het op
een passende manier te verwijderen. Het is gemakkelijk voor een academicus om
aan een ronde tafel te stellen dat we in een postideologisch universum leven,
maar wanneer hij, na de verhitte discussie, het toilet bezoekt, bevindt hij
zich weer kniehoog in ideologie.’
Daar valt echt niets aan toe te voegen, behalve misschien dit
citaat van drs. P., uit De gezusters
Karamazov. Ik wil het al lang gebruiken, maar kon er geen
plaats voor vinden, tot nu: ‘En
de kanarie sprak: Tjiep tjiep tjiep tjiep.’
Flor Vandekerckhove
Geen opmerkingen:
Een reactie posten