Er bestaat géén god. En da’s maar goed ook, want anders zou ik ertegen
in opstand moeten komen. Wie zo'n stelligheid leest denkt misschien dat achter zo’n
levenshouding een eenzame mens schuilt. Daarin vergist die lezer zich: alleen
ja, eenzaam neen. Alleen-zijn is mijn natuur. Ik ben een asociale socialist,
een teruggetrokken revolutionair, een schrijver zonder publiek, een passieve
activist, een alleenwonende vrijer, een antiklerikaal die van Bachs kerkmuziek houdt,
een atheïst die graag Johannes van het Kruis leest:
‘Waar houdt Gij U verscholen,
Geliefde, die mij achterliet, in stenen,
En, vluchtend hert, ging dolen
Van wie uw pijl deed wenen?
Ik riep U na, en riep, maar Gij waart henen.’
Ik hou van de verhalen over God,
die Joy Williams schreef. (°) Ze staan op de plank van boeken die ik lees, lees
en herlees: Isaak Babel, A.L. Snijders, Etgar Keret op voorwaarde dat hij het heel erg kort weet te houden, Leonora Carrington en nu ook de 99 van Joy Williams,
waarvan ik er u eentje meegeef.
‘Een dierenarts die dol was op katten en ze vaak behandelde ten koste
van zijn andere patiënten, waarvan er sommige inderdaad doodgingen doordat ze
niet onmiddellijk werden behandeld terwijl hij zich om de katten bekommerde,
stierf bij een eenzijdig auto-ongeval toen hij rond vespertijd onderweg naar
huis was en plotseling voor een kat uitweek en tegen een boom knalde.
Het was onduidelijk waarom de kat midden op de weg zat.’
Is het beest voor Joy Williams een vermomming van de aartsengel Samael,
verkondiger van de dood? Zegt ze dat de kat God zelve is? Ik kan er geen touw
aan vastknopen. Net zomin kan ik Johannes van het Kruis helpen in zijn queeste:
Ik riep U na, en riep, maar Gij waart
henen.
Maar ze inspireren me wel die twee, bijvoorbeeld in deze drabble:
Frodo de kat — ‘Een vriendin van me had een kat die Frodo heette. Op
een dag ging Frodo ervandoor. Zij riep hem na, maar hij was henen. Dagen werden
weken, weken maanden. Op een dag liep ik tijdens de vespers over ‘t duinpad en
zag Frodo zitten op het duin. Ik riep zijn naam en de kat spurtte naar me toe.
Ik bracht hem naar de vriendin die hem voedde en liefkoosde, waarna Frodo
uitgebreid ging slapen. Gevoed en uitgerust strekte hij zich uit en ging weer
henen.
Voor Joy Williams was het ongetwijfeld duidelijk waarom ik juist op het
vesperuur ging joggen.’
Flor Vandekerckhove
(°) Joy Williams. 99 verhalen
over God. Uit het Engels vertaald door Marianne Gaasbeek. Uitg. 2017.
De Geus. 17,99 €.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten