— Muziekvrienden. Links Michail Toechatsjevski, rechts Dmitri Sjostakovitsj. — |
De
Sovjet-Unie in 1937. De terreur heerst. Stalin ziet ook in
maarschalk Michail Toechatsjevski een potentiële
rivaal. Hij
heeft een manier gevonden om ook die mens te liquideren, een militair wiens
strategische capaciteiten in 1919 door Leon Trotski ontdekt werden. Stalin heeft bewijzen laten
fabriceren waaruit blijkt dat die Toechatsjevski deel uitmaakt van de niet
bestaande Trotskistische
Militaire Anti-Sovjet Organisatie.
In
mei 1937 wordt de militair aangehouden. Op
11 juni 1937 veroordeelt een tribunaal hem en zijn vermeende trawanten tot de
doodstraf. Ze worden nog dezelfde nacht geëxecuteerd. Alle familieleden,
vrienden en kennissen van Toechatsjevski verkeren vanaf dat
moment in levensgevaar.
Toechatsjevski is niet alleen een groot militaire
strateeg, hij is ook een knap violist. Hij is bevriend met de componist
Dmitri Sjostakovitsj, waarover ik hier eerder al een stukje schreef.
Soms komen die twee samen om muziek te spelen. Kort
nadat Toechatsjevski gearresteerd wordt, ontvangt ook Sjostakovitsj
een uitnodiging om zich in de kantoren van de Staatsveiligheid aan te bieden. Daar
komt de componist tegenover een ondervrager te zitten die Zakovski heet. Die vraagt
hem of hij Toechatsjevski kent. (Jawel.) Of hij soms bij hem over
de vloer komt? (Jawel.) Wie daar dan nog aanwezig is? (Familie.) Waarover ze
met elkaar spreken? (Muziek.) Ook over politiek? (Neen.) Waarop die Zakovski de volgende niet mis te verstane woorden
uitspreekt: ‘Ik denk dat je eens diep in je
geheugen moet graven. Het kan niet zijn dat je bij hem thuis was en dat jullie
niet over politiek spraken. Bijvoorbeeld over het complot om kameraad Stalin te
vermoorden. Wat heb je daarover gehoord?’
Sjostakovitsj
krijgt enkele dagen de tijd om over een antwoord na te denken. De musicus moet
zich na het weekend weer in het kantoor van Zakovski aanbieden. Dat
ziet er helemaal niet goed uit. Sjostakovitsj neemt afscheid van zijn
dierbaren, verbrandt papieren die derden mogelijkerwijze kunnen belasteren en laat
een koffer met reisgoed klaarmaken.
Op
maandag biedt hij zich, met koffer en al, weer aan in het gebouw van de
Staatsveiligheid. Daar moet hij zijn beurt afwachten. Hij
wacht en wacht en wacht. Na vele uren trekt hij zijn stoute schoenen aan en vraagt de
bewaker wanneer hij aan de beurt komt. Die bewaker overloopt de namenlijst, maar Sjostakovitsj
is daar niet op weer te vinden.
‘Bij wie moet je zijn?’
vraagt de bewaker. Sjostakovitsj laat de naam van zijn ondervrager vallen, Zakovski. De bewaker
begrijpt meteen wat het probleem is. Tijdens het weekend is die Zakovski… zelf gearresteerd en veroordeeld. De afspraak met Sjostakovitsj is geschrapt. Dmitri
Sjostakovitsj verlaat het gebouw als een vrij man. Hij overleeft de terreur.
Een mens moet een beetje geluk hebben in ’t leven.
Flor
Vandekerckhove
Geen opmerkingen:
Een reactie posten